7 okt – O.L.-Vrouw van de Rozenkrans

Gedachtenis – eigen lezingen

Uit de Handelingen van de Apostelen 1, 12-14

Eensgezind wijdden ze zich aan het gebed

Na de Hemelvaart keerden de apostelen van de Olijfberg terug naar Jeruzalem. Deze berg ligt vlak bij de stad, op een sabbatsreis afstand. Toen ze in de stad waren aangekomen, gingen ze naar het bovenvertrek waar ze verblijf hielden: Petrus en Johannes, Jakobus en Andreas, Filippus en Tomas, Bartolomeüs en Matteüs, Jakobus, de zoon van Alfeüs, en Simon de Zeloot en Judas, de zoon van Jakobus. Eensgezind wijdden ze zich aan het gebed, samen met de vrouwen en met Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broers.

Tussenzang Lc 1, 46-55

Refr.: Zalig bent u Maria, u hebt de Zoon van de eeuwige Vader in uw schoot gedragen.

Mijn ziel prijst en looft de Heer,
mijn hart juicht om God, mijn redder:
Hij heeft oog gehad voor mij, zijn minste dienares.
Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen,
ja, grote dingen heeft de Machtige voor mij gedaan,
heilig is zijn Naam.

Barmhartig is Hij, van geslacht op geslacht,
voor al wie Hem vereert.
Hij toont zijn macht en de kracht van zijn arm
en drijft uiteen wie zich verheven wanen,
heersers stoot Hij van hun troon
en wie gering is geeft Hij aanzien.
Wie honger heeft overlaadt Hij met gaven,
maar rijken stuurt Hij weg met lege handen.

Hij trekt zich het lot aan van Israël, zijn dienaar,
zoals Hij aan onze voorouders heeft beloofd:
Hij herinnert zich zijn barmhartigheid
jegens Abraham en zijn nageslacht,
tot in eeuwigheid.

Vers voor het evangelie (Lc 11, 28)

Alleluia.
Gelukkig zijn zij
die naar het woord van God luisteren
en ernaar leven.
Alleuia.

Uit het evangelie volgens Lucas 1, 26-38

‘Luister, je zult zwanger worden’

In de zesde maand zond God de engel Gabriël naar de stad Nazaret in Galilea, naar een meisje dat was uitgehuwelijkt aan een man die Jozef heette, een afstammeling van David. Ze heette Maria en ze was nog maagd.
Gabriël ging haar huis binnen en zei: ‘Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.’
Ze schrok hevig bij het horen van zijn woorden en vroeg zich af wat die begroeting te betekenen had.
Maar de engel zei tegen haar: ‘Wees niet bang, Maria, God heeft je zijn gunst geschonken. Luister, je zult zwanger worden en een zoon baren, en je moet Hem Jezus noemen. Hij zal een groot man worden en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd, en God, de Heer, zal Hem de troon van zijn vader David geven. Tot in eeuwigheid zal Hij koning zijn over het volk van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen.’
Maria vroeg aan de engel: ‘Hoe zal dat gebeuren? Ik heb immers nog geen gemeenschap met een man.’
De engel antwoordde: ‘De heilige Geest zal over je komen en de kracht van de Allerhoogste zal je als een schaduw overdekken. Daarom zal het kind dat geboren wordt, heilig worden genoemd en Zoon van God. Luister, ook je familielid Elisabet is zwanger van een zoon, ondanks haar hoge leeftijd. Ze is nu, ook al hield men haar voor onvruchtbaar, in de zesde maand van haar zwangerschap, want voor God is niets onmogelijk.’
Maria zei: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’
Daarna liet de engel haar weer alleen.

Van Woord naar leven

MIJN ZIEL  PRIJST EN LOOFT DE HEER, MIJN HART JUICHT OM GOD MIJN REDDER …
Bij Lc 1, 46-55; Lc 1, 26-38

Afwijkend van de gewone liturgie worden vandaag teksten gekozen die betrekking hebben op het feest van Onze-Lieve-Vrouw van de Rozenkrans. Voor protestantse lezers en lezeressen is dat misschien een ongewoon thema. Wat er gevierd wordt is echter geheel gebaseerd op teksten uit de Bijbel.

In de katholieke traditie is het bidden van de rozenkrans een gewoonte die vooral vroeger vanaf jonge leeftijd geleerd werd (nu in veel mindere mate). Een gemakkelijk gebed waarin Bijbelse geheimen overwogen werden (en ook nu nog worden): blijde, droevige en glorievolle geheimen. Later zijn daar de geheimen van het Licht nog bijgekomen. Alle geheimen hadden te maken met mysteries uit de Bijbel. Terwijl de rozenkrans gebeden werd gleden de kralen van het gebedssnoer door de vingers.  De ouderen onder ons hebben nog herinneringen aan de tijd, waarin het hele gezin op de knieën bad. Voor de kleinsten duurde het wel erg lang. Ze konden de inhoud ook niet allemaal volgen. En de kokosmat was hard aan de knietjes. Toch hoorde deze traditie eigenlijk gewoon bij het leven, zoals andere, ook profane dingen bij het leven hoorden. Wat ik me herinner was een sfeer van verbondenheid in iets wat ik niet helemaal begreep, maar ik en mijn broertjes en zussen deden er desondanks op onze eigen manier gewoon aan mee.

Vandaag neem ik een regel uit het danklied van Maria, ook bekend als het Magnificat. Dank zal er in al onze levens zijn, voor de grote dingen die God aan ons gedaan heeft, uit welk nest we ook komen:
Mijn ziel prijst en looft de Heer, mijn hart juicht om God, mijn redder.
Maria bidt dit gebed nadat ze haar nicht Elisabet begroet heeft. Twee vrouwen die alleen maar jubel voelen tot in het diepst van hun wezen omdat ze beiden vervuld zijn van een groot geheim. Ze zouden wel samen een duet kunnen zingen, maar Elisabeth treedt terug uit eerbied voor haar jongere nicht: Gelukkig is zij die geloofd heeft dat de woorden van de Heer in vervulling zullen gaan.

Misschien mogen we zelf stilvallen bij deze grote mysteries, niet alleen die van Maria en Elisabeth, maar ook bij die van onszelf. En laten ook wij ons loflied zingen, al is het alleen maar in de stilte van ons hart. Ook aan ons zijn zo’n grote dingen gedaan!

(Het eerste geheim van de rozenkrans: De engel Gabriël brengt de blijde boodschap aan Maria. Het tweede: Maria bezoekt haar nicht Elisabet).

Laten we bidden

Wees gegroet Maria
vol van genade,
de Heer is met u.
Gij zijt de gezegende onder de vrouwen
en gezegend is Jezus,  de vrucht van uw schoot.

Heer Jezus, wij danken U voor uw moeder
die ook onze moeder wil zijn.
Moge ze, met u, ons nabij zijn
in leven en sterven.
en bij al onze wederwaardigheden!
Amen

Beste mensen, laat je dank maar uitstromen. Er is zoveel om dankbaar voor te zijn!
Ricky

 

Magnificat


Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.