Lezingen van de dag – donderdag 15 december 2016

donderdag in de 3e week15337538_1280862688624126_2829911036811142527_n
van de advent


Uit de profeet Jesaja 54, 1-10

De verhouding tussen God en de mensen wordt door de profeten vaak vergeleken met de liefde tussen man en vrouw. Als, volgens menselijke maatstaven, de ontrouw van een van de partners de huwelijkstrouw bij allebei kan ontwrichten, dan geeft God de waarborg dat Hij altijd trouw blijft, ondanks alles. Hij maakt altijd een nieuw begin mogelijk.

Zo spreekt de Heer:
‘Jubel, onvruchtbare vrouw, jij die nooit een kind hebt gebaard; breek uit in gejuich en gejubel, jij die geen weeën hebt gekend. Want – zegt de Heer –, de kinderen van deze verstoten vrouw zullen talrijker zijn dan die van de gehuwde. Vergroot de plaats voor je tent, span het tentdoek wijder uit, zonder enige terughoudendheid. Verleng de touwen, zet de tentpinnen vast. Naar alle kanten zul je je uitbreiden, je nageslacht zal de vreemde volken verdrijven en de verlaten steden bevolken. Wees niet bang: je zult niet worden beschaamd; wees niet bedrukt: je zult niet worden vernederd. Je zult de schande van je jeugd vergeten, je de smaad van je weduwschap niet meer herinneren. Want je maker neemt je tot vrouw, Heer van de hemelse machten is zijn naam. De Heilige van Israël zal je bevrijder zijn, men noemt Hem God van de hele aarde.
Je was een verlaten, wanhopige vrouw toen de Heer je terugriep. Kan iemand de vrouw van zijn jeugd verstoten? – zegt je God. Ik heb je slechts een ogenblik verlaten, maar met open armen zal Ik je weer ontvangen. Ik verborg mijn gezicht voor je in laaiende toorn, één ogenblik lang, maar Ik zal me weer over je ontfermen met eeuwigdurende liefde, zegt de Heer, die je vrijkoopt. Dit is voor Mij als bij de vloed van Noach: zoals Ik heb gezworen dat het water van Noach nooit meer de aarde zou overspoelen, zo zweer Ik dat mijn toorn jou niet meer treft en dat Ik je nooit meer bedreig. Al zouden de bergen wijken en de heuvels wankelen, mijn liefde zal nooit meer van jou wijken en mijn vredesverbond is onwankelbaar – zegt de Heer, die zich over je ontfermt.’

 

Psalm 30, 2 + 4 + 5 + 6 + 11 + 12a + 13b

Refr.: De Heer geeft al het goede.

Hoog wil ik U prijzen, Heer, want U hebt mij gered,
en mijn vijand geen reden gegeven tot vreugde.

Heer, U trok mij uit het dodenrijk omhoog, annunciation-icon1
ik daalde af in het graf, maar U hield mij in leven.

Zing voor de Heer, allen die Hem trouw zijn,
loof zijn heilige Naam.

Zijn woede duurt een oogwenk,
zijn liefde een leven lang.

Met tranen slapen we ‘s avonds in,
‘s morgens staan we juichend op.

Luister, Heer, en toon uw genade,
Heer, kom mij te hulp.

U hebt mijn klacht veranderd in een dans,
Heer, mijn God, U wil ik eeuwig loven.

 

Uit het evangelie volgens Lucas 7, 24-30

Johannes de Doper is geen gewone profeet uit Israëls verleden. Toch zal de eenvoudigste of kleinste in het Rijk Gods, groter zijn dan Johannes. In Jezus bereikt de geschiedenis van God en de mensen haar hoogtepunt.

Toen de afgezanten van Johannes vertrokken waren, zei Jezus tegen de menigte over Johannes het volgende:
‘Waar zijn jullie in de woestijn naar gaan kijken? Naar het wuiven van het riet in de wind? Wat zijn jullie dan gaan zien? Een mens die zich in fraaie gewaden hulde? Welnee, want wie voorname kleding draagt en in weelde leeft, woont in een paleis. Wat zijn jullie dan wel gaan zien? Een profeet? Jazeker, zeg Ik jullie, en zelfs meer dan een profeet. Hij is degene over wie geschreven staat: “Let op, Ik zend mijn bode voor je uit, hij zal een weg voor je banen.” Ik zeg jullie: van allen die geboren zijn uit een vrouw is niemand groter dan Johannes, maar in het koninkrijk van God is de kleinste nog groter dan hij.’
Alle mensen die dit hoorden, ook de tollenaars, brachten hulde aan God en zijn gerechtigheid: zij hadden zich immers door Johannes laten dopen. Maar de Farizeeën en wetgeleerden verwierpen het plan van God: zij hadden zich immers niet door hem laten dopen.

Van Woord naar leven

Wat een mooie vriendschap tussen Jezus en Johannes. Lees en zie hoe ze elkaar alle eer brengen, nederig als ze beiden zijn. Ze leven in een vriendschap voor elkaar die haar wortels vindt in God. Het is een vriendschap gebaseerd op het diepe respect van elkaars ja-woord tot God, van ieders zending, van ieder zijn plaats in het heilsplan van de Vader. Dat is ware vriendschap. Het is de ander laten zijn wie hij moet zijn, de ander in zijn roeping latend, hem dragend doorheen je vriendschap, en je gebed voor hem. Dat is vriendschap, gemeenschap; oerbeeld van de Kerk.In het stukje evangelie van vandaag lezen we dat de toenmalige Farizeeën en de wetgeleerden zich niet hadden laten dopen door Johannes, en daarmee het plan van God verwierpen. Vele anderen gaven wel gehoor aan de oproep van God (doorheen het zijn en de woorden van de Doper), en stonden alzo in Gods plan met de mensheid.Wat doen wij nog met deze enkele dagen voor Kerstmis ? Kiezen we ervoor om innerlijk in het plan van God te staan, of beleven we deze advent enkel langs de buitenkant, enkel met oog voor kerstversiering, cadeautjes, voorbereiding van prachtige liturgie, enzomeer. Pas op, er is niets tegen kerstversiering, cadeautjes of voorbereiding van liturgie. Maar als ze enkel beleefd worden los van de inhoud van advent en kerst is het maar magere koek. Niet ?Advent roep ons op tot bekering, tot afstand nemen van zondige neigingen. Het roept ons op tot innerlijk arm worden, leeg en vol verwachting voor Gods genade in Christus. Ja, vol verwachting: een verwachting die ons nu reeds vreugde schenkt voor Hem die komt en tegelijkertijd reeds is. In de diepte is advent immers een tijd van diepe innerlijke vreugde, omdat de redding vele eeuwen geschied in Jezus Christus, jaarlijks weer gevierd wordt, verwacht wordt, ontvangen wordt. En bekering, lieve mensen, is een absolute voorwaarde om deze vreugde ten diepste te kunnen beleven. Dus, bekeer je daar waar het nodig is. Laten we niet talmen. Laat alle duisternis uit je wegnemen, en maak plaats voor de vreugde van Gods reddend aanwezig komen in de wereld, rondom je, en in je.Kom, laten we de advent innerlijk beleven, ons richtend naar Hem die ons bewoont, en zo graag heeft dat ook wij verblijf in Hem nemen. Om zijn liefde te worden, zijn minne, zijn vrede. Om van Hem uit bij elkaar te zijn, naar mekaar te luisteren, present te zijn, Hem doorheen woorden en gebaren elkaar gevend.kris
Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Goede God,cours-art_floral-villa_madame-couronne-noel_2jpg Gij hebt Johannes de Doper gezonden om aan de mensen duidelijk te maken waar het op aankwam en wat er ging gebeuren. Open ons hart tijdens deze advent opdat wij de grootsheid van deze periode zouden inzien en ons hart zouden openen voor de genade die Gij ons geven wilt. Door Christus, onze broeder en Heer, amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.