‘Geloven is een ontmoeting met Christus die het hart verandert’

In zijn 9de catechese over de verkondiging tijdens de audiëntie van woensdag 15 maart ’23 sprak de paus over wat de bekering van Paulus ons leert.

Broeders en zusters, goedendag!

Op onze catechetiscbe weg over de apostolische ijver, beginnen we vandaag onze blik te richten op enkele figuren, die op verschillende wijzen en in verschillende tijden, een voorbeeldig getuigenis hebben gegeven wat passie voor het Evangelie wil zeggen. De eerste getuige is natuurlijk de apostel Paulus. Aan hem wil ik twee catecheses besteden.

De geschiedenis van Paulus van Tarsus is op dit punt kenmerkend. In het eerste hoofdstuk van de brief aan de Galaten, zoals ook in het verhaal van de Handelingen der Apostelen, moeten we opmerken dat zijn ijver voor het Evangelie na zijn bekering duidelijk wordt. Die ijver neemt de plaats in van zijn eerdere ijver voor het judaïsme. Hij was een ijveraar voor de Wet van Mozes omwille van het judaïsme. Na zijn bekering zet de ijver zich door voor de verkondiging, voor het verkondigen van Jezus Christus. Paulus was verliefd op Jezus. Saulus – de eerdere naam van Paulus – was reeds ijverig, maar Christus vormt zijn ijver om: van de Wet naar het Evangelie. Zijn inzet wilde eerste de Kerk vernietigen, later zal hij haar opbouwen. We kunnen ons de vraag stellen: wat is er gebeurd, wat gebeurt er tussen vernietiging en opbouw? Wat is in Paulus veranderd? In welke zin is zijn ijver en inzet voor de eer van God veranderd?