Leestip van de dag – dinsdag 14 juli 2020

Zonder masker

Alleen kinderen dragen geen masker. Dat is nu nog meer waar dan anders.

Door Kolet Janssen

Onlangs nam ik voor het eerst sinds lang de trein naar Brussel. Bij mijn eerste stap op het perron kreeg ik het gevoel dat ik verzeild was geraakt in een scène uit een goedkope rampenfilm. De stationschef en de treinbegeleiders liepen rond met mondmaskers en lichtgevende bordjes. Om de vijf minuten klonk er een bericht uit de luidsprekers over het verplicht dragen van mondmaskers door iedereen.

Alle volwassenen waren voorzien van zo’n mondkapje: de meeste in steriel wit of lichtblauw, hier en daar eentje met een grappig logo of een zelfgemaakt bloemetjesexemplaar. Jongeren zag je frunniken in hun broekzakken als ze het perron op kwamen en er meteen eentje voorbinden. Een jonge student die het waagde om de hele lengte van het perron langs te stappen zonder neus- en mondbedekking, werd door iedereen met grote, verwijtende ogen nagekeken.

 Alleen de kinderen huppelden er vrolijk met een bloot gezichtje tussendoor.

Ze hingen als vanouds aan de arm van hun papa of mama, renden heen en weer op het perron, legden elke afstand drie keer af en kwebbelden er ongehinderd op los. Veel meer dan anders viel op dat kinderen radicaal andere wezens zijn dan grote mensen.

 Als dit een slechte religieuze scifi-film zou zijn, zou je zeggen dat alle grote mensen ‘getekend’ waren. Dat de godheid hen niet liet wegkomen met wat ze ervan gebakken hadden tot nu toe.

Dat volwassenen hun kans op een normaal leven voorlopig verspeeld hadden.

Dat ze een masker moesten dragen als teken van hun falen. Zowel tachtigplussers als tieners waren medeplichtig en ontsnapten er dus niet aan.

Alleen heel jonge kinderen, die nog konden huppelen en fantaseren, die nog droomden en dansten, gingen vrijuit. Zij hoefden hun neus en hun mond niet te bedekken. Zij waren niet verantwoordelijk voor hoe de wereld draaide.

Ik dacht opeens aan die Bijbelpassage waar Jezus zegt: ‘Laat de kinderen bij me komen. Hou ze niet tegen. Want Gods nieuwe wereld is er juist voor hen.’

Ik geloof niet in een wraakzuchtige God, maar die huppelende kinderen met hun frisse gezichtjes tussen de gemaskerde volwassenen die probeerden te doen alsof er niets aan de hand was, lieten zich niet negeren.

En dan schoot me die andere Bijbelpassage te binnen, waar juist de onschuldige kinderen door Herodes werden vermoord, in de eerste levensdagen van Jezus op onze aarde.

 Het voordeel van mondmaskers is dat je elkaar als volwassene ongegeneerd diep in de ogen kunt kijken.

Laten we samen afspreken dat we het niet opnieuw tot een onschuldige kindermoord laten komen. Laten we het kwaad uitroeien waar we kunnen, in ons eigen leven, in onze samenleving. Dan pas kunnen de maskers weer af.

Bron: Kerknet.be