24 juni – Geboorte H. Johannes de Doper

Hoogfeest

Van in de oudste tijden viert de Kerk het geboortefeest van Johannes de Doper. Hem werd door God die grote taak toevertrouwd de wereld voor te bereiden op de komst van haar Heer en Verlosser. Die taak was verre van eenvoudig maar Johannes de Doper heeft ze met de overgave van gans zijn persoon op zich genomen. Toen de Heer zelf gekomen was, zou de Voorloper verdwijnen, niet echter in een roemloze dood, maar als getuige van de gerechtigheid. Danken wij God om het voorbeeld van bereidheid tegenover zijn wil.

Uit de profeet Jesaja 49, 1-6

Ik zal je maken tot een licht voor alle volken.

Eilanden, hoor mij aan, verre volken, luister aandachtig. Al in de schoot van mijn moeder heeft de Heer mij geroepen, nog voor ze mij baarde noemde Hij mijn naam. Mijn tong maakte Hij scherp als een zwaard, Hij hield me verborgen in de schaduw van zijn hand; Hij maakte me tot een puntige pijl, Hij stak me weg in zijn pijlkoker.
Hij heeft me gezegd: ‘Mijn dienaar ben jij. In jou, Israël, toon Ik mijn luister.’
Maar ik zei: ‘Tevergeefs heb ik me afgemat, ik heb al mijn krachten verbruikt, het was voor niets, het heeft geen zin gehad. Maar de Heer zal me recht doen, mijn God zal me belonen.’
Toen sprak de Heer, die mij al in de moederschoot gevormd heeft tot zijn dienaar om Jakob naar Hem terug te brengen, om Israël rond Hem te verzamelen – dat ik aanzien zou genieten bij de Heer en dat mijn God mijn sterkte zou zijn.
Hij zei: ‘Dat je mijn dienaar bent om de stammen van Jakob op te richten en de overlevenden van Israël terug te brengen, dat is nog maar het begin. Ik zal je maken tot een licht voor alle volken, opdat de redding die Ik brengen zal tot aan de einden der aarde reikt.’

Psalm 139, 1-3 + 13-15

Refr.: Wonderbaarlijk is het wat U gemaakt hebt.

Heer, U kent mij, U doorgrondt mij,
U weet het als ik zit of sta,
U doorziet van verre mijn gedachten.
Ga ik op weg of rust ik uit, U merkt het op,
met al mijn wegen bent U vertrouwd.

U was het die mijn nieren vormde,
die mij weefde in de buik van mijn moeder.
Ik loof U voor het ontzaglijke wonder van mijn bestaan.

Wonderbaarlijk is wat U gemaakt hebt;
ik weet het, tot in het diepst van mijn ziel.
Toen ik in het verborgene gemaakt werd,
kunstig geweven in de schoot van de aarde,
was mijn wezen voor U geen geheim.

Uit de Handelingen van de Apostelen 13, 22-26

Johannes riep op zich te laten dopen en een nieuw leven te beginnen.

God maakte David tot koning, van wie Hij getuigde: “In David, de zoon van Isaï, heb Ik een man naar mijn hart gevonden, die geheel naar mijn wil zal handelen.”
En uit Davids nageslacht heeft God, overeenkomstig zijn belofte, een redder voor Israël voortgebracht, Jezus. Voor zijn komst had Johannes het hele volk van Israël opgeroepen om zich te laten dopen en een nieuw leven te beginnen.
Toen zijn levenswerk ten einde liep, heeft Johannes gezegd: “Wie jullie denken dat ik ben, ben ik niet. Maar let op: na mij komt iemand anders, en ik ben het niet waard om zelfs maar zijn sandalen los te maken.”
Broeders en zusters, nakomelingen van Abraham en alle anderen die God vereren, ons werd het nieuws over deze redding bekendgemaakt.

Uit het evangelie volgens Lucas 1, 57-66 + 80

Johannes zal hij heten.

Toen de dag van haar bevalling was aangebroken, bracht Elisabet een zoon ter wereld. Haar buren en verwanten hoorden hoe barmhartig de Heer voor haar was geweest, en ze verheugden zich samen met haar.
Op de achtste dag kwamen ze het kind besnijden, en ze wilden het Zacharias noemen, naar zijn vader. Maar zijn moeder zei: ‘Nee, Johannes zal hij heten!’
Ze zeiden tegen haar: ‘Er is niemand in je familie die zo heet.’
Ze beduidden zijn vader te laten weten hoe hij het kind wilde noemen. Hij vroeg om een schrijftablet en schreef erop: ‘Johannes is zijn naam.’
Iedereen was verbaasd. En meteen werd de verlamming van zijn mond en zijn tong ongedaan gemaakt, en hij begon te spreken en loofde God. Alle omwonenden waren diep onder de indruk, en in heel het bergland van Judea werden deze gebeurtenissen besproken.
Ieder die het hoorde bleef erover nadenken, en vroeg zich af: Hoe zal het verder gaan met dit kind? Want de machtige hand van de Heer beschermde hem.
Het kind groeide op en werd gesterkt door de Geest. Johannes leefde in de woestijn tot de dag aanbrak waarop hij zich kenbaar maakte aan het volk van Israël.

Van Woord naar leven

Lieve mensen,
langzaam maar zeker komen we als samenleving na een lange covid-periode weer in normale modus. Gelukkig. Het heeft lang genoeg geduurd. De voorbije periode was dan ook een lastige en soms pijnlijke tijd. We hebben vele overlijdens gekend, mensen verloren hun job of konden maar net de eindjes aan elkaar knopen, er was veel eenzaamheid, depressie,… Kortom, geen fijne tijd.

Lichtend in deze coronaperiode waren die mensen die de lastigheid van deze tijd zagen als een oefening in het afdalen naar de kern van ons bestaan: Waarover gaat het in ons leven? Wat is echt belangrijk? Welke keuzes maken we, individueel en als gemeenschap? Allerhande bekende psychiaters, acteurs, schrijvers, maar ook zovele onbekende mensen hadden hun zegje daarover. Allemaal pogingen om deze lastige periode aan te grijpen er toch iets positiefs in te zien; opbouwend en oproepend.

Na een lange strijd van meer dan 1,5 jaar krijgen we tante Corona min of meer onder controle en komen we dus langzaam maar zeker weer terecht in het ‘normale’. Het gevaar bestaat er in dat we weer snel vervallen in de malle molen van het leven van voor corona waar dikwijls de mammon gediend werd ten koste van onszelf en vele anderen. Het gevaar bestaat er in dat die mooie kernvragen, die velen zich stelden tijdens corona (de vragen naar de diepere zin van ons bestaan) weer op de achtergrond geraken.

Misschien hebben wij als Kerk in deze dagen de opdracht om de valse waarden van deze ‘wereld’ aan het licht te brengen en tegelijkertijd het licht van Christus aanwezig te stellen. Laat ons dit gesprek onder elkaar aangaan; als Kerk. In onze parochies, in onze lokale gemeenschappen, binnen onze gezinnen,… Laten we het goede gesprek met elkaar voeren. Laten we mekaar opbouwend voeden. Waarvoor gaan we? Voor welke waarden kiezen we?

Vandaag vieren we de geboorte van Johannes de Doper. Zoals we weten was hij een man die op jonge leeftijd de woestijn introk om zich, geleid door de Geest, te buigen over de vraag waar het om gaat in het leven, dit in het licht van de komende Messias. Toen de tijd rijp was trok hij naar het volk om hen op te roepen zich te bekeren, om in hun hart en leven plek te maken voor Hem die hen het volle leven zou schenken. Johannes was een man van God. Hij droeg zijn naam (Johannes betekent: God is genadig) waardig. Hij verkondigde een boodschap die broodnodig was.

Onze wereld van vandaag heeft in de diepte ook dorst naar een boodschap die broodnodig is. In deze dagen waar we corona achter ons laten, moeten we als Kerk ons de vraag durven stellen welke boodschap wij hebben voor onszelf en de wereld waarin we leven. Krijgt Jezus die plek in ons hart, in de Kerk, in de samenleving, waarvoor Hij 2000 jaar geleden gekomen is? Krijgt Gods liefde, die zichtbaar wordt in zorg voor elkaar, de plaats die zij verdient? Of gaan we weer snel over tot de orde van de dag voorbijgaande aan de fundamentele vragen van het leven.

Lieve mensen, vier vandaag het hoogfeest van Johannes de Doper. Ja, vier, en heb er vreugde aan. Maar laten we tegelijk de zending van Johannes serieus nemen, en ons de vraag stellen wat wij als Kerk vandaag te bieden hebben aan onze samenleving. Nederig, maar moedig, geleid door de Geest.

kris

Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Goede God,
moge uw Geest ons hart en ons verstand in vuur en vlam zetten om ons te buigen over waarover het echt om gaat in ons leven. Leid ons, goede God, en behoed ons. Geef ons moed en kracht in waarheid van U te getuigen door een leven te leiden getekend door uw liefde.
In Christus’ naam. Amen.

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.