Lezingen van de dag – vrijdag 12 juli 2019

 

vrijdag in week 14 door het jaar


Uit het boek Genesis 46, 1-7 + 28-30

Een visioen maakt de laatste der aartsvaders duidelijk ook naar Egypte te trekken. De hongersnood en de uitnodiging van zijn zoon Jozef werden elders gegeven als reden voor deze trek naar Egypte. Het uiverkoren volk zal er vierhonderd jaar verblijven. Maar ook deze beproeving past in Gods plan.

Israël ging op weg; al zijn bezittingen nam hij mee. In Berseba gekomen, bracht hij offers aan de God van zijn vader Isaak.
‘s Nachts richtte God zich in een visioen tot Israël. ‘Jakob! Jakob!’ riep Hij, en Jakob antwoordde: ‘Ik luister.’
God zei: ‘Ik ben God, de God van je vader. Wees niet bang om verder te reizen naar Egypte, want Ik zal daar een groot volk uit je doen voortkomen. Ikzelf zal met je meereizen naar Egypte, en Ik zal je daar ook weer vandaan brengen. En niemand anders dan Jozef zal jou de ogen sluiten.’
Toen verliet Jakob Berseba. Zijn zonen lieten hem, hun kinderen en hun vrouwen op de wagens rijden die de farao hiervoor had meegegeven. Zo trokken Jakob en al zijn nakomelingen naar Egypte, met hun veestapel en alle andere bezittingen die ze in Kanaän hadden verkregen; zijn zonen en kleinzonen, zijn dochters en kleindochters, al zijn nakomelingen nam Jakob mee naar Egypte.
Jakob had Juda vooruitgestuurd naar Jozef, om van hem te horen welke weg naar Gosen leidde. Toen Jakob en zijn familie in Gosen waren aangekomen, spande Jozef zijn wagen in en reed daarnaartoe, zijn vader Israël tegemoet. Toen hij eindelijk voor zijn vader stond, viel hij hem om de hals en huilde langdurig. En Israël zei tegen Jozef: ‘Nu ik jou levend en wel heb teruggezien, kan ik sterven.’

 

Psalm 37, 3 + 4 + 18 + 19 + 27 + 28 + 39 + 40

Refr.: De Heer heeft gerechtigheid lief.

Vertrouw op de Heer en doe het goede,
bewoon het land en leef er veilig.
Zoek je geluk bij de Heer,
Hij zal geven wat je hart verlangt.

De Heer trekt zich het lot van onschuldigen aan,
hun bezit blijft voor eeuwig behouden.
Zij worden niet teleurgesteld in kwade dagen,
in tijden van hongersnood hebben zij te eten.

Mijd het kwade en doe het goede,
en je zult voor eeuwig wonen in het land.
Want de Heer heeft gerechtigheid lief,
wie Hem trouw zijn, verlaat Hij niet.

Zij blijven voor eeuwig behouden,
maar het nageslacht van zondaars wordt verdelgd.
De rechtvaardigen vinden redding bij de Heer,
Hij is hun toevlucht in tijden van nood.

De Heer heeft hen altijd geholpen en bevrijd,
Hij bevrijdt hen ook nu van de zondaars,
Hij redt hen,
want zij schuilen bij Hem.

 

Uit het evangelie volgens Matteüs 10, 16-2

Al wie Gods zending uitdraagt, zal ook de nodige tegenkantingen ondervinden zoals Jezus zelf. Hij moet er zich dan niet om bekommeren wat hij zal doen of zeggen ter verdediging. Als hij contact houdt met de Heer, zal hem worden ingegeven wat hij moet zeggen. Niet hij is het die dan spreekt, maar door hem spreekt de Geest van de Vader.

Jezus sprak tot de twaalf:
‘Bedenk wel, Ik zend jullie als schapen onder de wolven. Wees dus scherpzinnig als een slang, maar behoud de onschuld van een duif.
Pas op voor de mensen, want ze zullen je voor het gerecht brengen en je geselen in hun synagogen. Jullie zullen omwille van mij worden voorgeleid aan gouverneurs en koningen, en een getuigenis moeten afleggen ten overstaan van hen en de heidenen.
Wanneer ze je uitleveren, vraag je dan niet bezorgd af hoe je moet spreken of wat je moet zeggen. Want wat je moet zeggen, zal je op dat moment worden ingegeven. Jullie zijn het immers niet zelf die dan spreken, het is de Geest van jullie Vader die in jullie spreekt.
De ene broer zal de andere uitleveren om hem te laten doden, en vaders zullen hetzelfde doen met hun kinderen, en kinderen zullen zich tegen hun ouders keren en hen laten terechtstellen. Jullie zullen door iedereen worden gehaat omwille van mijn naam; maar wie standhoudt tot het einde zal worden gered.
Wanneer ze jullie vervolgen in de ene stad, vlucht dan naar de volgende. Ik verzeker jullie: voor je in elke stad van Israël bent geweest, zal de Mensenzoon gekomen zijn.

Van Woord naar leven

Wanneer Jezus zijn leerlingen uitzendt zegt Hij: 'Bedenk wel, Ik zend jullie als schapen onder de wolven. Wees dus scherpzinnig als een slang, maar behoud de onschuld van een duif.’Net zoals de leerlingen, zijn ook wij door de Heer gezonden, en wel de wereld in. ‘Als schapen onder de wolven’, zegt de Heer. Verondersteld wordt dat wij, die hier schapen genoemd worden, volgelingen van de Heer zijn zonder al te veel smet. Dit laatste is natuurlijk is niet zo. We hoeven dat zelfs niet te zijn om ons gezonden te weten. Maar daar gaat het nu niet over.We houden het even bij de woorden van de Heer: we zijn gezonden als schapen onder de wolven. De wolven dat zijn zij in de wereld die een leven leiden dat haaks staat op de boodschap van het evangelie, waar het eigen ego het centrum is van het bestaan, en waar anderen gebruikt worden om dit ego voortdurend te voeden. Onder deze wolven worden de schapen gezonden.Van belang is dat de herder aanwezig mag zijn bij de schapen. Dit klinkt als de evidentie zelve, maar dat is niet zo. Vele christenen namelijk, eigenen het gezonden worden zich toe, en dan loopt het gegarandeerd fout. Vele mistoestanden in de Kerk uit het verleden, en heden, zijn daar een mooi voorbeeld van. We moeten bij onze herder blijven; in Hem. Bij Hem zijn we veilig en zullen we de onschuld van de duif, waarover het vers spreekt, behouden.Met andere woorden: we moeten in de liefde blijven, ook al zijn we door vele wolven omringd. De liefde is sterk en kan veel aan. Ze is niet makkelijk, maar wel de enige manier om het wolfse rondom ons aan te kunnen. En dan hebben we het over barmhartigheid, vergevingsgezindheid, zin voor broederschap, oog hebben voor het broze, gebed, vrede, vreugde. Enfin, we weten het.Moge de Heer, onze herder, de spirit zijn van ons ja-woord op onze zending. Met Hem zijn we in goed gezelschap, en zullen we de kracht en de genade in ons dragen te kunnen doen wat we moeten doen.Nog even dit: laten we vooral niet denken dat wij als katholieken geen wolfse trekjes zouden hebben. Oh ja, ieder van ons vecht dagelijks dat kleine oorlogje uit diep in zichzelf tussen goed en kwaad. Normaal hoor. Des mensen. Laten we kiezen voor het goede, het wolfse in ons temmen, zodat we als schapen van de Heer, Gods liefde zouden belichamen. Groeiend in Christus.krisReageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer, Gij die altijd bij ons zijt, verleen ons de genade U zo welkom te heten dat ons spreken en handelen hun oorsprong vinden in U, door de inwoning van uw Geest. Maak ons arm, innerlijk leeg en ontvankelijk, opdat Gij Heer door ons heen moogt leven, werken, spreken en bidden. In uw naam. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.