14 febr – HH. Cyrillus en Methodius

Feest – eigen lezingen


De missionering van vandaag legt sterk de nadruk op de aanpassing aan de plaatselijke mentaliteit en gebruiken. Vooral de taal is hier heel belangrijk. Cyrillus en Methodius, twee broers en missionarissen, zagen reeds eeuwen geleden die noodzaak in. De Bijbel en gebedenboeken vertaalden zij in het Russisch. Ook de liturgie vierden zij in de volkstaal. In sommige kringen werd dat als ketterij beschouwd. De paus was echter overtuigd van hun eerlijke inzet en steunde hen bij hun pogingen. Een bloeiende Russische kerk was er het gevolg van.


Uit de Handelingen van de Apostelen 13, 46-49

Gods woord ook voor de niet-Joden

Paulus en Barnabas zeiden onomwonden tot de Joden:
‘De boodschap van God moest het eerst onder u worden verkondigd, maar aangezien u die afwijst en uzelf het eeuwige leven niet waardig acht, wenden we ons tot de andere volken. Want de Heer heeft ons het volgende opgedragen: “Ik heb je bestemd tot een licht voor alle volken, om redding te brengen tot aan de uiteinden van de aarde.”’
Toen de niet-Joden dit hoorden, verheugden ze zich en spraken ze vol lof over het woord van de Heer, en allen die voor het eeuwige leven bestemd waren kwamen tot geloof. Het woord van de Heer verspreidde zich over de hele streek.


Psalm 117, 1 + 2

Refr.: Ga uit over de hele wereld.

Loof de Heer, volken op aarde,
prijs Hem, naties overal.

Zijn liefde voor ons is overstelpend,
eeuwig duurt de trouw van de Heer.


Uit het evangelie volgens Lucas 10, 1-9

De oogst is groot.

De Heer stelde tweeënzeventig anderen aan, die Hij twee aan twee voor zich uit zond naar iedere stad en plaats waar Hij van plan was heen te gaan.
Hij zei tegen hen: ‘De oogst is groot, maar er zijn weinig arbeiders; vraag dus de eigenaar van de oogst of Hij arbeiders wil sturen om de oogst binnen te halen. Ga op weg, en bedenk wel: Ik zend jullie als lammeren onder de wolven. Neem geen geldbuidel, geen reistas en geen sandalen mee, en groet onderweg niemand. Als jullie een huis binnengaan, zeg dan eerst: “Vrede voor dit huis!” Als er iemand woont die de vrede liefheeft, zal jullie vrede met hem zijn; zo niet, dan zal die vrede bij je terugkeren. Blijf in dat huis, en eet en drink wat men je aanbiedt, want de arbeider is zijn loon waard. Ga niet van het ene huis naar het andere. En als jullie een stad binnengaan en daar welkom zijn, eet dan wat je wordt voorgezet, genees de zieken die er zijn en zeg tegen hen: “Het koninkrijk van God heeft jullie bereikt.” 

Van Woord naar leven

‘Ga op weg’, zegt Jezus vandaag in geen mis te verstane woorden tot de tweeënzeventig.

Je kan je christelijk leven geen gestalte geven vanuit je fauteuil. Je bent geroepen je te engageren in het werk van de Heer, namelijk Gods blijde boodschap uit te dragen doorheen woord en daad. Waarmee niet gezegd wordt dat stilte, gebed, contemplatie niet belangrijk zouden zijn, integendeel. Het evangelie roept herhaalde malen op het gebed ter harte te nemen, daar de tijd voor te nemen, en zo meer. Maar daar mag het niet bij blijven. We zijn geroepen Gods rijk gestalte te geven, én deze te verkondigen. Opstanding heeft ook te maken met opstaan uit je zetel. We zijn gezonden zout en licht te zijn in de wereld. Christelijk leven vraagt engagement.

Eerder deze week sprak onze huidige paus een groep seminaristen toe van het Pauselijke Lombardische Seminarie waar hij hen aangemoedigde om zich niet in de sacristie terug te trekken en geen kleine, gesloten groepen te cultiveren, waar ze zich kunnen nestelen en in stilte bezig kunnen zijn. Hij drukte de kandidaat-priesters op het hart zich open te stellen en hun horizon uit te breiden naar de rest van de wereld. “Katholieke priesters moeten ‘wevers van gemeenschap’ zijn en oog hebben voor de tekenen van het lijden van mensen. Verkondig het Evangelie in de straten van de hele wereld, in alle buurten en huizen en vooral op de armste en meest vergeten plaatsen. “, aldus de paus.

Maar dit geldt dus in wezen voor iedere gedoopte, voor elke christen.

Vooreerst op de plaats waar hij woont of werkt. Door je wijze van zijn zal je een stil getuigenis zijn van Gods werkzame liefde. Deze eerder stille vorm van verkondiging mogen we niet onderschatten. Je bent geroepen dit thuis te doen, maar ook op de werkvloer, daar waar je opleiding krijgt, maar ook tijdens het winkelen of op de tram. De wijze waarop je iemand aankijkt zegt veel over iemands binnenkant.

Naast dit stille getuigenis mag er ook gepraat worden over God. We leven in een tijd waar we ons ongemakkelijk voelen als het daar over gaat. Godsdienstbeleving wordt geacht dit te beleven in een zekere privésfeer, en het wordt van je verwacht dat je anderen daar niet teveel mee ‘lastig valt’. Ach ja… veel hangt natuurlijk af hoe je dat doet. Je moet daar verstandig mee omgaan, luchtig en met de nodige humor. Als mensen aanvoelen dat je hen ernstig neemt, dat je niet boven hen wilt staan, dan kan er al heel wat gezegd worden. Persoonlijk geloof ik ook dat je ’s ochtends mag bidden dat God je momenten mag geven doorheen de dag waar zulke gesprekken mogelijk zijn.

Maar naast onze directe omgeving waar we dagdagelijks mee te maken hebben is er ook nog die grote wereld waar zoveel dorst en lijden is. Het evangelie is daarin heel duidelijk: licht en zout zijn. We weten het maar al te goed: de armen nabij zijn en zorg voor hen dragen, de eenzamen bezoeken, het broze omarmen, weemoedigen opzoeken,…

De Kerk zal maar een authentiek getuigenis zijn wanneer haar leden ook authentiek leven.

Bejaarden, zieken, of mensen die om welke reden ook zich niet kunnen engageren, vallen hiermee niet uit de boot. Hun vriendelijkheid naar hen toe die ze dagelijks ontmoeten, gepaard met hun gebed voor Kerk en wereld, zal ook hen tot een waar verkondiger maken van het evangelie. Door hun biddend leven dragen zij de meer actievere Kerk. Of anders gezegd: zonder hun gebed zal de Kerk tot niet veel in staat zijn.

Maar ook mensen met een mentale broosheid, die moeilijk of niet kunnen bidden, dragen bij tot de verkondiging. Juist vanuit hun gebrokenheid roepen zij de mensheid op tot zorgzaamheid. Over verkondiging gesproken.

Lieve mensen, laat ons christen zijn. Laat ons liefde zijn. Laat ons opstaan.

kris

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Vader,
wij danken U om het evangelie waarin Gij ons – in Christus – uitnodigt op weg te gaan. Mogen wij onze fauteuil alle Goeds toewensen en de straat opgaan, daar waar de Heer ons opwacht om zijn dorst te lessen. Moge Hij met ons gaan.
In zijn naam. Amen.

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.