Leestip van de dag – zaterdag 22 september 2017

Eenheid in verscheidenheid

De gemeenschap van Taizé biedt maandelijks een Bijbeltekst aan om het zoeken naar God ook in het dagelijks leven door stilte en gebed te ondersteunen. Hieronder de Bijbeltekst voor deze maand september.

Er zijn verschillende gaven, maar er is één Geest; er zijn verschillende dienende taken, maar er is één Heer; er zijn verschillende uitingen van bijzondere kracht, maar het is één God die ze allemaal en bij iedereen teweegbrengt. In iedereen is de Geest zichtbaar aan het werk, ten bate van de gemeente. Aan de een wordt door de Geest het verkondigen van wijsheid geschonken, aan de ander door diezelfde Geest het overdragen van kennis; de een ontvangt van de Geest een groot geloof, de ander de gave om te genezen. En weer anderen de kracht om wonderen te verrichten, om te profeteren, om te onderscheiden wat wel en wat niet van de Geest afkomstig is, om in klanktaal te spreken of om uit te leggen wat daar de betekenis van is. Al deze gaven worden geschonken door een en dezelfde Geest, die ze aan iedereen afzonderlijk toebedeelt zoals hij wil. (1 Korintiërs 12:4-11)

In deze Bijbeltekst beschrijft de apostel Paulus de verscheidenheid van geestelijke gaven die de christenen in Korinthe hadden ontvangen. Bij het lezen van Paulus’ brieven is het altijd goed om je ervan bewust te zijn dat ze aan een bepaalde groep mensen werden gericht, in een concrete situatie. Meestal schreef Paulus aan de Korintiërs vanwege de morele problemen en de verdeeldheid in hun gemeenschap.

In deze brief ontkent Paulus de onvolmaaktheden van de gemeenschap die hij gesticht heeft niet: hij verwijt de Korintiërs dat ze verdeeld zijn en dat elk groepje zichzelf en zijn leider hoger acht dan de anderen. Tegelijkertijd noemt hij de leden van de gemeenschap zijn geliefde kinderen en begint hij zijn brief met hen te prijzen omdat ’God [hen] in Christus genade heeft geschonken’ (1:4).

Hoe kan Paulus een gemeenschap prijzen waarin zoveel is misgelopen? Hoe kan hij de leden ervan toch beschouwen als Christus’ Lichaam, als Gods kerk? Omdat Paulus, ondanks al hun tekortkomingen, zeker is dat de heilige Geest in hun midden aanwezig is. Gewoonlijk herkennen we de aanwezigheid van de Geest in alles wat goed en mooi is, maar zien we wel genoeg hoe Hij ook werkt in onvolmaakte situaties? Ook in ons leven is de Geest aan het werk, te midden van alle chaos en dubbelzinnigheid.

Het lijkt een mooi idee: God die aan ieder persoonlijk gaven uitdeelt. Maar dat betekent ook dat we moeten leren leven met het feit dat wijzelf niet alle gaven hebben ontvangen en dat deze gaven niet ’op afroep verkrijgbaar zijn’. God heeft aan ons bepaalde gaven gegeven, terwijl anderen andere gaven hebben gekregen die wij niet hebben. In plaats van ons daardoor te laten frustreren, zouden we dat als een aanmoediging moeten zien om samen in gemeenschap te leven.

Paulus wil dat de christenen van Korinthe nadenken over waarom ze hun gaven hebben ontvangen. De gaven die wij krijgen, zijn niet alleen bestemd voor onze eigen persoonlijke groei en bloei, maar zijn bedoeld om, samen met de gaven van anderen, ten dienste te staan van Christus en zijn Kerk. Ondanks al mijn inspanning, zijn er nog allerlei gaven die ik niet heb. Maar ik word omgeven door andere gelovigen: ik hoef niet alle gaven zelf te bezitten. Het belangrijkste is dat de Kerk als geheel de volheid van de genade van Gods Geest bezit.

Hieruit volgen twee dingen: ten eerste dat we “samen moeten komen, zodat de dynamiek van het Evangelie zich kan openbaren”, zoals broeder Aloïs het formuleert in zijn derde voorstel voor 2017. Want alleen als wij ze samenbrengen, kunnen de gaven van de heilige Geest hun volle betekenis ontvouwen.

Ten tweede: als wij samenkomen in de Kerk, zullen we onze eenheid moeten beleven in verscheidenheid. Als iemand anders zijn geloof niet precies beoefent zoals ik, betekent dat niet dat hij slecht is of ongelijk heeft. Het is altijd goed om aandachtig te zijn voor mensen die de dingen anders zien dan de meerderheid dat doet, omdat in de kerkgeschiedenis vaak is gebleken dat een kleine minderheid, soms maar een paar mensen, begrepen waar de Geest de Kerk heen wilde leiden. Uiteindelijk is de Kerk pas zoals zij bedoeld is, als zij weet hoe ze moet luisteren naar de verscheidenheid die in haar is.

Dit is geenszins een manier van relativeren. Het betekent niet dat de Kerk een plaats is waar, in naam van de verscheidenheid, ieder er zijn eigen waarheid op na mag houden. Paulus benadrukt heel sterk dat alle gelovigen in Korinthe dezelfde Geest, dezelfde Heer en dezelfde God hebben. Als wij ons door Hem bij elkaar laten brengen om de verscheidenheid van zijn gaven te ontdekken, als wij die verscheidenheid in onze eigen kerk bewaren en de gaven van de Geest herkennen in de andere kerken, zal dat ons uiteindelijk steeds dichter brengen bij een zichtbare gemeenschap van allen die Christus liefhebben.

Bron: Gemeenschap Taizé