“Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.”

Het maandelijkse Woord van leven is een zin uit de Bijbel met een uitleg die wil helpen om de woorden in concreet leven om te zetten. De tekst wordt in 90 talen door de Focolarebeweging uitgegeven en bereikt wereldwijd miljoenen mensen. Hieronder de tekst voor deze maand november.

“Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.” (Mat. 5, 9)

Het evangelie van Matteüs bevat veel uitdrukkingen die kenmerkend zijn voor de Joodse culturele en religieuze traditie. Jezus wordt er gepresenteerd als de nieuwe Mozes, die de berg op gaat om de kern van Gods Wet te verkondigen: het gebod van de liefde. Jezus zelf is de eerste verpersoonlijking van wat Hij verkondigt. Dit wordt duidelijk wanneer hij de zaligsprekingen verkondigt, het programma van heel zijn leven. Daarin komt de radicaliteit van de christelijke liefde naar voren, met als effect de volle vreugde. Gelukzaligheid dus.

“Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.”

Tot op de dag van vandaag begroeten joodse mensen elkaar met de vredeswens ‘shalom’. Vrede is op de eerste plaats een geschenk van God, maar is ook afhankelijk van onze medewerking. Van alle zaligsprekingen klinkt deze als de meest actieve. We worden uitgenodigd om niet onverschillig te blijven maar bouwers van vrede te worden, te beginnen bij  onszelf, maar ook om ons heen. Dat vraagt om inzet en zorg voor anderen, om wonden en trauma’s te genezen, net als Jezus. Om deze reden lijkt iedere vredestichter op Jezus en wordt erkend als kind van God, net als Hij.

“Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.”

In het voetspoor van Jezus kunnen ook wij elke dag veranderen in een ‘dag van vrede’, waarmee een einde komt aan de kleine of grote ruzies die elke dag om ons heen worden uitgevochten. Om deze droom te verwezenlijken is het belangrijk netwerken van vriendschap en solidariteit op te bouwen. Soms betekent dat ook om de helpende hand van anderen te accepteren. Zoals Denise en Alexander vertellen: “Toen we elkaar ontmoetten, voelden we ons samen oké. We trouwden en het begin was erg fijn, ook vanwege de geboorte van onze kinderen. Na verloop van tijd begonnen de ups en downs; er was geen enkele vorm van dialoog meer tussen ons. Over alles moest voortdurende worden gediscussieerd. We besloten wel om bij elkaar te blijven, maar we bleven terugvallen in dezelfde fouten, in onbegrip voor elkaar en meningsverschillen. Op een dag stelden een paar vrienden ons voor om deel te nemen aan een ondersteuningstraject voor echtparen in moeilijkheden. We vonden niet alleen mensen die ervaring hadden en competent waren, maar een grote ‘familie van gezinnen’ waarmee we onze problemen konden delen: we waren niet langer alleen! Onze lamp ging weer branden. Maar nu kwam het erop aan, want eenmaal thuis was het niet gemakkelijk. Af en toe vallen we nog steeds terug. Wat ons helpt is voor elkaar te zorgen, met de inzet om opnieuw te beginnen en in contact te blijven met deze nieuwe vrienden en samen verder te gaan.”

“Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.”

De vrede van Jezus vraagt van ons een nieuw hart en nieuwe ogen, om – zoals Chiara Lubich zegt – “in alle mensen kandidaten voor universele broederschap te zien”. “In alle mensen?  Ook de buren die voortdurend ruzie lijken te zoeken? Ook de collega die mijn carrière dwarszit? Ook degenen die tot een andere groep of een ander geloof behoren? Ook de voetballers van de tegenpartij? Ja, iedereen is kind van de Vader in de hemel. Ieder is dus mijn broer of zus. Precies hier begint vrede. De wereld verandert als wij veranderen. Door te benadrukken wat ons verenigt, kunnen we bijdragen aan een mentaliteit van vrede en gaan mensen samenwerken voor het welzijn van allen. Uiteindelijk zal de liefde overwinnen, want die is sterker dan alle andere krachten.” (1)

Letizia Magri

(1): Chiara Lubich, Woord van leven van januari 2004

Bron: Focolare.org

Foto: Pixabay