Leestip van de dag – zondag 24 juni 2018

Kunnen we dat Rode Duivels-gevoel nog wat vasthouden ?

Zelden voelen we ons in België zo verenigd als wanneer de Rode Duivels spelen. Vooral als ze winnen. Hoe kunnen we dat heerlijke gevoel vasthouden ?

Ook als je niets van voetbal kent, heeft het iets paradijselijks om zoveel mensen naar elkaar te zien glimlachen als ons nationaal elftal gaat spelen of gewonnen heeft. Mensen met herkenbare outfits, vlaggetjes aan hun auto of hun huis, gestreepte sokken of wangen en noem maar op. In de supermarkt kun je zelfs kerstomaatjes in de juiste kleuren kopen.

Het is gek en het slaat nergens op,
maar het schept een primitieve vorm
van verbondenheid.

Ook mijn kleinzoon doet volop mee. Sinds het bezoek van Dries Mertens aan zijn school een paar weken geleden, is hij niet meer te stuiten. Hij plakt stickers en oefent zijn ‘hakje’. En als hij een stukje mag meekijken naar de match op tv, praat hij honderduit over de keeper, die hij hardnekkig ‘Thibaut Pour Toi’ blijft noemen. Die Franstalige uitdrukking heeft hij blijkbaar ooit ergens opgevangen en associeert hij voortaan met Thibaut.

Ook al verdienen onze voetballers verduiveld veel geld, toch blijft het altijd ook een beetje ‘pour toi’ wat ze doen. Als ze het goed doen, ervaren we dat als een cadeau voor alle Belgen. We worden er (bijna) allemaal blij van. We houden opeens allemaal wat meer van elkaar.

‘Nieuwe Belgen’ die ook
voor de Rode Duivels supporteren,

worden mee omarmd bij een doelpunt.

Als de voetbalgekte weer voorbij zal zijn, gaan de verschillen tussen ons weer doorwegen. Dan merken we opeens dat we voor Anderlecht, Brugge of Standard supporteren. Dat we thuis Nederlands, Frans of Arabisch spreken. Dat we veel of weinig geld hebben of iets daar tussenin. Dat we een andere godsdienst hebben of helemaal niet gelovig zijn. Dan beginnen we ons weer te ergeren aan elkaar.

Laat ons daarom
nog maar even genieten

van wat ons verbindt.

Geel, rood en zwart in deze weken. En heel misschien blijft er toch iets van hangen.

Als we allemaal tegelijk juichen en in de lucht springen, of onze ontgoocheling uitschreeuwen, kunnen we er niet omheen: we zijn allemaal mensen. Nu en na de wereldkampioenschappen. Misschien laten we de strepen op onze wangen beter nog wat langer zitten om dat niet te vergeten.

Kolet Janssen

Bron: Kerknet.be