Lezingen van de dag – dinsdag 10 januari 2017

dinsdag in de 1e week door het jaarbijbel


Uit de brief van Paulus aan de Hebreeën 2, 5-12

Het oorspronkelijk plan van God met de mens wordt treffend uitgedrukt in de woorden van psalm 8:’U hebt de mens toevertrouwd aan het werk van uw handen.’ Deze medewerking aan de schepping kon de mens echter misbruiken. Door mens te worden is de Zoon van God aan de zijde van de mensen komen staan. Hij is met ons solidair geworden tot in zijn lijden en dood toe. Dat bracht Hem als mens tot voltooiing en daardoor werd Hij ook bewerker van ons heil voor eeuwig.

Broeders en zusters,
de komende wereld, waarover wij spreken, heeft God niet onder het gezag van engelen gesteld. Veeleer geldt dit getuigenis, ooit door iemand afgelegd:
‘Wat is de mens dat U aan hem denkt, het mensenkind dat U naar hem omziet? U hebt hem voor korte tijd lager dan de engelen geplaatst; U hebt hem met eer en luister gekroond, alles hebt U aan hem onderworpen.’
Doordat Hij alles aan hem onderworpen heeft, rest er niets dat niet onder zijn gezag is gesteld. Dat alles aan Hem onderworpen is, zien wij echter nu nog niet; wel zien we dat Jezus–die voor korte tijd lager dan de engelen geplaatst was opdat zijn dood door Gods genade iedereen ten goede zou komen–vanwege zijn lijden en dood nu met eer en luister gekroond is. Want om vele kinderen in zijn luister te laten delen achtte God, voor wie en door wie alles bestaat, het passend de bereider van hun redding door het lijden naar de uiteindelijke volmaaktheid te voeren.
Hij die heiligt en zij die geheiligd worden hebben een en dezelfde oorsprong, en daarom schaamt Hij zich er niet voor hen zijn broeders en zusters te noemen wanneer Hij zegt: ‘Ik zal uw naam bekendmaken aan mijn broeders en zusters, u loven in de kring van mijn volk.’

 

Psalm 8, 2a + 5 + 6 + 7 + 8 + 9

Refr.: Voor de Heer moeten alle goeden zich buigen.

Heer, onze Heer, Drieeenheid_2
hoe machtig is uw naam op heel de aarde.
Wat is de sterveling dat U aan hem denkt,
het mensenkind dat U naar hem omziet?
U hebt hem bijna een god gemaakt,
hem gekroond met glans en glorie.

U hebt hem toevertrouwd het werk van uw handen
en alles aan zijn voeten gelegd:
schapen, geiten, al het vee,
en ook de dieren van het veld,
de vogels aan de hemel, de vissen in de zee
en alles wat trekt over de wegen der zeeën.

 

Uit het evangelie volgens Marcus 1, 21-28

Jezus bracht een leer met gezag. Een niet aflatende dwingende kracht, ging van Hem uit. Het geheim van zijn gezag lag niet in zijn macht om wonderwerken te verrichten, maar in zijn innige verbondenheid met God de Vader.

Jezus en zijn leerlingen gingen op weg naar Kafarnaüm, en op de eerstvolgende sabbat ging Hij naar de synagoge en onderwees er de mensen. Ze waren diep onder de indruk van zijn onderricht, want Hij sprak hen toe als iemand met gezag, niet zoals de schriftgeleerden.
Er was in de synagoge ook een man die bezeten was door een onreine geest, en hij schreeuwde: ‘Wat hebben wij met jou te maken, Jezus van Nazaret? Ben je gekomen om ons te vernietigen? Ik weet wel wie je bent, de heilige van God.’
Jezus sprak hem streng toe en zei: ‘Zwijg en ga uit hem weg!’
De onreine geest deed de man stuiptrekken en verliet hem met een luide schreeuw.
Iedereen was zo verbijsterd dat ze tegen elkaar zeiden: ‘Wat is dit allemaal? Een nieuwe leer met groot gezag! Zelfs als Hij onreine geesten een bevel geeft, wordt Hij gehoorzaamd.’
Het nieuws over Jezus verspreidde zich algauw overal in Galilea.

Van Woord naar leven

Iedereen was zo verbijsterd dat ze tegen elkaar zeiden: ‘Wat is dit allemaal? Een nieuwe leer met groot gezag! Zelfs als Hij onreine geesten een bevel geeft, wordt Hij gehoorzaamd.’ Het nieuws over Jezus verspreidde zich algauw overal in Galilea. Zo lezen we vandaag.Ik wil vandaag met u nadenken over dat woordje ‘nieuw’, wanneer er wordt gezegd ‘een nieuwe leer met groot gezag’.Ik denk wanneer we nadenken over de inhoud van dat woord ‘nieuw’ dat we naar de persoon van Jezus moeten kijken. Men sprak over dat nieuwe niet over eender wie, men sprak over Jezus. Door Hem wordt het nieuwe gebracht, in Hem is het nieuwe te vinden. Niet enkel in de boodschap die Hij bracht, niet enkel in de daden die Hij deed, maar in heel zijn persoon. Hij was als het ware de verpersoonlijking, of de belichaming, van het nieuwe.Waarin bestond dan dat nieuwe ?Wel, het gaat over het aloude gebod van de liefde, dat reeds doorheen heel het Oude Testament een centrale plaats had. Meer: het was, en is, de rode draad doorheen heel de Thora. Tot voor de geboorte van Jezus, schreef en sprak men over de liefde, men riep ertoe op, men trachtte er naar te leven; met vallen en opstaan, soms zuiver, soms ver weg van Gods wil. Vooral omwille van dit laatste leefde men in een zekere hoop, een biddend verlangen, namelijk een verlangen naar een messias, een door God gezonden iemand die met een goddelijk gezag zou komen vertellen over Gods zuivere liefde. Geen messias die het principe ‘oog om oog tand om tand’ zou prediken, maar een die zeer consequent de weg van de vrede zou bewandelen, zelf bereid de andere wang aan te bieden wanneer men hem op de ene wang had geslagen. God heeft gewild dat vele profeten profeteerden over de komst van een messias die deze liefde zou belichamen.Wel, dit laatste is geschiedt in de persoon van Jezus. Als Zoon van God heeft Hij getoond wat de liefde Gods in al zijn zuiverheid betekende. Dieper gezegd: In Hem vinden wij hoe wij op onze beurt deze liefde Gods gestalte kunnen geven. Hij draagt de genade in zich ons zo in zich op te nemen dat wij, in Hem, deelgenoten mogen en kunnen worden aan de liefde Gods.Dat is nu precies dat nieuwe. Nieuw was het omdat deze genade nog nooit op die wijze geschonken was aan de mensheid. Nieuw is ze, omdat deze genade, dag in dag uit, nog steeds wordt geschonken aan ons allen. Wanneer wij ons vandaag naar de Heer keren, en drinken van zijn genade, ontvangen wij niet enkel een genade van toen … nee we ontvangen ze vandaag even nieuw als toen, als het ware vers, fris, en bovenal levend. Het is immers de Heer zelf die zich meedeelt doorheen zijn genade. Ons wilt Hij in zich opnemen, om ons deelgenoot te maken aan Gods liefde.Als Zoon van God zei Jezus ‘ja’ tot de Vader. Ons wilt Hij opnemen in dit ja-woord, ons optillen tot mensen die zich in God verliezen, om geheel doordrongen van zijn liefde in het leven te staan. Dat gebeurt telkens wanneer we ons oprecht en zuiver naar de Heer keren. Elke keer is dat een nieuw en fris gebeuren.Zalig toch. Kom, laten we ons wenden naar Jezus. Tracht je leeg en ontvankelijk naar Hem te keren, eenvoudig en met een diep geloof, opdat je door Hem kan opgenomen worden in zijn ja-woord tot de Vader.Dit belooft geen weg te worden wandelend over rozenblaadjes, integendeel: op deze weg zal het kruis van de Heer een hele centrale plaats krijgen. Maar juist omwille van het kruis zal je liefde de zuivere glans krijgen die Jezus in zijn persoon belichaamde, met de diepe verrijzenisvrede, en uitdeining, tot gevolg.Kom, laten we ons geven aan de Heer. Hij wacht op je …kris
Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer Jezus,zz11 moge de heilige Geest ons bezielen in ons gebed, opdat ons verlangen in U te leven oprecht en zuiver mag zijn. Neem ons op in U, Heer, trek ons in uw ja-woord tot de Vader. Heilig ons leven door ons deelgenoot te maken aan Gods liefde. Groeiend in U. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.