Leestip van de dag – zondag 4 nov 2018

‘Wij zullen samen eten,
Ik met hem en hij met Mij.”

Het maandelijkse Woord van leven is een zin uit de Bijbel met een uitleg die wil helpen om de woorden in concreet leven om te zetten. De tekst wordt in 90 talen door de Focolarebeweging uitgegeven en bereikt wereldwijd miljoenen mensen. Hieronder de tekst voor deze maand november.

“Ik sta voor de deur en klop aan. Als iemand mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik binnenkomen, en wij zullen samen eten, Ik met hem en hij met Mij.”  Openbaring 3, 20

Hoe vaak horen wij iemand op onze deur kloppen of aanbellen? Het kan de postbode zijn, de buurman, de vriend van onze zoon, maar ook een onbekende… Wat zou hij willen? Is het verstandig om open te doen en iemand binnen te laten die we niet goed kennen? Toch nodigt dit Woord van God uit het boek Openbaring ons uit om een onverwachte gast goed te ontvangen.

De schrijver van dit boek, dat ons christenen veel kan leren, spreekt hier tot de oude Kerk van Laodicea, in het huidige Turkije. Hij spreekt in naam van de Heer Jezus, die is gestorven en verrezen uit liefde voor ieder mens. En hij doet dat met het gezag dat uit deze liefde voortkomt. Hij prijst, corrigeert en nodigt uit om de machtige hulp aan te nemen die de Heer zelf aan deze gemeenschap van gelovigen wil aanbieden, als ze maar bereid zijn om zijn stem te herkennen en voor Hem open te doen.

Net als toen wordt de christelijke gemeenschap ook vandaag uitgenodigd om angsten, barrières en valse zekerheden achter zich te laten en Jezus bij zijn komst te verwelkomen. Hij presenteert zich iedere dag onder verschillende ‘gedaanten’: in de dagelijkse zorgen, de problemen om trouw te zijn aan de eigen overtuiging, de uitdagingen voor de belangrijke keuzes in het leven, maar vooral in het gelaat van de medemens die we op onze weg tegenkomen.

Het is ook een uitnodiging om met Jezus een persoonlijk gesprek aan te gaan, zoals je doet met een vriend, in de stilte van de avond, gezeten aan dezelfde tafel, in een moment van dialoog waarin je jezelf opent en luistert. Het is een uitnodiging om alles rondom ons tot zwijgen te brengen en zo zijn stem te herkennen en te luisteren naar zijn Geest, de Enige die onze angsten kan doorbreken en de deur van ons hart kan openen.

Chiara Lubich vertelt daarover: “Als we alles in ons tot zwijgen brengen, zullen we de stem van de Geest ontdekken. Die stem is als een diamant die we uit de modder halen. We maken hem schoon, stellen hem tentoon en geven hem op een geschikt moment door. Want die diamant is Liefde en Liefde moet worden gegeven. Ze is als een vuur, dat in contact met stro gaat branden of anders uitdooft. De Liefde moet in ons groeien en overslaan op anderen.”[1]

Paus Franciscus zegt: “De Heilige Geest is een gave. […] Hij komt bij ons binnen en is vruchtbaar, zodat wij Hem kunnen doorgeven aan anderen. […] Het is dus juist de Heilige Geest die ons los kan maken van ons eigen ‘ik’ en ons kan openstellen voor het ‘wij’ van de gemeenschap. Ontvangen om te geven. Wij staan niet zelf in het centrum. Wij zijn een instrument van die gave voor de anderen.”[2]

“Ik sta voor de deur en klop aan. Als iemand mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik binnenkomen, en wij zullen samen eten, Ik met hem en hij met Mij.”

In de wederzijdse liefde, die typisch is voor het Evangelie, kunnen we getuigen zijn van de aanwezigheid van God. De toestroom van migranten die aan onze grenzen kloppen, kunnen we zien als kloppen op onze deur. Zoals Deli uit Italië vertelt: “Op een warme zondagmiddag zag ik voor mijn café heel veel Afrikaanse moeders met hun kinderen die huilden van de honger. Ik nodigde ze uit om binnen te komen en zei hun dat ze gratis eten konden krijgen voor hun kinderen. De moeders schaamden zich omdat ze geen geld hadden. Maar ik drong aan en ze accepteerden het. Inmiddels is het café de ontmoetingsplaats geworden van veel migranten, voor het grootste deel moslim. Ze noemen me nu ‘Mamma Afrika’. Mijn gewone klanten verdwenen helaas, de een na de ander. Het lokaal met spellen voor de ouderen is nu het zaaltje geworden voor de kinderen, waar ze kunnen schrijven en spelen. Op gezette tijden wordt ook taalles gegeven. Ik voel dit alles niet als een keuze, maar als een noodzaak om hen niet de rug toe te keren. Als ik opnieuw zou moeten beginnen, zou ik weer precies hetzelfde doen.”[3]

We worden allemaal uitgenodigd om de Heer te verwelkomen die aanklopt, om ons samen met Hem tot onze medemens te wenden. En het is de Heer zelf die met zijn aanwezigheid in ons leven ruimte zal krijgen.

Letizia Magri

[1] Chiara Lubich, Lo Spirito Santo è l’Amore, 12 september 1949.
[2] Franciscus, Algemene audiëntie, Rome 6 juni 2018.
[3] Uit Città Nuova online, 7 maart 2018.

Bron: Focolare.nl