Leestip van de dag – donderdag 22 december 2016

Welkom. Ik ben blij dat je er bent

“Een warme openheid, telkens weer mogen aankloppen bij God, is dat niet hét handelsmerk van ons geloof?”, vraagt Jan Goyvaerts zich af in Klapstoel bij KERK & leven

Een adventskrans prijkt midden op de houten tafel in het gezin Goyvaerts, dat aanleunt bij de Karmel in Vilvoorde. Zo’n achttien jaar geleden koos het, op zoek naar verdieping, voor een leven in verbondenheid met de karmelietessen. Ook als je actief bent in de wereld, is leven met Gods aanwezigheid mogelijk, verkondigt Jan Goyvaerts, met hese stem, maar daarom niet minder krachtig.

Goyvaerts noemt zich Diaken van de Troost, naar Onze-Lieve-Vrouw van de Troost die in de basiliek van de Karmel in Vilvoorde wordt vereerd. Met die toevoeging wil ik de nadruk leggen op de essentie van het diaconaat als zorgende en troostende nabijheid, zegt de vader van zes. Dat troost verdriet kan verzachten, ondervond hij zelf. Anderhalf jaar geleden verloor hij zijn echtgenote Iny Driessen.

U bent 21 jaar diaken. Waarom voelde u zich als jonge man geroepen tot het diaconaat ?

Jan Goyvaerts • Volgens mijn vrouw zit het dienstbaar zijn en het zorgende in mijn genen. In haar ogen was het een logische stap na mijn studies godsdienstwetenschappen en mijn baan als een van de jongste en eerste leken in de ziekenhuispastoraal in het Limburgse. Gelovig opgevoed, koorknaap in het kathedraalkoor in Antwerpen, misdienaar bij de scheutisten was ik al een vreemde eend in de bijt op school, in een tijd waarin het geloof al taande.

Achttien jaar geleden ruilde u de landelijke pastorie in Limburg voor het klooster in het stedelijke Vilvoorde. Waarom ?

Jan Goyvaerts • We waren op zoek naar verdieping. Als diaken was ik druk doende en vaak onderweg. Ik had weinig tijd om stil te vallen, te bidden en bij de Bron te komen. We ontdekten de spiritualiteit van de Karmel. Het klikte. De karmelietessen in Vilvoorde stelden hun gemeenschap en hart voor ons open. Ze noemen ons hun venster op de wereld.

Als contemplatieve gemeenschap doen zij niet aan apostolaat. Dat namen wij op ons met de organisatie van spiritualiteitsnamiddagen, lezingen, de boeken die Iny schreef enzovoorts. Zo kan de wereld proeven van de karmelspiritualiteit, andersom komt via onze aanwezigheid de wereld binnen bij de zusters. Ons gezin woont niet in het slot, maar in een aanleunwoning. Ik assisteer in de vieringen en wij delen hun gebedsmomenten.

Als werkende mens ontsnap je niet aan de ratrace, maar soms kun je
je wagonnetje koppelen aan een trein die al eeuwen bolt.

Dat lukt niet altijd. Als je kind om 20 uur, het gebedsmoment, vraagt een wiskundevraagstuk uit te leggen, kun je niet zeggen: Nee, het gebed roept.

Voor een jong gezin is dat geen vanzelfsprekende beslissing, toch ?

Jan Goyvaerts • Beslist niet, maar het verrijkte wel ons leven. Het was een unieke kans om actief in de wereld te kunnen blijven staan en tegelijk te leven met Gods aanwezigheid. Voorts wilden we onze kroost de rijkdom van het geloof meegeven. Ze zagen in dat dat geen juk hoeft te zijn, maar vreugde brengt en gelukkig maakt. Daarom hoeven ze dat niet in dezelfde vorm als wij te beleven. Het is niet omdat ze op zondag niet naar de kerk gaan, dat ze niet geloven.

Vandaag onderken ik bij vele mensen de nood aan stilvallen. Ze komen binnen in de basiliek, zetten hun tassen van Casa en Blokker neer en sluiten aldus de wereld af om thuis te komen bij Maria.

De Kerk is volop in beweging, vandaag meer dan ooit. Hoe ziet u de toekomst tegemoet ?

Jan Goyvaerts • Gelovigen vind je niet langer enkel in de kerk. Her en der groeien nieuwe oasen van geloof, waarin mensen op andere manieren samen hun geloof beleven, zoals dit klooster. Het zal niet overal lukken, maar op sommige plekken wel. Dat zijn vuurplaatsen, waar nieuw leven groeit.

Meer dan ooit is openheid belangrijk.

Open je hart en je kerk voor iedereen, zegt paus Franciscus. Onlangs hoorde ik een pastoor aan de kerkdeur zeggen: Dag mevrouw, ik heb u hier nog nooit gezien. Waarop zij antwoordde: Ik kom omdat mijn dochter wordt gevormd. Waarom zei hij niet: Welkom, ik ben blij dat je er bent!?

Een warme openheid, telkens weer mogen aankloppen bij God – is dat niet hét handelsmerk van ons geloof? De vader van de verloren zoon wachtte ook niet binnen, maar stond buiten op de uitkijk. Zo ook God. En die zegt niet: Amai, dat is lang geleden dat ik u nog eens in de mis zag!

Hoe zwaar weegt het gemis van uw vrouw in deze tijd van blijde verwachting ?

Jan Goyvaerts • De tijd heelt, wordt gezegd. Dat zal wel, maar het gemis en de leegte blijven. De vreugde van Kerstmis is een diepe vreugde om de menswording van God. In het geloof dat Iny gelukkig voortleeft bij Hem, kan ik hier op aarde nog gelukkig zijn. Trouwens, ik blijf niet alleen achter. Ik heb een brede familie: mijn gezin, mijn broers en zussen en zo veel mensen die het diepst van mijn gedachten delen. Ook Iny verliet me niet helemaal.

Ik zie haar in onze kinderen en kleinkinderen,
ik lees haar in haar teksten en boeken,
ik ontmoet haar elke dag in herinneringen en knipoogjes.

Bij de herdenking van haar sterfdag bundelde ik 120 cursiefjes van haar hand. Als geen ander beheerste ze de kunst om het alledaagse naar een spiritueel hoger niveau te tillen.

Aan uw tafel is er één lege plek. Heel wat mensen zitten met Kerstmis alleen aan tafel.

Jan Goyvaerts• Vanuit de warmte die wij als gezin beleefden, realiseerden we ons dat al vroeger. Omdat we zo’n hecht gezin vormden, konden we niet anders dan ruimte maken voor anderen die in de kou bleven staan, om zich te warmen aan onze liefde voor elkaar en voor God. Kerstavond vierden we met ons gezin, op kerstdag nodigden Iny en ik steeds iemand uit die het moeilijk had. Een gewoonte die ik wil voortzetten. Omdat het in m’n genen zit.

Bron: KERK & leven

bdw_jan-04