Leestip van de dag – woensdag 8 februari 2017

Tijd voor verandering

Maandelijks biedt de gemeenschap van Taizé een Bijbeltekst aan, met uitleg,  om het zoeken naar God ook in het dagelijks leven door stilte en gebed te ondersteunen.

Hieronder de tekst van deze maand februari uit de Handelingen van de Apostelen 1, 1-11

In mijn eerste boek, Theofilus, heb ik de daden en het onderricht van Jezus beschreven, vanaf het begin tot aan de dag waarop hij in de hemel werd opgenomen, nadat hij de apostelen die hij door de heilige Geest had uitgekozen, had gezegd wat hun opdracht was. Na zijn lijden en dood heeft hij hun herhaaldelijk bewezen dat hij leefde; gedurende veertig dagen is hij in hun midden verschenen en sprak hij met hen over het koninkrijk van God.
Toen hij eens bij hen was, droeg hij hun op: ‘Ga niet weg uit Jeruzalem, maar blijf daar wachten tot de belofte van de Vader, waarover jullie van mij hebben gehoord, in vervulling zal gaan. Johannes doopte met water, maar binnenkort worden jullie gedoopt met de heilige Geest.’ Zij die bijeengekomen waren, vroegen hem: ‘Heer, gaat u dan binnen afzienbare tijd het koningschap over Israël herstellen?’ Hij antwoordde: ‘Het is niet jullie zaak om te weten wat de Vader in zijn macht heeft vastgesteld over de tijd en het ogenblik waarop deze gebeurtenissen zullen plaatsvinden. Maar wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen en van mij getuigen in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de aarde.’
Toen hij dit gezegd had, werd hij voor hun ogen omhooggeheven en opgenomen in een wolk, zodat ze hem niet meer zagen. Terwijl hij zo van hen wegging en zij nog steeds naar de hemel staarden, stonden er opeens twee mannen in witte gewaden bij hen. Ze zeiden: ‘Galileeërs, wat staan jullie naar de hemel te kijken? Jezus, die uit jullie midden in de hemel is opgenomen, zal op dezelfde wijze terugkomen als jullie hem naar de hemel hebben zien gaan.’

Na zijn verrijzenis keert Jezus terug naar zijn leerlingen om hen twee kostbare geschenken aan te bieden: het eerste is de heilige Geest die, zoals de Handelingen van de Apostelen het beschrijven, een sterke en dynamische kracht is. Aan dit kleine groepje mensen wordt een transformerende kracht verleend, een scheppende kracht die dingen in beweging kan zetten en in het leven kan roepen wat nog niet nog niet bestond.

Het tweede geschenk is dat van de tijd. Als de leerlingen bij Jezus aandringen dat Hij hen zegt wanneer het einde der tijden aanbreekt, keert Hij in zijn antwoord de prioriteiten om: het einde der tijden kennen is niet jullie zaak, maak je daar geen zorgen over, en ook niet over wanneer Ik Gods Koninkrijk zal herstellen. Houd je eerder bezig met het goed gebruiken van de kracht die je is gegeven.

Uiteindelijk hangen de geschenken met elkaar samen: behalve de kracht om te scheppen en om te vormen, geeft God ook de tijd om die veranderingen te realiseren. Als de Passie, de Verrijzenis, de Hemelvaart, en Pinksteren onderscheiden momenten in de tijd zijn, dan is dat omdat God zijn tijd neemt en ook de mensen alle tijd geeft.

Eén van de eerste consequenties hiervan is dat wij mensen en situaties onmogelijk definitief kunnen beoordelen. Ook al doen wij vaak voorbarige uitspraken over ’altijd’ en ’nooit’ en over ’alles’ of ’niets’, God houdt niet op ons de Geest van omvorming aan te bieden en ons tegelijkertijd op te roepen tot geduld. Hij geeft ons geen definitieve oplossingen voor de grote en kleine problemen van ons bestaan, maar nodigt ons uit om de voorlopigheid van sommige situaties te aanvaarden en van daaruit te werken aan een positieve ontwikkeling.

Paus Franciscus herhaalt het telkens weer, speciaal tegen de sociaal-economische leiders die hij ontmoet: “de tijd staat boven de ruimte”. In zijn encycliek “De vreugde van het Evangelie” schrijft hij: “Voorrang geven aan de ruimte leidt ertoe dat men gek wordt doordat men alles op het huidige ogenblik op wil lossen, en bezit tracht te nemen van alle ruimte die macht en zelfbevestiging bieden. Het betekent de processen kristalliseren en de pretentie te hebben deze tot stilstand te brengen. Voorrang geven aan de tijd betekent zich meer bezig houden met het beginnen van processen dan met het bezitten van ruimte. De tijd ordent de ruimte, hij verlicht haar en verandert haar in een schakel van een voortdurende groeiketen, zonder weg terug. Het gaat erom de voorrang te geven aan activiteiten die een nieuwe dynamiek in de maatschappij voortbrengen en andere personen en groepen erbij te betrekken die ze zullen voortzetten, opdat zij de vrucht dragen van belangrijke historische gebeurtenissen.” (paragraaf 222-225).

Wij moeten ons op onze beurt afvragen: als ik een kind van de verrijzenis wil worden, hoe kan ik dan mijn gaven en talenten gebruiken om veeleer nieuwe processen in gang te zetten dan om zo veel mogelijk ruimte te veroveren?

Jezus geeft zijn leerlingen de scheppende Geest en de tijd voor verandering, maar hij moedigt ze ook aan om na Pinksteren niet ter plaatse te blijven, maar om ’tot aan de uiteinden van de aarde’ te gaan. Als je binnengaat in de lange tijd van Gods geduld, word je een soort reiziger op deze aarde. Deze reis om het goede nieuws te verkondigen is zowel geografisch als spiritueel: het betekent niet alleen reizen met Jezus in de strikte zin van het woord, samen op missie gaan, maar ook: een reiziger worden in je eigen leven. Leven met weinig middelen, aanvaarden dat je niet alles weet over de volgende etappes, leven in een vorm van ’voorlopigheid’, accepteren dat je niet alles kunt plannen of controleren: de tijd van Gods geduld is een tijd van verandering. Laten we die voorlopigheid dus aanvaarden, eerder dan al te definitieve antwoorden te zoeken. Het is een beetje zoals in Taizé, waar we, na 40 jaar van jongerenontmoetingen, ervoor kiezen om bij elkaar te blijven komen in grote tenten, in plaats van meer gebouwen neer te zetten. Het gebrek aan comfort en het voorlopige van de situatie maken ons minder bezorgd, nederiger en creatiever.

Deze houding van ’innerlijk reizen’ heeft niets te maken met toerisme en staat haaks op de ongebreidelde consumptie en de wegwerpcultuur, die in hoog tempo mensen en dingen gebruikt en weer afdankt. Aanvaarden dat je geen definitieve antwoorden hebt of krijgt, leidt juist tot een duurzaam engagement, waar je je levenslang voor in wilt zetten. Je bindt je voor je leven door een belofte, vanwege die veel grotere reis, de reis naar God. Zo’n gelofte beperkt je vrijheid niet, maar verdiept die juist en geeft je al een voorproefje van de eeuwigheid.

Bron: Taizé