Lezingen van de dag – dinsdag 5 mei 2020

 

dinsdag in de 4e paasweek


Uit de Handelingen van de Apostelen 11, 19-26

Moet het christelijk levensideaal gepredikt worden alleen voor de Joden of ook voor de Grieken en andere volkeren? Gods genade werkt echter verder dan deze vraagstelling. Uit een moeilijke periode in de Kerk groeit soms een vurige christelijke gemeenschap en geloofshouding.

De leerlingen die verdreven waren als gevolg van de onderdrukking die na de dood van Stefanus was begonnen, trokken naar Fenicië, Cyprus en Antiochië, maar verkondigden Gods boodschap uitsluitend aan de Joden.
Enkele Cyprioten en Cyreneeërs onder hen, die naar Antiochië waren gereisd, maakten daar echter ook de Griekse bevolking bekend met het evangelie van de Heer Jezus.
De Heer steunde hen bij deze taak, zodat veel mensen overgingen tot het geloof in de Heer.
Het nieuws over hun optreden bereikte de gemeente in Jeruzalem, waar men besloot Barnabas naar Antiochië te zenden.
Toen hij daar was aangekomen en zag wat God in zijn goedgunstigheid had bewerkt, verheugde hij zich en spoorde hij iedereen aan om standvastig te zijn en trouw te blijven aan de Heer.
Hij was een voortreffelijk en diepgelovig man, die vervuld was van de heilige Geest.
Een groot aantal mensen werd voor de Heer gewonnen.
Hierna vertrok Barnabas naar Tarsus om Saulus te zoeken, en toen hij hem gevonden had, nam hij hem mee naar Antiochië.
Een heel jaar lang kwamen ze met de gemeente daar bijeen en gaven ze onderricht aan tal van mensen.
Het was in Antiochië dat de leerlingen voor het eerst christenen werden genoemd.

 

Psalm 87, 1-7

Refr.: Loof nu de Heer, alle naties der aarde.

Boven alle steden van Jakob
heeft de Heer de poorten van Sion lief,
zijn vesting op de heilige bergen.
Van u wordt met lof gesproken,
stad van God.

Ik noem Rahab en Babel mijn getrouwen.
Filistea, Tyrus en Nubië zijn allen hier geboren.
Met recht kan men van Sion zeggen:
Welk volk ook, het is hier geboren,
de Allerhoogste houdt Sion in stand.

Bij de namen van de volken schrijft de Heer:
Dit volk is hier geboren.
En dansend zingen zij:
Mijn bronnen zijn alleen in U.

 

Uit het evangelie volgens Johannes 10, 22-30

Christen-zijn, Christus volgen, kan men alleen in geloof, in overgave aan de levende Heer. Wij moeten kiezen tussen echt geloof en schijngeloof. Geloven in het eeuwig leven betekent, dat eeuwig leven hier op aarde reeds beginnen te leven, of anders gezegd: nu reeds leven in de Heer. In dit evangelie wordt ook uitdrukkelijk gezegd dat christendom niet alleen medemenselijkheid is, maar ook medegoddelijkheid.

In Jeruzalem werd het feest van de Tempelwijding gevierd; het was winter.
Jezus liep in de tempel, in de zuilengang van Salomo. Daar kwamen de Joden om Hem heen staan, en ze vroegen hem: ‘Hoe lang houdt U ons nog in het onzekere? Als U de messias bent, zeg het ons dan ronduit.’
Jezus antwoordde: ‘Dat heb Ik u al gezegd, maar u gelooft het niet. Wat Ik namens mijn Vader doe getuigt over mij, maar u wilt me niet geloven, omdat u niet bij mijn schapen hoort. Mijn schapen luisteren naar mijn stem, Ik ken ze en zij volgen mij. Ik geef ze eeuwig leven: ze zullen nooit verloren gaan en niemand zal ze uit mijn hand roven. Wat mijn Vader mij gegeven heeft gaat alles te boven, niemand kan het uit de hand van mijn Vader roven, en de Vader en Ik zijn één.’

Van Woord naar leven

Jezus zegt ons vandaag: 'Mijn schapen luisteren naar mijn stem, Ik ken ze en zij volgen mij.'De herder roept en blijft roepen. Ook al zal de roep van de Heer niet op alle momenten van het leven even duidelijk of expliciet zijn, Hij blijft roepen. Zo wat alles kan Hij gebruiken om ons ‘aan te spreken’: de stilte in ons gebed, heilige teksten, ontmoetingen, kunst, natuur, momenten van vrede en vreugde, berouw, stormen, tegenslagen, woestijnervaringen, eenzaamheid, ziekte, sterven, rouw,... in alles kan zijn stem weerklinken: 'Kom, en volg mij'.Bedoeling is dat we gevoelig worden voor Gods ‘spreken’. Dit vraagt om waakzaamheid; een innerlijke alertheid om de stem van God gewaar te worden. Het gaat over een gebedshouding waar onze innerlijke wifi afgestemd is op de Heer. Om te ‘horen’ en te volgen.Want ‘zien’ of ‘horen’ is één zaak. Volgen is nog een andere zaak. Dit laatste vraagt keuze van onzentwege. Het vraagt moed, discipline. Maar vooral veel liefde. Ja, we moeten er iets voor ‘doen’, het gebeurt niet zomaar.We mogen er van uitgaan dat de keuze de Heer te volgen ons niet onbeloond zal laten. Innerlijke vrede, stille vreugde, zullen ons dikwijls vergezellen. Het is een vrede die geworteld is in God zelf. Het is die vrede die de Heer aanbood na zijn verrijzenis; de Heer zelf.Geliefde mensen, laat ons alert leven. In zowel kleine zaken zoals schijnbaar toevallige ontmoetingen met mensen, alsook in grotere zaken zoals bijvoorbeeld heel het coronaverhaal, is de Heer aanwezig. Zelfs in het kwaad is Hij tegenwoordig en wenkt Hij. Niet dat Hij het kwaad wilt, maar de Heer laat de mens niet en nooit los, en is dus aanwezig in alles, en kunnen wij Hem daarin ook ontmoeten; soms als gekruisigde, soms als opgestane. Altijd wenkt Hij, en nodigt Hij uit ons aan Hem te schenken. Om zijn liefde te zijn, of daarin te groeien.krisReageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer, maak ons gevoelig voor uw stem. Dat we haar mogen horen in het gebed,  in ontmoetingen met mensen, in de natuur, tussen de kookpotten. Geef dat we uw stem koesterend mogen beminnen opdat ons ja-woord op uw roep ons tot die mensen mag maken die God voor ons droomt. Ja Heer, trek ons in uw liefde. In uw naam. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn van de hand van Kris.