Lezingen van de dag – donderdag 8 februari 2018

donderdag in week 5 door het jaar


Uit het eerste boek Koningen 11, 4-13

De vele contacten van koning Salomo met andere werelden brachten allerlei mannen en vrouwen naar Jeruzalem. Door sommige vrouwen werd Salomo verleid ook andere godsdiensten binnen te laten. Zo bracht hij het Verbond met de éne, ware God in het gedrang.

Op zijn oude dag verleidden de vrouwen Salomo ertoe andere goden te gaan dienen en was hij de Heer, zijn God, niet meer met hart en ziel toegedaan zoals zijn vader David dat was geweest. Salomo zocht zijn heil bij Astarte, de godin van de Sidoniërs, en Milkom, de gruwelijke god van de Ammonieten. Hij deed wat slecht is in de ogen van de Heer en was de Heer niet zo trouw als zijn vader David. Zo liet hij op een heuvel in de buurt van Jeruzalem een offerplaats maken ter ere van Kemos, de gruwelijke god van Moab, en ter ere van Moloch, de gruwelijke god van de Ammonieten. Voor al zijn buitenlandse vrouwen maakte hij eigen offerplaatsen, zodat zij wierook konden branden en offers konden brengen voor hun goden.
De Heer werd woedend op Salomo, omdat hij ontrouw was geworden aan Hem, de God van Israël, die hem tot tweemaal toe was verschenen en hem uitdrukkelijk had verboden zich met andere goden in te laten. Omdat Salomo zich niet hield aan wat de Heer hem bevolen had, zei de Heer tegen hem: ‘Het is met jou zo ver gekomen dat je het verbond met mij niet in acht neemt en je niet houdt aan de bepalingen die Ik je heb opgelegd. Daarom zal Ik het koningschap van je losscheuren en het aan een van je ondergeschikten geven. Maar omwille van je vader David zal Ik wachten tot na je dood, en pas je zoon het koningschap ontnemen. En omwille van mijn dienaar David en omwille van Jeruzalem, de stad die Ik heb uitgekozen, zal Ik je zoon niet het hele koninkrijk ontnemen; één stam zal Ik hem laten houden.’

 

Ps. 106, 3 + 4 + 35 + 36 + 37 + 40

Refr.: De mond van de rechtvaardige spreekt wijsheid.

Gelukkig wie zich houden aan het recht
en doen wat rechtvaardig is, telkens weer.

Denk aan mij, Heer, uit liefde voor uw volk,
zie naar mij om wanneer U het komt redden.

Uw volk vermengde zich onder de heidenen,
en spiegelden zich aan hun daden.

Ze vereerden hun godenbeelden,
en raakten verstrikt in hun netten.

Zij brachten hun zonen en dochters
ten offer aan de demonen

Toen ontstak de Heer in toorn,
Hij gruwde van zijn volk, zijn liefste bezit.

 

Uit het evangelie volgens Marcus 7, 24-30

Jezus is er voor allen. Ook andere volkeren kunnen op Hem rekenen. Al namen sommige Joden dit niet, Hij is goed voor allen. De genezing van de dochter van de heidense vrouw wil dit ook onderlijnen. Durven wij goed zijn voor iedereen? Ook voor uitgestotenen?

Jezus vertrok naar de omgeving van Tyrus. Daar nam Hij zijn intrek in een huis, en hoewel Hij niet wilde dat iemand dat te weten zou komen, lukte het Hem niet onopgemerkt te blijven.
Integendeel, er kwam al meteen een vrouw die over Hem gehoord had naar Hem toe, en zij viel voor zijn voeten neer. Ze had een dochter die door een onreine geest bezeten was.
Deze vrouw was van Syro–Fenicische afkomst en geen Jodin; ze smeekte Hem om bij haar dochter de demon uit te drijven.
Hij zei tegen haar: ‘Eerst moeten de kinderen genoeg te eten krijgen; het is niet goed om de kinderen hun brood af te pakken en het aan de honden te voeren.’
De vrouw antwoordde: ‘Heer, de honden onder de tafel eten toch de kruimels op die de kinderen laten vallen.’
Hij zei tegen haar: ‘Dat hebt u goed gezegd. Ga naar huis, de demon heeft uw dochter al verlaten.’
En toen ze thuiskwam, lag haar kind op bed en bleek de demon verdwenen te zijn.

 

Van Woord naar leven

Het evangelie van vandaag wil ons tonen dat ‘geloof’ niet goedkoop is, niet vanzelfsprekend. Het wordt soms sneller uitgesproken dan beleefd.Geloof heeft te maken met de Heer alle plaats geven, Hem je Redder laten zijn, je leider, je behoeder.Geloof heeft niets te maken met een gods-beeld waar we ons goed bij voelen of waar we ons comfortabel bij weten. Geloof heeft te maken met overgave aan God zoals die is, aan God zoals die komt, aan God zoals die kneedt, aan God zoals die roept, aan God zoals die zendt, aan God zoals we die vinden in de evangelies in de persoon van Jezus Christus.Wil je God leren kennen zoals Hij is ? Lees de evangelies, met hart en verstand, biddend en studerend. Ontmoet Jezus, en je zal God leren kennen. Want Hem zien, is de Vader zien. En de evangelies lezen of zien, is de Vader lezen of zien, het is de Liefde ontmoeten; de Liefde die je bewoont en die je zendt.Het evangelie van vandaag leert ons ook dat het ons gebedsleven niet een soort coca-cola-automaat mag zijn, waar je wat verlangens insteekt, of wat gebeden, en je hebt daarmee je drankje, of wat je wou. Zo werkt het gebed niet. We mogen vragen in ons gebed, heel zeker. We mogen heel concreet vragen. Maar ons gebedsleven is veel meer dan een oppervlakkig vragen. Het gaat om een toevertrouwen aan Christus diep in onszelf, met al wat we zijn, ja ook met onze concrete vragen. En God zal ons, in zijn Zoon, ontvangen om ons hele zijn om te vormen naar zijn liefde, ook met onze concrete vragen.Gebed is niet zomaar vragen. Het is gaan staan in de stuwing van de Geest; de Geest die ons in het ja-woord van de Vader zal brengen. Het is het gebeuren toelaten van een totale transformatie die aan u zal geschieden. Bidden is in Gods stroom gaat staan die u zal brengen naar hoogten en verten waar je op je eentje nooit zal kunnen komen. Het is ten diepste arm worden, leeg, beschikbaar, om je diepste ik te ontdekken, je ik in Christus, het ik dat God heeft gewild, het ‘ik’ dat enkel nog Liefde zal zijn.En dan zullen, naar het woord van het evangelie van vandaag, de demonen verstommen en verdwijnen.Blijde Boodschap ! Ja ‘blij’. Blij voor jezelf en allen die je zult ontmoeten en waarvoor je bidt.kris
Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Goede God, moge uw Geest ons bezielen opdat wij in Christus mogen omgevormd worden tot uw liefde. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.