Lezingen van de dag – dinsdag 4 oktober 2016

dinsdag in week 27 door het jaarbijbel


Uit de brief van Paulus aan de Galaten 1, 13-24

Paulus verantwoordt zijn apostolaat. Het is alleen gesteund op een persoonlijk initiatief van God. Eerst later maakt de apostel kennis met Petrus en Jakobus en kan hij zijn prediking met die van hen vergelijken.

Broeders en zusters,
u hebt gehoord hoe ik vroeger volgens de Joodse godsdienst leefde, dat ik de gemeente van God fanatiek vervolgde en haar probeerde uit te roeien. Ik leefde de Joodse wetten heel wat strikter na dan velen van mijn generatie en zette mij vol overgave in voor de tradities van ons voorgeslacht.
Maar toen besloot God, die mij al vóór mijn geboorte had uitgekozen en die mij door zijn genade heeft geroepen, zijn Zoon in mij te openbaren, opdat ik Hem aan de heidenen zou verkondigen. Ik heb toen geen mens om raad gevraagd en ben ook niet naar Jeruzalem gegaan, naar hen die eerder apostel waren dan ik. Ik ben onmiddellijk naar Arabia gegaan en ben van daar weer teruggekeerd naar Damascus. Pas drie jaar later ging ik naar Jeruzalem om Kefas te ontmoeten, en bij hem bleef ik twee weken. Maar van de overige apostelen heb ik niemand gezien, behalve Jakobus, de broer van de Heer.
God is mijn getuige dat ik u de waarheid schrijf. Daarna ging ik naar het kustgebied van Syrië en van Cilicië. De christengemeenten in Judea hadden mij nog nooit ontmoet, maar iedereen had over mij horen vertellen: ‘De man die ons vroeger vervolgde, verkondigt nu het geloof dat hij toen probeerde uit te roeien.’ En zij prezen God om mij.

 

Psalm 139, 1-3 + 13-14

Refr.: Heer, U doorgrondt mij.

Heer, U kent mij, U doorgrondt mij,
U weet het als ik zit of sta, Drieeenheid_2
U doorziet van verre mijn gedachten.

Ga ik op weg of rust ik uit,
U merkt het op,
met al mijn wegen bent U vertrouwd.

U was het die mijn nieren vormde,
die mij weefde in de buik van mijn moeder.
Ik loof U voor het ontzaglijke wonder van mijn bestaan.

Wonderbaarlijk is wat U gemaakt hebt.
Ik weet het,
tot in het diepst van mijn ziel.

 

Uit het evangelie volgens Lucas 10, 38-42

Marta loopt verloren in duizend zorgen van bijkomstige aard. Maria is een voorbeeld van zuivere aandacht voor het Woord. Jezus herinnert Marta dat niet alles evenveel waarde heeft; eerst komt het Rijk van God.

Toen ze verder trokken ging Jezus een dorp in, waar Hij gastvrij werd ontvangen door een vrouw die Marta heette.
Haar zuster, Maria, ging aan de voeten van de Heer zitten en luisterde naar zijn woorden. Maar Marta werd helemaal in beslag genomen door de zorg voor haar gasten.
Ze ging naar Jezus toe en zei: ‘Heer, kan het U niet schelen dat mijn zuster mij al het werk alleen laat doen? Zeg tegen haar dat ze mij moet helpen.’
De Heer zei tegen haar: ‘Marta, Marta, je bent zo bezorgd en je maakt je veel te druk. Er is maar één ding noodzakelijk. Maria heeft het beste deel gekozen, en dat zal haar niet worden ontnomen.’

Van Woord naar leven

Jezus wil geen verdeeldheid brengen in het huishouden van Maria en Marta. Integendeel, Hij laat aanvoelen hoe hun huis een echte thuis kan worden. Werken en bezig zijn is noodzakelijk, koken en bedienen is goed, maar alleen daarmee hou je een gezin of relaties niet in stand. Het is niet eens het belangrijkste deel. Tijd en aandacht hebben voor elkaar, luisteren naar elkaars woorden en noden, ruimte scheppen voor elkaars persoon, is niet alleen het hoofdgerecht aan de tafels van mensen, maar ook aan de tafel van de Heer, ook dus in de relatie tussen God en de mens. Dat is de gist in het brood van het leven, dat is het zout in de soep, in het voedsel van ons dagelijks leven met elkaar en van onze omgang als mens mét God.De overweging van vandaag is ontleend aan 'Bezinningen bij Gods Woord van dag tot dag', door de norbertijnen van de Abdij Postel, uitgegeven bij Brepols
Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer,c95c816b540404b790e31be4df8a4257 leer ons aandacht te schenken aan uw aanwezigheid wanneer we met anderen samen zijn. Geef dat we dan oog en oor hebben voor U, voor uw liefde, uw warmte, uw genegenheid. Geef dat wij vanuit het beluisteren van uw aanwezigheid elkaar mogen ontmoeten en ontvangen zoals Gij ieder van ons in uw hart draagt en bemint. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.