woensdag in week 5 door het jaar

Uit het eerste boek Koningen 10, 1-10

De roem van Salomo, die de naam van de Heer tot eer strekte, was tot de koningin van Seba doorgedrongen. Ze ging naar hem toe om hem met raadsels op de proef te stellen. Ze kwam naar Jeruzalem met een grote karavaan dromedarissen beladen met reukwerk, een grote hoeveelheid goud, en edelstenen. Ze bracht Salomo een bezoek en legde hem alle vragen voor die ze had bedacht. En Salomo wist op al haar vragen een antwoord, er was er niet één waarop hij het antwoord schuldig moest blijven.
Toen de koningin van Seba merkte hoe wijs Salomo was en ze het paleis zag dat hij gebouwd had, de gerechten die bij hem op tafel kwamen, de wijze waarop zijn hovelingen aanzaten, de kleding en de goede manieren van zijn bedienden, de dranken die werden geschonken en de offers die hij opdroeg in de tempel van de Heer, was ze buiten zichzelf van bewondering. Ze zei tegen de koning: ‘Het is dus echt waar wat ik in mijn land over u en uw wijsheid heb horen vertellen. Ik geloofde het niet, maar nu ik hierheen ben gekomen en het met eigen ogen gezien heb, moet ik toegeven dat ik nog niet de helft te horen heb gekregen. Uw wijsheid en welvaart zijn nog veel groter dan wordt gezegd. Wat zijn uw hovelingen, die voortdurend in uw gezelschap verkeren en al uw wijze woorden horen, bevoorrecht! Geprezen zij de Heer, uw God, die zo veel behagen in u schept dat Hij u op de troon van Israël heeft gezet. Zijn liefde voor Israël is zo grenzeloos dat Hij u als koning heeft aangesteld om recht en gerechtigheid te handhaven.’
De koningin van Seba schonk Salomo honderdtwintig talent goud en een grote hoeveelheid reukwerk en edelstenen. Zo veel reukwerk als de koningin van Seba aan koning Salomo gaf, is later nooit meer aangevoerd.

Tussenzang: Ps 37, 5-6 + 30-31 + 39-40

Refr.: De mond van de rechtvaardige spreekt wijsheid.

Leg je leven in de handen van de Heer,
vertrouw op Hem, Hij zal dit voor je doen:
het recht zal dagen als het morgenlicht,
de gerechtigheid stralen als de middagzon.

De mond van de rechtvaardige spreekt wijsheid,
zijn tong spreekt gerechtigheid,
hij draagt de wet van God in zijn hart
en zijn voeten struikelen niet.

De rechtvaardigen vinden redding bij de Heer,
Hij is hun toevlucht in tijden van nood.
De Heer heeft hen altijd geholpen en bevrijd,
Hij bevrijdt hen ook nu van de zondaars,
Hij redt hen, want zij schuilen bij Hem.

Vers voor het evangelie (Mt 11, 25)

Alleluia.
Ik loof U, Vader,
Heer van hemel en aarde,
omdat U deze dingen onthuld hebt
aan eenvoudige mensen.
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Marcus 7, 14-23

Nadat Jezus de menigte bij zich had geroepen, zei Hij: ‘Luister allemaal naar Mij en kom tot inzicht. Niets dat van buitenaf in de mens komt kan hem onrein maken, het zijn de dingen die uit de mens naar buiten komen die hem onrein maken.’
Toen Hij een huis was binnengegaan, weg van de menigte, vroegen zijn leerlingen Hem om uitleg over deze uitspraak. 
Hij zei tegen hen: ‘Begrijpen ook jullie het dan nog niet? Zien jullie dan niet in dat niets dat van buitenaf in de mens komt, hem onrein kan maken omdat het niet in zijn hart, maar in zijn maag komt en in de beerput weer verdwijnt?’ Zo verklaarde Hij alle spijzen rein.
Hij zei: ‘Wat uit de mens komt, dat maakt hem onrein. Want van binnenuit, uit het hart van de mensen, komen slechte gedachten, ontucht, diefstal, moord, overspel, hebzucht, kwaadaardigheid, bedrog, losbandigheid, afgunst, laster, hoogmoed, dwaasheid; al deze slechte dingen komen van binnenuit, en die maken de mens onrein.’

Van Woord naar leven

GELUKKIG WIE ZUIVER VAN HART ZIJN, WANT ZIJ ZULLEN GOD ZIEN
(Bij Mc 7, 14-23)

Een mens is geroepen te leven met een zuiver hart, met zuivere intenties, met zuivere daden. Moesten we met z’n allen dit in alle schoonheid beleven … de wereld zou een waar paradijs zijn. De realiteit leert ons echter dat het – jammer genoeg – niet zo is, zowel rondom niet alsook niet in onszelf. De oorzaak is te vinden in het hart van de mens, zo leert het evangelie ons vandaag. Vanuit het hart, vanuit de mens zélf, komen – en ik citeer de woorden van Jezus – : ‘slechte gedachten, ontucht, diefstal, moord, overspel, hebzucht, kwaadaardigheid, bedrog, losbandigheid, afgunst, laster, hoogmoed, dwaasheid’.

Marc Vanhoutte schrijft: ‘Elk woord en elke daad wordt eerst in het hart geboren. Als ik in mijn hart enkel toelaat wat zuiver is, zullen al mijn woorden en al mijn daden puur zijn, waar, zonder bijbedoelingen. Als ik in mijn hart toelaat wat met zonde en kwaad te maken heeft, dan zullen mijn woorden en mijn daden troebel zijn, onzuiver, en gepaard gaand met bijbedoelingen waar heel vaak een adder onder schuilt’ (Ontleend aan ‘Bezinningen voor elke dag’, blz 46, Schrift en Liturgie 26, uitgegeven bij Abdij Bethlehem).

De uitdaging bestaat er dus in ons hart te vullen met enkele zuivere gedachten met de bedoeling dat ons concrete leven dáárvan een afstraling is.

Heel veel van wat ons omringt smeekt een plaats te krijgen in ons hart. Het is een mengeling van mooie en minder mooie dingen. Soms bonkt het agressief op ons hart met veel lawaai en tam tam, soms wacht het geruisloos tot we ons ervoor openen. Heel veel van die zaken komen via ons bewustzijn binnen, maar vaak gebeurt het ook onbewust en heeft het – zonder we het doorhebben – een invloed op ons denken en handelen. Een mens laat zich nu eenmaal vaak leven door de dingen die op hem afkomen.

Tussen al dat rumoer door is er een stem – amper hoorbaar – die alle andere geluiden ten diepste overvleugelt. Het is een stem die je in een heldere liefde zal aanspreken. Het is de stem van Jezus. In het boek Openbaring lezen we op welke wijze ze tot ons komt: ‘Ik sta voor je deur en klop aan. Als je mijn stem hoort en je deur opent, zal Ik bij je binnenkomen, en we zullen samen eten, Ik met jou en jij met Mij’ (cfr Op 3, 20).

Wie de Heer werkelijk binnenlaat, en bereid is met Hem maaltijd te houden (lees: zich te laten volstromen door en met Hem) zal in die zuiverheid komen waartoe het evangelie oproept. Hij zal terecht komen in een gebeuren van barmhartigheid: De Heer die omhelst, vergeeft en heelt. Hij zal de Heer ervaren als iemand die zich in liefde geeft met de vraag jezelf aan Hem te geven. Deze samensmelting zal beslist een gevolg hebben wat betreft je dagelijks leven. Je leven zal zuiver zijn omdat je de Heer hebt toegelaten dat Hij je hart gezuiverd heeft.

Wil je dit ‘feest’ laten gebeuren? Stop dan met je best te doen. Stop met het zelf in handen te nemen. Stop met je eigen redder te willen zijn. Maar geef je biddend aan de de warme gloed van de heilige Geest die in je is. Vertrouw je toe aan zijn genade en laat het wonder van Gods barmhartigheid gebeuren.
Neem het niet zelf in handen. Maar vertrouw je toe aan Hem – de Geest – die je eigen kunnen en willen ver overstijgt. Moge jouw bijdrage je ja-woord zijn aan dit gebeuren. En dán zal Pasen zich ten volle in jou voltrekken.


Laten we bidden

Kom heilige Geest,
trek ons in de gloed van uw genade,
opdat wij Jezus mogen welkom heten
als bron, hart en de spirit
van ons gebed en dagelijks leven.
Vandaag en alle dagen,
tot in eeuwigheid.
Amen.


Lieve mensen, laten we ons in eenvoud, in geloof, en in vreugde toewijden aan het waaien van de Geest. Pasen is te mooi om het zomaar te laten passeren. 

Een genadevolle woensdag voor ieder van jullie.
Met een genegen groet,
kris


Vragen om mee op weg te gaan

Ben ik bereid te stoppen met m’n best te doen? En wil ik me toevertrouwen aan de gloed van de Geest die mij zal binnenvoeren in de Heer?

Leg ik in mijn gebed die innerlijke stilte aan de dag waarbij ik de Geest alle ruimte geef te waaien?

Wat doe ik met die ‘stemmen’ die op me inbeuken en me trachten weg te trekken van Gods zuiverheid?


Blog ‘Van Woord naar leven’

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog ‘Van Woord naar leven’.
Omdat er zich wel eens kapers op de kust voordoen worden de reacties na ‘goedkeuring’ geplaatst.

Klik hier voor de blog.

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.