Lezingen van 2 januari


Uit de eerste brief van Johannes 2, 22-28

Als ons geloof in Jezus Christus levend blijft, dan blijven wij in Hem, en zijn wij zeker van onze verbondenheid met de Vader. Trouw in het geloof is uiteindelijk trouw aan de persoon van Jezus.

Vrienden,
bestaat er een grotere leugenaar dan iemand die ontkent dat Jezus de christus is? De antichrist is ieder die de Vader en de Zoon niet erkent.
Ieder die de Zoon niet erkent, heeft ook de Vader niet. Wie de Zoon erkent, heeft ook de Vader.
Wat uzelf betreft: wat u vanaf het begin hebt gehoord, laat dat in u blijven. Als in u blijft wat u vanaf het begin hebt gehoord, zult u in de Zoon en in de Vader blijven.
En dit is wat Hij ons heeft beloofd: het eeuwige leven.
Dit wilde ik u schrijven over hen die proberen u te misleiden.
Wat uzelf betreft: de zalving die u van Hem ontvangen hebt is blijvend, u hebt geen leraar nodig. Zijn zalving leert u alles naar waarheid, zonder bedrog. Blijf daarom in Hem, zoals zijn zalving u geleerd heeft.
Blijf dus in Hem, kinderen. Dan kunnen we vol vertrouwen zijn wanneer Hij verschijnt en hoeven we ons niet te schamen bij zijn komst.

Psalm 98, 1-4

Refr.: Juich de Heer toe, heel de aarde.

Zing voor de Heer een nieuw lied:
wonderen heeft Hij verricht.

Zijn rechterhand heeft overwonnen,
zijn heilige arm heeft redding gebracht.

De Heer heeft zijn overwinning bekendgemaakt,
voor de ogen van de volken zijn gerechtigheid onthuld.

Hij heeft gedacht aan zijn liefde en trouw
voor het volk van Israël.

De einden der aarde hebben het gezien:
de overwinning van onze God.

Juich de Heer toe, heel de aarde,
juich en jubel, zing het uit.

Uit het evangelie volgens Johannes 1, 19-28

Johannes de Doper wordt ondervraagd over zijn zending. Men vermoedde immers dat hij de Messias was. Maar Johannes blijft zichzelf en zijn roeping trouw. Hij wil geen populariteit en wijst bewust naar Hem die als onbekende reeds onder de mensen aanwezig is: Jezus, de ware Messias.

Dit is het getuigenis van Johannes. De Joden hadden vanuit Jeruzalem priesters en Levieten naar hem toe gestuurd om hem te vragen: ‘Wie bent u?’
Hij gaf zonder aarzelen antwoord en verklaarde ronduit: ‘Ik ben niet de messias.’
Toen vroegen ze hem: ‘Wie dan? Bent u Elia?’
Hij zei: ‘Die ben ik ook niet.’
‘Bent u de profeet?’ ‘Nee’, antwoordde hij.
‘Maar wie bent u dan?’ vroegen ze hem. ‘Wij moeten antwoord kunnen geven aan degenen die ons gestuurd hebben–wie zegt u zelf dat u bent?’
Hij zei: ‘Ik ben de stem die roept in de woestijn: “Maak recht de weg van de Heer”, zoals de profeet Jesaja gezegd heeft.’
De afgevaardigden die uit de kring van de Farizeeën kwamen, vroegen verder: ‘Waarom doopt u dan, als u niet de Messias bent, en ook niet Elia of de profeet?’
‘Ik doop met water’, antwoordde Johannes. ‘Maar in uw midden is iemand die u niet kent, Hij die na mij komt; ik ben het niet eens waard om de riemen van zijn sandalen los te maken.’
Dit gebeurde in Betanië, aan de overkant van de Jordaan, waar Johannes doopte.

Van Woord naar leven

Johannes de Doper sprak: ‘In uw midden is iemand die u niet kent’.

Lieve mensen,
voor wie dacht dat 2021 een covid-vrij jaar zou worden is er, naar mijn mening, aan voor de moeite. We zullen er nog lang mee geplaagd worden, en de gevolgen zullen nog vele maanden, en op economisch vlak zelfs jaren, nazinderen. Het virus overdonderde dan ook de hele mensengemeenschap. Niemand was er op voorbereid. Ook voor de wetenschap was het totaal nieuw. Covid bracht heel wat leed met zich mee: overlijdens, eenzaamheid, weemoed, armoede,… we weten het.

Maar ik zou een voorzichtige poging willen wagen iets positiefs te zien in heel dat coronaverhaal, en wel vanuit de woorden van Johannes waar hij zegt dat midden onder ons iemand staat die we niet kennen.

Covid bracht en brengt de mensen terug tot bepaalde essenties, zowel op religieus vlak alsook op puur humaan vlak. De franjes vlogen eraf en waar het werkelijk om ging, en gaat, ontblootte zich.

Bijvoorbeeld het ‘er zijn voor de ander’. Dit werd een uitdaging om hier heel concreet vorm aan te geven. Bijvoorbeeld mensen die door covid eenzaam waren en zijn: hen een e-mail of een brief schrijven, hen opbellen,… we weten het. Tal van initiatieven ontstonden er in dorpen en steden om mensen die dreigden te vereenzamen toch op een of andere wijze nabij te zijn en hen een riem onder het hart te steken.

Of de zorg in woonzorgcentra, ziekenhuizen, thuiszorg,… werd ineens geweldig gewaardeerd. Alsof die zorg iets nieuws was… Nee, die was er al en die is er altijd geweest. Maar corona leerde ons hoe zorg wezenlijk bij ons mens-zijn hoort. Meer zelfs: zorg voor elkaar is het hart van een samenleving. Ergens diep vanbinnen wisten we dat wel, maar covid bracht dat toch maar even heel duidelijk en klaar onder ogen.

In de kerkgemeenschap vielen de gemeenschappelijke erediensten zo goed als weg. Lastig en pijnlijk. Maar ook dit gebeuren leerde ons dat eucharistie vieren zich niet beperkt tot enkel ‘naar de mis gaan’, maar dat er ook zoiets bestaat als een eucharistisch leven: een leven in eenheid met Christus gegeven voor de medemens; heel concreet dus, door in beweging te komen doorheen vele vormen van goedheid.

En zo voort en zo voort.

Lieve mensen, laat covid uw ogen openen. En wel met de woorden van Johannes de Doper: ‘Midden onder u is iemand die u niet kent’. Johannes heeft het natuurlijk over Jezus. Hij deed deze uitspraak tot enkele mensen uit de kring van de Farizeeën, maar we mogen ze ook aan ons adres beluisteren: Jezus is meer onder ons dan we vermoeden. En niet enkel meer, maar ook anders dan dat we Hem voorstellen.

Hij is aanwezig in iedere mens. Zowel in die mens die uitdrukkelijk vraagt naar liefde, alsook in die mens die dat schijnbaar niet onmiddellijk vraagt. Dit laatste klopt natuurlijk niet: in elke mens is God aanwezig als een bedelaar die vraagt bemind te worden. Elke mens vraagt uit zichzelf geliefd te worden. Dit hoort tot het wezen van ons mens-zijn, en religieus geduid is dit God: ‘Heb Mij lief’.
Dus in iedere mens is Jezus aanwezig, ook in de lastige medemens, en zelfs in de zondige medemens. Laten we Hem in de ogen kijken en daadwerkelijk beminnen. Geen woorden, maar daden, heel concreet, nederig, vrij, niet als een meerdere maar werkelijk als een broeder of zuster van de ander; ja de ander de voeten wassend.

Laten we hierbij niet vergeten dat Jezus bijzonder aanwezig en zichtbaar is in het broze en het arme. Wie al dan niet letterlijk honger heeft, wie dakloos is, wie eenzaam is, wie depressief is, wie stervend is, wie om welke reden ook lijdt… Jezus toont zich in dit lijden met de woorden ‘Ik heb dorst’. Laten we Hem zien, Hem beminnen, zijn dorst laven; heel concreet.

Maar ook doorheen situaties komt Jezus naar ons toe. Conflicten die hunkeren naar verzoening, situaties die vragen naar het schenken en krijgen van vergeving, een schepping waar geen zorg wordt voor gedragen,… Wie hoort hier de roep van Jezus om ook hier de Blijde Boodschap gestalte te geven?

Maar ook doorheen een goede film, een wijs boek, een toneelstuk,… , kan het zijn dat Jezus naar ons toekomt met de vraag: Verrijk je door Mij.

Maar ook in onszelf is Hij aanwezig, en wel altijd. Niet enkel tijdens die zogenaamde genadevolle momenten waarvan we dachten ‘goed’ in gebed te zijn geweest. Maar ook in onze eigen gebrokenheid is Hij aanwezig; mee-lijdend, zalvend en helend. Het is niet vanzelfsprekend Hem daarin aanwezig te weten. Nochtans is dit laatste niet onbelangrijk. Allemaal leven we immers met een zekere gebrokenheid. Wie de Heer in z’n eigen armoede welkom kan heten zal z’n broosheid ervaren als een kracht. En wel door Gods toedoen, zijn genade, zijn barmhartigheid, zijn oproep.

‘In uw midden is iemand die u niet kent’, zegt Johannes de Doper. Wel, lieve mensen, laten we Hem leren kennen. Laten we bidden we om de genade van het ‘zien’, zowel innerlijk als rondom ons.

Laten we ons aan Hem toevertrouwen als de grote bezieler van ons bestaan. Opdat we zijn liefde mogen worden, in diepe verbondenheid met ieder ander.

kris

Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer God,
doorheen uw Zoon zijt Gij meer onder ons dan we doorgaans vermoeden. Maak ons tot alerte christenen, die oog en hart hebben voor U die langskomt doorheen zoveel mensen en situaties.
Om deze genade bidden wij U, in Christus, onze Broer en Heer.
Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.