donderdag in week 16 door het jaar

Uit het boek Exodus 19, 1-2 + 9-11 + 16-20

God brengt zijn volk steeds nader tot Hem. Nadat Hij het bevrijd had uit Egypte brengt Hij het samen rond de berg Sinaï om zijn verbond met hen te sluiten. Mozes treedt telkens op als bemiddelaar. In een machtig visioen van geraas en gedonder laat God zijn macht blijken. Alles wat God zei, wilden zij volbrengen.

In de derde maand, op precies dezelfde dag dat ze uit Egypte waren weggetrokken, kwamen de Israëlieten in de Sinaiwoestijn. Ze waren vanuit Refidim verder getrokken en in de Sinaiwoestijn gekomen. Daar sloegen de Israëlieten hun kamp op, vlak bij de berg. 
De Heer sprak tot Mozes: ‘Ik kom naar je toe in een donkere wolk, dan kan iedereen het horen wanneer Ik met je spreek en zullen ze voor altijd vertrouwen in je hebben.’
Toen Mozes de Heer vertelde wat het volk had geantwoord, zei de Heer hem ook: ‘Ga terug naar het volk en zorg ervoor dat ze zich vandaag en morgen heiligen, en laten ze hun kleren wassen. Bij het aanbreken van de derde dag moeten ze gereed zijn, want op die dag zal de Heer voor de ogen van heel het volk neerdalen op de Sinai.’
Op de derde dag, bij het aanbreken van de morgen, begon het te donderen en te bliksemen, er hing een dreigende wolk boven de berg, en zeer luid weerklonk het geschal van een ramshoorn. Iedereen in het kamp beefde. 
Mozes leidde het volk het kamp uit, God tegemoet. Aan de voet van de berg bleven ze staan. De Sinai was volledig in rook gehuld, want de Heer was daarop neergedaald in vuur. De rook steeg op als de rook uit een smeltoven, en de berg trilde hevig. Het geschal van de ramshoorn werd luider en luider. Mozes sprak, en God antwoordde met geweldig stemgeluid. 
De Heer was op de top van de Sinai neergedaald. Hij vroeg Mozes naar Hem toe te komen, en Mozes ging naar boven. 

Dan. 3, 52-56

Refr.: U komt de lof toe in alle eeuwen !

Geprezen bent U, Heer, God van onze voorouders,
geloofd en verhoogd in eeuwigheid.

Geprezen is uw heilige en luisterrijke Naam,
geprezen, geloofd en verhoogd in eeuwigheid.

Geprezen bent U in uw heilige en luisterrijke tempel,
geprezen, bezongen en verheerlijkt in eeuwigheid.

Geprezen bent U, die afgronden peilt en op de cherubs troont,
geloofd en verhoogd in eeuwigheid.

Geprezen bent U op de troon van uw koninkrijk,
geprezen, bezongen en verhoogd in eeuwigheid.

Vers voor het evangelie (Ps 119, 105)

Alleluia.
Uw woord is een lamp voor mijn voet,
een licht op mijn pad.
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Matteüs 13, 10-17

Tot de menigte sprak Jezus in parabels. Aan zijn leerlingen gaf Hij de verklaringen ervan. Zij die ervoor openstaan ontdekken wel de bedoelingen van de Meester. Zij die zich afsluiten begrijpen Jezus’ manier van spreken niet. Al lijkt zijn prediking een mislukking: de goede afloop ervan staat vast.

De leerlingen kwamen naar Jezus toe en vroegen: ‘Waarom spreekt U in gelijkenissen tot hen?’ 
Hij antwoordde: ‘Het is jullie gegeven de geheimen van het koninkrijk van de hemel te kennen, maar hun niet. Want wie heeft, hem zal nog meer gegeven worden, en wel in overvloed; maar wie niets heeft, hem zal zelfs het laatste worden ontnomen. Dit is de reden waarom Ik in gelijkenissen tot hen spreek: omdat zij ziende blind en horende doof zijn en niets begrijpen. In hen komt deze profetie van Jesaja tot vervulling: “Jullie zullen goed luisteren maar niets begrijpen, en jullie zullen goed kijken maar geen inzicht hebben. Want het hart van dit volk is afgestompt, hun oren zijn doof en hun ogen houden zij gesloten. Met hun ogen willen ze niets zien, met hun oren niets horen, met hun hart niets begrijpen. Want anders zouden ze tot inkeer komen en zou Ik hen genezen.” 
Gelukkig zijn jullie ogen omdat ze zien, en jullie oren omdat ze horen! 
Want Ik verzeker jullie: vele profeten en rechtvaardigen hebben ernaar verlangd te zien wat jullie zien, maar ze kregen het niet te zien, en te horen wat jullie horen, maar ze kregen het niet te horen.’

Van Woord naar leven

LUISTEREN DAT NAAR ONTMOETING LEIDT

De leerlingen kwamen naar Jezus toe en vroegen: ‘Waarom spreekt U in gelijkenissen tot hen?’ 
Waarop Hij met geen mis te verstane woorden antwoordt: ‘Omdat zij ziende blind en horende doof zijn en niets begrijpen. In hen komt deze profetie van Jesaja tot vervulling: “Jullie zullen goed luisteren maar niets begrijpen, en jullie zullen goed kijken maar geen inzicht hebben. Want het hart van dit volk is afgestompt, hun oren zijn doof en hun ogen houden zij gesloten. Met hun ogen willen ze niets zien, met hun oren niets horen, met hun hart niets begrijpen. Want anders zouden ze tot inkeer komen en zou Ik hen genezen.”’

Nochtans, zo hoorden we eerder deze week nog, gebruikte Jezus heel bewust parabels en gelijkenissen. Anders dan in gelijkenissen sprak Hij niet tot hen , zo staat er zelfs (Mc 4, 34). Doorheen de gelijkenissen verkondigde Hij zijn leer op een wijze die zij konden verstaan. Jezus gebruikte verhalen uit de natuur en het werk op het veld om iets over Hem te zeggen. Hij gebruikte het dagelijks leven en de menselijke arbeid van toen, om te spreken over het koninkrijk Gods dat midden onder hen aanwezig was. Vijfennegentig percent leefde toen immers van de landbouw. Goede grond is vruchtbaar en ontvankelijk voor de groeikracht van het zaad. Slechte grond, rotsige ondergrond, distels en doornen maakt de aarde niet ontvankelijk voor het zaad. Toch niet moeilijk om te begrijpen … zou je denken.

Maar hoe Jezus ook trachtte aan te sluiten bij hun dagelijks leven … ook de gelijkenissen vonden vaak geen ingang. En daarover spreekt Jezus vandaag. Men luisterde wel, maar verstond niet waar het bij Hem om te doen was. In de parabels ging het namelijk om God, om ontvankelijkheid jegens Hem, om de keuze voor het Rijk Gods met alle consequenties die deze weg met zich meebrengt. Je mag praten over het zaad dat eerst moet sterven alvorens te kunnen kiemen. Maar als je deze gelijkenis niet legt op je eigen leven, dan blijft het bij een mooi woordje. In de parabels en gelijkenissen sprak Jezus over het belang van je te hechten aan Hem, om – door geestelijk sterven en verrijzen – leven te geven aan jezelf en allen die je ontmoet.

Een vraag die zich hier aandient is: Wij, die met regelmaat (misschien dagelijks) het Woord beluisteren, nemen we het ook écht tot ons? En wel zo dat het levend voedsel is ons door de Heer gegeven? Voedsel dat de genade in zich draagt tot een werkelijke diepe toekering naar God. Voedsel dat ons aanzet tot engagement om van deze wereld een plek te maken waar Gods liefde zichtbaar wordt doorheen het samenleven met elkaar.

Ontmoeten we Christus wanneer we naar het Woord luisteren? Doorheen zijn Woord wil Hij ons immers op sleeptouw nemen om zijn koninkrijk van vrede en liefde gestalte te geven.

Laten we dit als gemeenschap samen doen, in dankbaarheid en vreugde.

Laten we bidden …

Vader,
doorheen het Woord
baart U Christus in ons hart.
Mogen wij ons met Hem verinnigen
opdat uw Rijk van vrede en liefde
zichtbaar gestalte mag krijgen
in deze wereld die zo hunkert
naar licht en zingeving.
In zijn naam.
Amen.

Een toegewijde donderdag voor ieder van u.
kris

 

 

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.