dinsdag in week 5 door het jaar

Uit het boek Genesis 1, 20 – 2, 4a

Daags voor de sabbat wordt de mens geschapen als de bekroning van de schepping. Al het aardse wordt hem als gave in handen gegeven opdat hij daarmee de anderen gelukkig en de wereld steeds meer bewoonbaar zou maken. God maakte de mens maakte naar zijn beeld. Hij is voortaan Gods getuige op aarde.

God zei: ‘Laat het water wemelen van levende wezens, en laten er boven de aarde, langs het hemelgewelf, vogels vliegen.’ En God schiep de grote zeemonsters en alle soorten levende wezens waarvan het water wemelt en krioelt, en alle soorten vogels, alles wat vleugels heeft. En God zag dat het goed was. God zegende ze met de woorden: ‘Wees vruchtbaar en word talrijk en vul het water van de zee. En ook de vogels moeten talrijk worden, overal op aarde.’ Het werd avond en het werd morgen. De vijfde dag.
God zei: ‘Laat de aarde alle soorten levende wezens voortbrengen: alle soorten vee, kruipende dieren en wilde dieren.’ En zo gebeurde het. God maakte alle soorten in het wild levende dieren, alle soorten vee en alle soorten dieren die op de aardbodem rondkruipen. En God zag dat het goed was.
God zei: ‘Laten Wij mensen maken die ons evenbeeld zijn, die op Ons lijken; zij moeten heersen over de vissen van de zee en de vogels van de hemel, over het vee, over de hele aarde en over alles wat daarop rondkruipt.’ God schiep de mens als zijn evenbeeld, als evenbeeld van God schiep Hij hem, mannelijk en vrouwelijk schiep Hij de mensen. Hij zegende hen en zei tegen hen: ‘Wees vruchtbaar en word talrijk, bevolk de aarde en breng haar onder je gezag: heers over de vissen van de zee, over de vogels van de hemel en over alle dieren die op de aarde rondkruipen.’ Ook zei God: ‘Hierbij geef Ik jullie alle zaaddragende planten en alle vruchtbomen op de aarde; dat zal jullie voedsel zijn. Aan de dieren die in het wild leven, aan de vogels van de hemel en aan de levende wezens die op de aarde rondkruipen, geef Ik alle groene planten tot voedsel.’ En zo gebeurde het. God zag alles wat Hij had gemaakt: het was zeer goed. Het werd avond en het werd morgen. De zesde dag.
Zo werden de hemel en de aarde in al hun rijkdom voltooid. 
Op de zevende dag had God zijn werk voltooid. Op de zevende dag rustte Hij van het werk dat Hij gedaan had. God zegende de zevende dag en heiligde die, want op die dag rustte Hij van heel zijn scheppingswerk.
Dit is de geschiedenis van de hemel en de aarde, zo werden ze geschapen.

Psalm 8, 4-9

Refr.: Heer, onze God, hoe ontzagwekkend is uw Naam op aarde.

Zie ik de hemel, het werk van uw vingers,
de maan en de sterren door U daar bevestigd,
wat is dan de sterveling dat U aan hem denkt,
het mensenkind dat U naar hem omziet?

U hebt hem bijna een god gemaakt,
hem gekroond met glans en glorie,
hem toevertrouwd het werk van uw handen
en alles aan zijn voeten gelegd.

Schapen, geiten, al het vee,
en ook de dieren van het veld,
de vogels aan de hemel, de vissen in de zee
en alles wat trekt over de wegen der zeeën.

Vers voor het evangelie (cfr Joh 17, 17)

Alleluia.
Uw woord is waarheid, Heer,
heilig ons in uw waarheid.
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Marcus 7, 1-13

Jezus’ houding tegenover wetten, voorschriften, gezag en vrijheid, werd sterk gekenmerkt door de nadruk die Hij legde op de waarde van de innerlijkheid, de overtuiging. Jezus waarschuwt de Farizeeën van alle tijden tegen schijnheiligheid en tegenover een overdreven wettelijkheid.

Ook de farizeeën en enkele van de Schriftgeleerden die uit Jeruzalem waren gekomen, hielden zich in Jezus’ nabijheid op. En toen ze zagen dat sommige leerlingen brood aten met onreine handen, dat wil zeggen, met ongewassen handen (de farizeeën en alle andere Joden eten namelijk pas als ze hun handen gewassen hebben, omdat ze zich aan de traditie van hun voorouders houden, en als ze van de markt komen, eten ze pas als ze zich helemaal gewassen hebben, en er zijn nog allerlei andere tradities waaraan ze zich houden, zoals het schoonmaken van bekers, kruiken, ketels en bedden), toen vroegen de farizeeën en de Schriftgeleerden Hem: ‘Waarom houden uw leerlingen zich niet aan de tradities van onze voorouders en eten ze hun brood met onreine handen?’ 
Maar Hij antwoordde: ‘Hoe treffend is de profetie die Jesaja heeft uitgesproken over huichelaars als u! Er staat immers geschreven: “Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart is ver van Mij; tevergeefs vereren ze Mij, want wat ze onderwijzen zijn voorschriften van mensen.” De geboden van God geeft u op, maar aan tradities van mensen houdt u vast.’ 
En Hij vervolgde: ‘Mooi is dat, hoe u Gods geboden ongeldig maakt om uw eigen tradities te kunnen onderhouden! Heeft Mozes niet gezegd: “Toon eerbied voor uw vader en uw moeder”, en ook: “Wie zijn vader of moeder vervloekt, moet ter dood gebracht worden”? Maar u leert dat iemand tegen zijn vader of moeder mag zeggen: “Alles wat van mij is en voor u van nut had kunnen zijn is korban,”’ (wat ‘offergave’ betekent) ‘waarmee u hem niet toestaat nog iets voor zijn vader of moeder te doen, en zo ontkracht u het woord van God door de tradities die u doorgeeft; en u doet nog veel meer van dit soort dingen.’ 

Van Woord naar leven

U hebt hem bijna een god gemaakt, hem gekroond met glans en glorie.

Beste mensen,
deze woorden uit psalm 8 drukken een groot enthousiasme uit. Dit temeer nadat er eerst staat dat je je als sterveling wel heel erg nietig moet voelen bij het zien van de grootsheid van al wat God geschapen heeft.

Soms vallen we stil en worden we ontroerd bij een ervaring in de natuur. Maar deze tijd leert ons – we merken het bijna dagelijks, hier en in andere landen en werelddelen – dat er in de zo schitterende schepping ook iets is misgegaan.

Het is hier niet de plaats om alle problematiek rond het klimaat en alles wat daarmee samenhangt te bespreken. Alleen dit: de zorg voor die prachtige aarde en de hele kosmos is bijna niet meer te overzien. Het kan ons bang maken. Waar moet het naar toe? Wij lijden aan de gevolgen van dingen waarvoor we al te lang onze ogen en oren gesloten hebben gehouden. Het inzicht is groeiende dat we zo niet eindeloos door kunnen leven.

Maar, als in de psalm gezegd wordt dat we bijna tot een god gemaakt zijn, dan is dit te verstaan als een uitnodiging om medebeheerders te worden van die aarde, én dat we geroepen zijn onze verantwoordelijkheid, ieder op eigen maat, op ons te nemen. Zo groot is de mens dat hij/zij met God mag samenwerken. De mens is immers evenbeeld van God, lazen we vandaag in het scheppingsverhaal. Hoe kunnen we zijn evenbeeld zijn?

Al lijkt er veel mis te gaan, er is ook zoveel moois om van te genieten. We worden uitgenodigd om oog te krijgen voor het mooie. Tijd te nemen om buiten te zijn, de lucht in te ademen, de zon te zien opgaan of ondergaan, of kleine observaties te doen in eigen tuin.

Een poosje geleden kreeg ik in het biologisch groentepakket een groente die ik nog nooit gezien had. Een of andere knol (geen kool). Toen ik hem doormidden sneed, zag ik steeds afwisselend in het rond vele ringen wit en rood, zo prachtig. Ik was helemaal verrast.

Observeer ook eens het gedrag van vogels. Is het niet wonderlijk dat zij ‘weten’ wat ze moeten doen, hier blijven of naar het zuiden vliegen? Of merk op dat, als ze al vertrokken zijn, soms weer terugkomen omdat het hier nog best toeven is nu de temperatuur hoger wordt. Hier in ons stadje waren de ooievaars half januari al aan het paren!

Hoe groter onze gevoeligheid wordt voor het mooie van de schepping, des te intenser zullen we onze verantwoordelijkheid voelen en zal onze bereidheid groeien om er ons voor in te zetten. Dit is de omgekeerde weg. Focussen op wat goed is en niet mopperen op wat verkeerd is. Aan de slag met de feiten.

Vandaag lezen we ook een klein deel uit het scheppingsverhaal. Het is geen verslag hoe het precies gebeurd is. Een mooie literaire vorm is het wel om de schepping te verdelen over zes, nee over zeven ‘dagen’. Op de zevende dag rustte God. En God zag dat het goed was, zelfs, na de schepping van de mens, zeer goed.

Wat gebeurde er met dit verhaal waardoor er veel misverstanden ontstaan zijn in de uitleg van het scheppingsverhaal dat, naar men dacht, eindigde na de zesde dag? Bij de hoofdstukindeling die vele jaren geleden gemaakt is, is de zevende dag losgekoppeld van hoofdstuk 1 dat eindigt na de zesde scheppingsdag. Alsof die zevende dag er niet bij hoorde, terwijl daarin de scheppingsdagen pas tot hun bestemming komen in de rust van de sabbat. De schepping van de mens, waarmee hoofdstuk 1 eindigt, vormt eigenlijk niet het hoogtepunt.
Met die uitleg is er, in het verleden, en nu nog, een cruciale fout gemaakt. Althans dit is de mening van prof. Dr. Matthijs de Jong. De climax van het scheppingsverhaal – zo stelt hij – ligt in de sabbat, de zevende dag; de sabbat die God zegende en heiligde. De sabbat is Gods geschenk aan zijn volk. Daar werkt het scheppingsverhaal naar toe.
Graag verwijs ik hierbij naar de ‘Leestip van de dag’ van vandaag waarin Prof. Dr. Matthijs de Jong zijn visie verder beschrijft. Warm aanbevolen!

Ik wil nog iets vertellen wat ik jaren geleden meemaakte. Ik ving een gesprek op tussen een vader en zijn vijf-zesjarig zoontje. De jongen vroeg aan zijn vader hoe het allemaal begonnen was met alles wat er bestaat. Ik was benieuwd naar zijn antwoord. Ze kwamen samen niet zo heel veel verder dan de oerknal. De jongen bleef doorvragen. ‘Maar hóe dan?’ Ik voelde me er net zo verlegen bij als de vader, alsof dit geheim al uit te leggen zou zijn.
De psalmist, misschien staande onder de sterrenhemel, heeft er iets van geproefd, al stamelt ook hij met de woorden die twee verschillende dingen zeggen. De mens zo klein ten opzichte van de geweldige schepping, en de mens zo groot, bijna tot god gemaakt. Misschien heeft de jongen er toch meer van begrepen dan wij. In elk geval begreep hij dat het een mysterie is waar onze woorden te beperkt voor zijn.

Laten wij bidden met de psalmist

Heer, onze Heer,
hoe machtig is uw naam op heel de aarde.
Uw luister aan de hemel
wordt bejubeld
door de mond van kinderen en zuigelingen.

Ik wens jullie een open hart, open ogen en bereidwilligheid toe, om de aarde lief te hebben en je ervoor in te zetten op je eigen manier, vandaag en alle dagen!
En moge de rust van de sabbat ons de diepe zin doen verstaan van alles wat we nog niet kunnen vatten, zodat we er steeds beter handen en voeten aan kunnen geven, door Christus onze Broeder.
Ricky Rieter

 

 

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.