H. Maagd Maria, Moeder van de Kerk

Gedachtenis – eigen lezingen

Uit de Handelingen van de Apostelen 1, 12-14

We ontmoeten hier Maria en de apostelen, die zich samen vurig wijdden aan het gebed, om zich op deze wijze te openen voor de belofte door de Heer gedaan.

Nadat Jezus ten hemel was opgenomen keerden de apostelen van de Olijfberg terug naar Jeruzalem. Deze berg ligt vlak bij de stad, op een sabbatsreis afstand. Toen ze in de stad waren aangekomen, gingen ze naar het bovenvertrek waar ze verblijf hielden: Petrus en Johannes, Jakobus en Andreas, Filippus en Tomas, Bartolomeüs en Matteüs, Jakobus, de zoon van Alfeüs, en Simon de Zeloot en Judas, de zoon van Jakobus. Eensgezind wijdden ze zich aan het gebed, samen met de vrouwen en met Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broers.

Psalm 87, 1-3 + 5-7

Refr.: Van u wordt met lof gesproken, stad van God.

Boven alle steden van Jakob
heeft de Heer de poorten van Sion lief,
zijn vesting op de heilige bergen.
Van u wordt met lof gesproken, stad van God.

Met recht kan men van Sion zeggen:
‘Welk volk ook, het is hier geboren,
de Allerhoogste houdt Sion in stand.’

Bij de namen van de volken schrijft de Heer:
‘Dit volk is hier geboren’.
En dansend zingen zij:
‘Mijn bronnen zijn alleen in u.’

Vers voor het evangelie

Alleluia.
O gelukkige Maagd,
die de Heer ter wereld heeft gebracht;
heilige Moeder van de Kerk,
die in ons de Geest van uw Zoon,
Jezus Christus, bevordert.
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Johannes 19, 25-34

Vanop het kruis gaf Jezus zijn moeder aan Johannes, en Johannes aan zijn moeder.

Bij het kruis van Jezus stonden zijn moeder en haar zus, en Maria, de vrouw van Klopas, en Maria van Magdala. Toen Jezus zijn moeder zag staan, en bij haar de leerling van wie Hij veel hield, zei Hij tegen zijn moeder: ‘Vrouw, dat is uw zoon,’ en daarna tegen de leerling: ‘Dat is je moeder.’ Vanaf dat moment nam die leerling haar bij zich in huis.

Toen wist Jezus dat alles was volbracht, en om de Schrift geheel in vervulling te laten gaan zei Hij: ‘Ik heb dorst.’ Er stond daar een vat water met azijn; ze doopten er een spons in en brachten die, gestoken op een majoraantak, naar zijn mond. Nadat Jezus ervan gedronken had zei Hij: ‘Het is volbracht.’ Hij boog zijn hoofd en gaf de geest.

Het was voorbereidingsdag, en de Joden wilden voorkomen dat de lichamen op sabbat, en nog wel een bijzondere sabbat, aan het kruis zouden blijven hangen. Daarom vroegen ze Pilatus of de benen van de gekruisigden gebroken mochten worden en of ze de lichamen mochten meenemen. Toen braken de soldaten de benen van de eerste die tegelijk met Jezus gekruisigd was, en ook die van de ander. Vervolgens kwamen ze bij Jezus, maar ze zagen dat Hij al gestorven was. Daarom braken ze zijn benen niet. Maar een van de soldaten stak een lans in zijn zij en meteen vloeide er bloed en water uit.

Van Woord naar leven

BRUID EN MOEDER

Waar we gisteren met Pinksteren de komst van de heilige Geest vierden, gedenken we vandaag Maria als zijn Bruid en Moeder van de Kerk.

In het evangelie van vandaag lezen we hoe Jezus vanop het kruis zijn eigen moeder geeft aan Johannes en Johannes de opdracht geeft zijn Moeder welkom te heten. Of anders gezegd: Jezus laat de Kerk deelgenoot worden van Maria’s moederschap over Hem.

Over Maria is relatief weinig neergeschreven in het Nieuwe Testament. We weten van haar ontmoeting met de engel Gabriël waar ze ‘ja’ heeft gezegd, dat ze Jezus fysiek gedragen heeft en gebaard nabij Bethlehem, dat ze met Jozef en haar kind enige tijd gevlucht zijn naar Egypte, dat ze af en toe aanwezig was op een feest waar ook Jezus was of op plekken waar Hij de mensen toespraak. En zij ging terzijde met Hem mee op zijn kruisweg waar ze bij Hem bleef tot zijn dood, zijn kruisafname, en graflegging. En vandaag hoorden we in de eerste lezing wat we gisteren vierden: dat ze met de leerlingen bad om de komst van de heilige Geest.
Al bij al laat de Bijbel toch nogal wat van zich horen als het over Maria gaat.

Vandaag gedenken we haar dus als Moeder van de Kerk, als Moeder van ieder van ons. Dat zij als Moeder bij ons is, is in de diepte zo mooi, én belangrijk. Immers, ons gaan naar de Heer, doen we nooit alleen. Als Moeder neemt ze ons bij de hand en gaat met ons mee. Ze gaat ons voor, ze draagt ons. Ze komt niet tussen Jezus en ons te staan. Nee, ze gaat naast ons, ons diep begeleidend op onze weg naar de Heer. Als Moeder helpt ze ons ons toe te vertrouwen aan Hem. Als Moeder staat ze naast haar Zoon om samen met Hem ons in ontvangst te nemen wanneer we ons schenken aan Jezus.

Maria is Moeder van en voor de Kerk in de diepste betekenis van het woord. Ze baart niet enkel haar Zoon voor ons gegeven, maar ze brengt ons allen ook in zijn genade. Door haar toedoen worden wij deelgenoot van Jezus’ liefde. Haar moederschap voor ons brengt ons in het gemeenschapsleven van de Vader, de Zoon en de Geest.

Vanuit dit gebeuren zullen we ons gestuwd weten naar de wereld, om Gods liefde te zijn. Ook hier met Maria aan onze zijde, die – waakzaam als ze is – ons ‘in de Heer’ zal houden. Hier ontmoeten we haar naast Moeder ook als ‘Bruid van de Geest’, het innerlijk vuur waarover we gisteren spraken; Gods stuwing die ons zendt en brengt naar de medemens opdat zijn liefde belichaamd zou worden.

Geliefde mensen,
laat je dragen door Maria. Laten we dit als Kerk doen. Laten we ons toevertrouwen aan haar, zoals zij dat doet aan ieder van ons. Wees diep vanbinnen dankbaar en blij dat ze bij ons is. Ik zou zeggen: verheug u in haar aanwezigheid; tijdens je bidden, maar ook gewoon in het dagelijks leven.

Vele mensen zetten thuis bloemetjes bij haar beeltenis. Of men brandt een kaars bij een grot of kappelletje in de buurt. Dat is mooi. Het zijn uiterlijke tekens van innerlijke toewijding.

Moge Maria, als Moeder van de Kerk, als Moeder van ieder mensenkind, ons allen diep begeleiden op de weg die Jezus met ons wil gaan.

Laten we bidden

Lieve Moeder Maria,
wij danken u omdat je de opdracht die je van de Heer kreeg, om ons als Moeder nabij te zijn, met zoveel liefde volbrengt. Net zoals Jezus ben je één en al liefde. Dank u om die liefdevolle Moederlijke aanwezigheid. Wat een genade voor ons. Blijf ieder van ons, en de hele Kerk, bij de hand nemen en breng ons tot bij uw Zoon, tot in zijn Hart.
Amen.

Met een genegen groet,
kris

 

 

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.