25 april – H. Marcus, evangelist

Feest (eigen lezingen)

Uit de eerste brief van Petrus 5, 5b-14

Dierbaren,
in de omgang met elkaar moet ieder van u altijd de minste willen zijn, want God keert zich tegen hoogmoedigen, maar aan nederigen schenkt Hij zijn genade. Onderwerp u dus nederig aan Gods grote macht, dan zal Hij u op de bestemde tijd verheffen. Leg de last van uw zorgen op Hem, want u ligt Hem na aan het hart.
Wees waakzaam, wees op uw hoede, want uw vijand, de duivel, zwerft rond als een brullende leeuw, op zoek naar een prooi. Stel u tegen hem teweer, gesterkt door uw geloof, in het besef dat uw broeders en zusters, waar ook ter wereld, hetzelfde lijden moeten doorstaan. Maar al moet u nog korte tijd lijden, God, de bron van alle genade, die u geroepen heeft om in Christus deel te krijgen aan zijn eeuwige luister, Hij zal u sterk en krachtig maken, zodat u staande zult blijven en niet zult wankelen. Hem komt de macht toe, tot in eeuwigheid. Amen.
Met de hulp van Silvanus, die ik als een betrouwbare broeder beschouw, heb ik u deze korte brief geschreven, om u moed in te spreken en om u er nadrukkelijk van te verzekeren dat het werkelijk de genade van God is die u staande houdt. Uw mede-uitverkorenen in Babylon en mijn zoon Marcus groeten u. Groet elkaar met een kus als teken van uw onderlinge liefde.
Vrede zij met u allen, die één bent met Christus.

Tussenzang: Ps 89, 2-3 + 6-7 + 16-17

Refr.: Van uw liefde, Heer, wil ik eeuwig zingen.

Van uw liefde, Heer, wil ik eeuwig zingen,
van uw trouw getuigen, geslacht na geslacht.
Ik belijd: uw liefde houdt eeuwig stand,
uw trouw hebt U in de hemel gevestigd.

Heer, laat de hemel dit wonder prijzen,
laat de kring van hemelingen U loven om uw trouw.
Want wie daarboven kan de Heer evenaren,
wie van de goden zich meten met de HEER.

Gelukkig het volk dat van uw roem getuigt
en leeft, Heer, in het licht van uw gelaat.
Juichend roepen zij uw naam, dag aan dag,
door uw gerechtigheid richten zij zich op.

Vers voor het evangelie (1 Kor 1, 23a + 24b)

Alleluia.
Wij verkondigen een gekruisigde Christus,
Gods kracht en wijsheid.
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Marcus 16, 15-20

In die dagen verscheen Jezus aan de elf en sprak: ‘Trek heel de wereld rond en verkondig het goede nieuws aan alle schepselen. Wie gelooft en gedoopt is zal worden gered, maar wie niet gelooft zal worden veroordeeld. Het geloof zal gepaard gaan met de volgende tekenen: zij die geloven zullen in mijn naam demonen uitdrijven, ze zullen spreken in onbekende talen, met hun handen zullen ze slangen oppakken en als ze een dodelijk gif drinken zal dat hen niet deren, en ze zullen zieken weer gezond maken door hun de handen op te leggen.’
Nadat Hij dit tegen hen had gezegd, werd de Heer opgenomen in de hemel en nam Hij plaats aan de rechterhand van God. 
En zij gingen op weg om overal het goede nieuws te verkondigen. De Heer hielp hen daarbij en zette hun verkondiging kracht bij met de tekenen die ermee gepaard gingen.

Van Woord naar leven

GESTERKT DOOR GELOOF

Wees waakzaam, wees op uw hoede, want uw vijand, de duivel, zwerft rond als een brullende leeuw, op zoek naar een prooi. Stel u tegen hem teweer, gesterkt door uw geloof.
Zo lezen we vandaag in de eerste brief van Petrus.

We kunnen niet ontkennen dat het kwaad in de wereld, en ook in onszelf, een realiteit is. Net zoals het goede ook een realiteit is. Hoewel beiden aanwezig zijn in het leven van een mens, zijn goed en kwaad als water en vuur; ze zijn tegengesteld aan elkaar. En toch hebben ze iets gemeen: beiden nodigen uit. Het goede – God – nodigt uit om Gods liefde gestalte te geven. Het kwade verleidt ons om dit niet te doen, maar juist integendeel: deze liefde ten gronde te richten.

Kijk vandaag naar de oorlog in Oekraïne of het Heilige Land. Het is duidelijk dat hier niet de liefde van God gevolgd wordt, maar wel het kwaad. Paus Franciscus spreekt vaak over het kwaad en de rol van de duivel in relatie tot conflicten en oorlog. Oorlogen komen voort uit het kwaad in de wereld dat enkel uit is op het verstoren van vrede en harmonie. Het kwaad zet mensen aan tot machtslust en stelt hen schijnbaar in staat landen en volkeren aan te vallen met het kinderachtige motief: ‘Dat is van mij, ik pak het van je af, ook al kost dit aan duizenden mensen het leven en veroorzaakt dit een oceaan van ellende voor de mensheid’. Wel, dat is het kwaad. De duivel kan schijnbaar mensen zo in zijn macht krijgen dat hij hen aanzet tot de meest vreselijke dingen. Godgeklaagd!

Maar er is ook het kwaad in onszelf. Laten we daar eerlijk over zijn. En dat is even godgeklaagd. Hoe vaak laten wij ons leiden door allerlei zaken die ons wegtrekken van de liefde, en daardoor disharmonie brengen in het samenleven met onze naasten. Vaak zijn we even kinderachtig als die enkele grote wereldleiders die menen zomaar wat bommen op naburige landen te mogen gooien. Ook wij hanteren vaak die wapens in onze relaties met onze naasten. Ze doden dan geen mensen of vernietigen geen steden, maar ze kwetsen wel de liefde en het gemeenschapsleven. Ze maken iets onmogelijk wat wel degelijk mogelijk is, namelijk het belichamen van Gods liefde.

Allemaal wat kort door de bocht … maar toch. Feit is dat het kwaad aanwezig is in het groot en in het klein. In wezen gaat het over hetzelfde: Gods wil ten gronde richten.

Tegenover het toegeven aan de verlokkingen van het kwaad staat het geloof, zo stelt Petrus vandaag. Geloof als een daad van overgave aan de aanwezige Heer. Christus – die zegt dat Hij de waarheid is, de weg en het leven – zal ons niet alleen behoeden voor het kwaad, maar Hij zal ons ook de weg tonen om die liefde van God werkelijk te beleven. En Hij zal het ons niet alleen tonen, Hij zal mét ons die weg gaan. Geloof betekent dus je geven aan die genadevolle aanwezigheid van Christus.

God kent ons dieper dan wij onszelf kennen. Hij kent ons onvermogen om onverdeeld voor Hem te kiezen. Onder andere daarom daalt Hij af in ieders hart, om ons – optillend in zijn barmhartigheid – te brengen in zijn licht. In Christus zal Hij ons onvermogen ombuigen naar een ‘kunnen’, en wel in genade. Alleen – los van Hem – zal het ons niet lukken. We hebben zijn aanraking nodig om in staat te zijn het evangelie werkelijk handen en voeten te geven.

Om dit gebeuren van geloof toe te laten, hebben we de heilige Geest nodig, die ons geschonken is als trooster en helper. Biddend in zijn gloed gaan staan zal ons niet alleen van binnenuit het verlangen geven ons te laten aanraken door Christus. De Geest zal ons ook binnenleiden in dit gebeuren. Vandaar het belang ons biddend toe te vertrouwen aan Gods heilige Adem; zijn Geest. We mogen dit laatste niet onderschatten. Wanneer we de Geest buitenspel zetten, bestaat het gevaar dat we aan religieuze krachtpatserij doen, wat haaks staat op het evangelie. De bedoeling is om het waaien van de Geest toe te laten. Hij zal ons brengen bij Christus … waar het feest van opgenomen worden door de Heer zal plaatsvinden.

Mogen wij alzo afstand doen van het kwaad en in geloof ons ten diepste geven aan de liefde van God die zich zal manifesteren in ons dagelijks leven.

Laat ons bidden

Goede God,
geef ons de kracht om waakzaam te zijn
en het kwaad te weerstaan,
zowel buiten ons als in onszelf.
Help ons om standvastig te blijven in ons geloof
en uw liefde te belichamen.
Moge uw heilige Geest in ons werken,
zodat we uw weg van liefde
en vrede kunnen gaan.
In Christus’ naam.
Amen.

Geliefde mensen, laten we onverdeeld God dienen en niet het kwaad. Moge door ons liefdevol leven God een gezicht krijgen in deze wereld.
Een mooie donderdag,
kris


Vragen om mee op weg te gaan

Hoe kan ik mij in geloof dieper geven aan Christus als een antwoord op de aanwezigheid van het kwaad in mezelf en om mij heen?

Welke rol speelt het gebed in het proces van afstand nemen van het kwaad?


Blog ‘Van Woord naar leven’

Reageren of uitwisselen betreffende de lezingen of de overweging, kan via de blog ‘Van Woord naar leven’.

Klik hier voor de blog.

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.