Leestip van de dag – vrijdag 5 juli 2019

“Om niet hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven!”

Het maandelijkse Woord van leven is een zin uit de bijbel met een uitleg die wil helpen om de woorden in concreet leven om te zetten. De tekst wordt in 90 talen door de Focolarebeweging uitgegeven en bereikt wereldwijd miljoenen mensen. Hieronder het Woord van leven voor deze maand juli.

“Om niet hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven!” (Matteüs 10,8)

In het evangelie van Matteüs richt Jezus deze duidelijke uitnodiging aan zijn leerlingen, zijn ‘gezondenen’. Zelf is Hij de lijdende mens altijd heel nabij geweest. Via zijn volgelingen wil Hij zijn werk van genezing en bevrijding voortzetten en vermenigvuldigen. Zijn leerlingen zijn rond Hem samengekomen, hebben naar zijn woorden geluisterd en hebben een zending gekregen. Daarom zijn ze op weg gegaan, om te getuigen van de liefde van God voor ieder mens.

“Om niet hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven!”

Maar wat hebben ze ‘om niet’ ontvangen dat ze moeten doorgeven? Via het leven, de woorden en de handelingen van Jezus, hebben de leerlingen de barmhartigheid van God ervaren. Ondanks hun zwakheden hebben ze de nieuwe ‘wet van de liefde’ ontvangen, en vooral de gave die God aan alle mensen wil geven: Zichzelf! God is aanwezig op de weg van ons leven. Hij is licht voor onze keuzes. Hij heeft zichzelf ‘om niet’ gegeven. Deze gaven zijn aan ieder van ons gegeven zodat wij deze weer door kunnen geven aan alle mensen die wij dag na dag ontmoeten.

“Om niet hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven!”

In oktober 2006 schreef Chiara Lubich hierover het volgende: “Op veel plaatsen in het evangelie nodigt Jezus ons uit om te geven: aan de arme, aan wie vraagt, aan wie honger heeft. Hij nodig uit om ook het bovenkleed te geven aan wie het onderkleed vraagt. Hij zegt dat we moeten geven zonder eigenbelang. Hij heeft zelf als eerste gegeven: gezondheid aan de zieken, vergeving aan de zondaars, zijn leven aan ons allemaal. Tegenover de neiging om te pakken, stelt Hij edelmoedigheid; tegenover het alleen maar gericht zijn op eigen behoeften stelt Hij aandacht voor de ander; tegenover de cultuur van het bezitten stelt Hij die van het geven.

Al ons handelen heeft waarde: ons werk in huis of op het land, in de fabriek, op kantoor, wanneer we huiswerk maken, maar evengoed wanneer we een taak hebben in politiek, kerk en maatschappij. Alles wat we doen kunnen we omzetten in dienstbaarheid aan onze naasten. De liefde geeft ons nieuwe ogen om te zien wat anderen nodig hebben. We zullen groeien in edelmoedigheid en creativiteit.
En de vruchten? Gaven gaan circuleren, want liefde roept liefde op. De vreugde wordt verdubbeld, want geven maakt gelukkiger dan ontvangen.”[1]

Precies dat gebeurde met Virginie, een meisje uit Kongo: “Toen ik naar school ging, had ik honger. Onderweg kwam ik mijn oom tegen, die me geld gaf om een broodje te kopen. Maar even later zag ik een man die erg arm was. Ik wilde hem meteen dat geld geven. Maar mijn vriendin zei dat ik dat niet moest doen. Ik dacht bij mezelf dat ik de dag daarna wel weer eten zou krijgen maar hij misschien niet. Het geld voor mijn broodje heb ik toen aan hem gegeven, en ik voelde een heel grote blijdschap in mijn hart.“

“Om niet hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven!”

Letizia Magri

[1] Chiara Lubich, Woord van leven, oktober 2006.

Bron: Focolare.nl