Lezingen van de dag – vrijdag 15 juni 2018

vrijdag in week 10 door het jaar


Uit het eerste boek Koningen 19, 9a + 11-16

Ook een profeet kan vastzitten, het helemaal niet meer zien, twijfelen aan zijn God. Op zulk een ogenblik kan het zijn dat God zich opnieuw aan hem openbaart; niet in een storm, niet in vuur, maar in de stilte of het suizen van een zachte bries. Dan krijgt de profeet een nieuwe opdracht: hij ziet opnieuw de weg naar God in de mensen.

Toen Elia bij de berg Horeb kwam ging hij er een grot binnen en overnachtte daar.
Toen kwam het woord van de Heer tot hem:‘Kom naar buiten’, zei de Heer, ‘en treed hier op de berg voor mij aan.’
En daar kwam de Heer voorbij. Er ging een grote, krachtige windvlaag voor de Heer uit, die de bergen spleet en de rotsen aan stukken sloeg, maar de Heer bevond zich niet in die windvlaag. Na de windvlaag kwam er een aardbeving, maar de Heer bevond zich niet in die aardbeving. Na de aardbeving was er vuur, maar de Heer bevond zich niet in dat vuur. Na het vuur klonk het gefluister van een zachte bries. Toen Elia dat hoorde, sloeg hij zijn mantel voor zijn gezicht. Hij kwam naar buiten en ging in de opening van de grot staan, en daar klonk een stem die tot hem sprak: ‘Elia, wat doe je hier?’
Elia antwoordde: ‘Ik heb me met volle overgave ingezet voor de Heer, de God van de hemelse machten, maar de Israëlieten hebben uw verbond met hen naast zich neergelegd, uw altaren verwoest en uw profeten vermoord. Ik ben als enige overgebleven, en nu hebben ze het ook op mijn leven voorzien.’
De Heer zei tegen Elia: ‘Keer terug en ga naar de woestijn van Damascus. Daar aangekomen moet je Hazaël tot koning van Aram zalven. Jehu, de zoon van Nimsi, moet je zalven tot koning van Israël, en Elisa, de zoon van Safat, uit Abel–Mechola, moet je tot je eigen opvolger zalven.’

 

Psalm 27, 7 + 8 + 9 + 13 + 14

Refr.: Uw nabijheid, Heer, wil ik zoeken.

Hoor mij, Heer, als ik tot U roep,
wees genadig en antwoord mij.

Mijn hart zegt u na: ‘Zoek mijn nabijheid!’
Uw nabijheid, Heer, wil ik zoeken.

Verberg uw gelaat niet voor mij,
wijs uw dienaar niet af in uw toorn.

U bent mij altijd tot hulp geweest,
verstoot mij niet, verlaat mij niet,
God, mijn behoud.

Mag ik niet verwachten
de goedheid van de Heer te zien
in het land van de levenden ?

Wacht op de Heer,
wees dapper en vastberaden,
ja, wacht op de Heer.

 

Uit het evangelie volgens Matteüs 5, 27-32

Niet alleen onze daden maar ook onze bedoelingen bepalen de morele waarde van ons christen-zijn. Het is trouwens typisch dat mensen hun bedoelingen voor hun eigen verdediging vlijtig aanhalen, terwijl ze bij het beoordelen van anderen meer kijken naar hun daden alleen. Deze algemene houding wordt toegelicht met het voorbeeld van de huwelijkstrouw.

Jezus sprak tot zijn leerlingen:
‘Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Pleeg geen overspel.” En Ik zeg zelfs: iedereen die naar een vrouw kijkt en haar begeert, heeft in zijn hart al overspel met haar gepleegd.
Als je rechteroog je op de verkeerde weg brengt, ruk het dan uit en werp het weg. Je kunt immers beter een van je lichaamsdelen verliezen dan dat heel je lichaam in de Gehenna geworpen wordt.
En als je rechterhand je op de verkeerde weg brengt, hak hem dan af en werp hem weg. Je kunt immers beter een van je lichaamsdelen verliezen dan dat heel je lichaam naar de Gehenna gaat.
Er werd gezegd: “Wie zijn vrouw verstoot, moet haar een scheidingsbrief meegeven.” En ik zeg jullie: ieder die zijn vrouw verstoot, drijft haar tot overspel – tenzij er sprake was van een ongeoorloofde verbintenis; en ook wie trouwt met een verstoten vrouw, pleegt overspel.

Van Woord naar leven

Wij zijn geschapen, zoals het boek Genesis zegt, naar Gods beeld en gelijkenis. Daar God liefde en trouw is, zijn wij dus ook geschapen naar die liefde en die trouw. Het is onze oer-roeping.Wanneer we ontrouw zijn aan elkaar schaden we de liefde, schaden we ons diepste zelf, schaden we ons geschapen zijn naar Gods beeld. En da’s zonde.Laten we trachten trouw te zijn.En moest het niet lukken, of niet gelukt zijn, moge dit gebeuren ons dan niet bitter maken, en zeker niet doen weglopen van God. God kijkt ten allen tijde met een open hart naar ieder, altijd komt Hij naar ons toe met een uitgestrekte hand, bereid ons te omhelzen met zijn barmhartigheid. Mogen we ons dan als kinderen werpen in zijn armen, om genezen door Hem, de draad van het leven weer op te nemen, werkend in zijn wijngaard.kris
Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer, vergeef ons wanneer we niet leefden naar onze diepste roeping: ons geschapen zijn naar uw beeld en gelijkenis. Genees al wat liefdeloos is in ons leven, bevrijd ons van elke vorm van ontrouw aan U en aan mensen. Neem ons dan weer op in uw barmhartigheid. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.