Lezingen van de dag – vrijdag 10 juli 2020

 

vrijdag in week 14 door het jaar


Uit de profeet Hosea 14, 2-10

De profeet Hosea doet een diepmenselijke en dringende oproep tot bekering. Een eerste vereiste daartoe is, dat wij onze eigen misstappen erkennen en vervolgens aannemen dat God onze goede wil blijft aanvaarden. Als wij deze gezindheid laten blijken, zullen wij weer opgenomen worden in Gods liefde.

Zo spreekt de Heer: ‘Keer terug, Israël, naar de Heer, je God! Door je eigen wandaden ben je ten val gekomen. Kom met woorden van berouw en keer terug naar de Heer. Zeg tegen Hem: ‘Vergeef ons al onze misdaden. Neem wat goed is van ons aan. Als offer brengen wij u oprechte woorden. Onze redding verwachten we niet langer van Assyrië, op paarden en strijdwagens zullen wij niet meer vertrouwen, wat we zelf gemaakt hebben niet meer onze god noemen. Immers, bij U vindt een wees ontferming!’
‘Ik genees hen van hun ontrouw, mijn hart gaat naar hen uit. Mijn toorn heb Ik laten varen. Ik zal voor Israël zijn als de dauw. Het zal bloeien als een lelie, wortelen als een ceder op de Libanon; zijn jonge loten zullen uitlopen. Het zal als een prachtige olijfboom pronken en geuren als de ceders op de Libanon. Dan is het weer goed toeven in zijn schaduw, er wordt weer koren verbouwd. Het zal bloeien als een wijnstok, befaamd zijn als de wijn van de Libanon.’
Dan zegt Efraïm: ‘Wat heb ik nog met afgoden te maken? Ik wil zijn liefde beantwoorden, mijn oog op Hem richten. Dan ben ik als een cipres, altijd groen; het zijn uw vruchten die ik draag.’
Wie inzicht heeft doorgrondt deze woorden, wie wijs is neemt ze ter harte. Want de wegen van de Heer zijn recht: wie rechtvaardig is verlaat ze niet, maar wie zich verzet komt ten val.

 

Psalm 51, 3-4 + 8-9 + 12-14 + 17

Refr.: Schep, oh God, een zuiver hart in mij.

Wees mij genadig, God, in uw trouw,
U bent vol erbarmen, doe mijn daden teniet,
was mij schoon van alle schuld,
reinig mij van mijn zonden.

U wilt dat waarheid mij vervult,
U leert mij wijsheid, diep in mijn hart.
Neem met majoraan mijn zonden weg en ik word rein,
was mij en ik word witter dan sneeuw.

Schep, o God, een zuiver hart in mij,
vernieuw mijn geest, maak mij standvastig,
verban mij niet uit uw nabijheid,
neem uw heilige geest niet van mij weg.

Red mij, geef mij de vreugde van vroeger,
de kracht van een sterke geest.
Ontsluit mijn lippen, Heer,
en mijn mond zal uw lof verkondigen.

 

Uit het evangelie volgens Matteüs 10, 16-2

Al wie Gods zending uitdraagt, zal ook de nodige tegenkantingen ondervinden zoals Jezus zelf. Hij moet er zich dan niet om bekommeren wat hij zal doen of zeggen ter verdediging. Als hij contact houdt met de Heer, zal hem worden ingegeven wat hij moet zeggen. Niet hij is het die dan spreekt, maar door hem spreekt de Geest van de Vader.

Jezus sprak tot de twaalf:
‘Bedenk wel, Ik zend jullie als schapen onder de wolven. Wees dus scherpzinnig als een slang, maar behoud de onschuld van een duif.
Pas op voor de mensen, want ze zullen je voor het gerecht brengen en je geselen in hun synagogen. Jullie zullen omwille van mij worden voorgeleid aan gouverneurs en koningen, en een getuigenis moeten afleggen ten overstaan van hen en de heidenen.
Wanneer ze je uitleveren, vraag je dan niet bezorgd af hoe je moet spreken of wat je moet zeggen. Want wat je moet zeggen, zal je op dat moment worden ingegeven. Jullie zijn het immers niet zelf die dan spreken, het is de Geest van jullie Vader die in jullie spreekt.
De ene broer zal de andere uitleveren om hem te laten doden, en vaders zullen hetzelfde doen met hun kinderen, en kinderen zullen zich tegen hun ouders keren en hen laten terechtstellen. Jullie zullen door iedereen worden gehaat omwille van mijn naam; maar wie standhoudt tot het einde zal worden gered.
Wanneer ze jullie vervolgen in de ene stad, vlucht dan naar de volgende. Ik verzeker jullie: voor je in elke stad van Israël bent geweest, zal de Mensenzoon gekomen zijn.

Van Woord naar leven

Wanneer Jezus zijn leerlingen uitzendt zegt Hij: ‘Bedenk wel, Ik zend jullie als schapen onder de wolven. Wees dus scherpzinnig als een slang, maar behoud de onschuld van een duif.’De leerlingen werden gezonden. Ook wij worden gezonden. En wel als schapen onder de wolven. De wolven dat zijn zij in de wereld die een leven leiden dat haaks staat op de boodschap van het evangelie, waar het eigen ego het centrum is van het bestaan, en waar anderen gebruikt worden om dit ego voortdurend te voeden. Onder deze wolven worden de schapen gezonden.Van belang is dat de herder aanwezig mag zijn bij de schapen. Dit klinkt als de evidentie zelve, maar dat is niet zo. Vele christenen namelijk, eigenen het gezonden worden zich toe, en dan loopt het gegarandeerd fout. Vele mistoestanden in de Kerk uit het verleden zijn daar een mooi voorbeeld van. We moeten bij onze herder blijven; in Hem. Bij Hem zijn we veilig en zullen we de onschuld van de duif, waarover het vers spreekt, behouden.Met andere woorden: we moeten in de liefde blijven, in Christus, ook al zijn we door vele wolven omringd. De liefde is sterk en kan veel aan. Ze is niet makkelijk, maar wel de enige manier om het wolfse rondom te kunnen trotseren. En dan hebben we het over barmhartigheid, vergevingsgezindheid, zin voor broederschap, oog hebben voor het broze, moed, gebed, vrede, vreugde. Enfin, we weten het.Moge de Heer, onze herder, de spirit zijn van ons ja-woord op onze zending. Met Hem zijn we in goed gezelschap, en zullen we de kracht en de genade in ons dragen te kunnen doen wat we moeten doen.Nog even dit: laten we vooral niet denken dat wij als katholieken geen wolfse trekjes zouden hebben. Bij mijn weten is buiten Onze-Lieve-Vrouw niemand van ons onbevlekt ontvangen en hebben we er op een of andere manier allemaal mee te maken. Je kan er zelfs uiterlijk uitzien als een vroom schaap maar diep vanbinnen het gelaat hebben van een wolf.Ieder van ons vecht dagelijks dat kleine oorlogje uit diep in zichzelf tussen goed en kwaad. Dat doen we allemaal. Wantrouw hen die zeggen hier geen last van te hebben.Laten we kiezen voor het goede, het wolfse in ons temmen, zodat we als schapen van de Heer, Gods liefde belichamen. Groeiend in Christus.krisReageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer, Gij die altijd bij ons zijt, verleen ons de genade U zo welkom te heten dat ons spreken en handelen hun oorsprong vinden in U, door de inwoning van uw Geest. Maak ons arm, innerlijk leeg en ontvankelijk, opdat Gij Heer door ons heen moogt leven, werken, spreken en bidden. In uw naam. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.