Lezingen van de dag – zaterdag 15 juni 2019

 

zaterdag in week 10 door het jaar


Uit de tweede brief van Paulus aan de Korintiërs 5, 14-21

Christus is voor Paulus de drijfkracht voor zijn apostolische activiteit. Zij is voor hem een dienst van het woord dat ons met God verzoent en dat ons tot nieuwe mensen in Christus maakt.

Broeders en zusters,
wat ons drijft is de liefde van Christus, omdat we ervan overtuigd zijn dat één mens voor alle mensen is gestorven, waardoor alle mensen zijn gestorven, en dat Hij voor allen is gestorven opdat de levenden niet langer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem die voor de levenden is gestorven en is opgewekt. Daarom beoordelen we vanaf nu niemand meer volgens de maatstaven van deze wereld; ook Christus niet, die we vroeger wel volgens die maatstaven beoordeelden. Daarom ook is iemand die één met Christus is, een nieuwe schepping. Het oude is voorbij, het nieuwe is gekomen.
Dit alles is het werk van God. Hij heeft ons door Christus met zich verzoend en ons de verkondiging daarover toevertrouwd. Het is God die door Christus de wereld met zich heeft verzoend: Hij heeft de wereld haar overtredingen niet aangerekend. En ons heeft Hij de verkondiging van de verzoening toevertrouwd. Wij zijn gezanten van Christus, God doet door ons zijn oproep. Namens Christus vragen wij: laat u met God verzoenen.
God heeft Hem die de zonde niet kende voor ons één gemaakt met de zonde, zodat wij door hem rechtvaardig voor God konden worden.

 

Psalm 103, 1 + 2 + 3 + 4 + 8 + 9 + 11 + 12

Refr.: Liefdevol en genadig is de Heer.

Prijs de Heer, mijn ziel,
prijs, mijn hart, zijn heilige Naam.
Prijs de Heer, mijn ziel,
vergeet niet één van zijn weldaden.

Hij vergeeft u alle schuld,
Hij geneest al uw kwalen,
Hij redt uw leven van het graf,
Hij kroont u met trouw en liefde.

Liefdevol en genadig is de Heer,
Hij blijft geduldig en groot is zijn trouw.
Niet eindeloos blijft Hij twisten,
niet eeuwig duurt zijn toorn.

Zoals de hoge hemel de aarde overspant,
zo welft zich zijn trouw over wie hem vrezen.
Zo ver als het oosten is van het westen,
zo ver heeft Hij onze zonden van ons verwijderd.

 

Uit het evangelie volgens Matteüs 5, 33-37

Eden en krachttermen zijn een uiting van het verlangen van mensen om te beschikken over het goddelijke, om heilige dingen ten dienste te stellen van zichzelf. Jezus wijst deze profanatie van Gods heerlijkheid totaal af.

Jezus sprak tot zijn leerlingen:
‘Jullie hebben gehoord dat destijds tegen het volk werd gezegd: “Leg geen valse eed af, voor de Heer gedane geloften moeten worden ingelost.”
En Ik zeg jullie dat je helemaal niet moet zweren, noch bij de hemel, want dat is de troon van God, noch bij de aarde, want dat is zijn voetenbank, noch bij Jeruzalem, want dat is de stad van de grote koning; zweer evenmin bij je eigen hoofd, want je kunt nog niet één van je haren wit of zwart maken.
Laat jullie ja ja zijn, en jullie nee nee; wat je daaraan toevoegt komt voort uit het kwaad.’

Van Woord naar leven

Vandaag zegt Jezus: ‘Laat jullie ja ja zijn, en jullie nee nee; wat je daaraan toevoegt komt voort uit het kwaad.’Het gaat hier om een ‘ja’ tot God, en ook om een ‘neen’ voor God, een ‘neen’ tegen het kwaad. Heel dikwijls zijn we hier lauw in, niet echt eerlijk. We zeggen wel ‘ja’, maar in de praktijk is dat ‘ja’ niet altijd even zuiver, niet altijd even vol. De intentie is er gewoonlijk wel, maar het werkelijke doen laat soms te wensen over.Innerlijke angst staat ons dikwijls in de weg om ons volledig te geven; angst om lief te hebben, angst onszelf te verliezen, angst voor de gevolgen,… Menselijk gezien is dat ook begrijpelijk. Wie zich immers ten volle geeft aan Heer (aan de liefde) moet in actie schieten, zal moeten afsterven aan al wat uit den boze is, kan niet meer voor zichzelf leven,… Da’s heel wat, en daar heeft een mens wel eens angst voor.Maar hoe menselijk die angst ook moge zijn, langs de andere kant is het ook vreemd. Want in de diepte weten we maar al te goed dat het gevolg van het zich geven aan de Heer een werkelijk Pasen tot gevolg heeft, iets waar we in de diepte allemaal naar verlangen. Merkwaardig dat een mens zich daar zo moeilijk aan kan, of durft, toevertrouwen.Laten we de angst om lief te hebben varen, en laten we ons geven aan de Liefde, aan de Heer, opdat Hij zijn weg door ons heen mag gaan.Laat ons ‘ja’ zeggen, en moge ons ‘ja’ een echt ‘ja’ zijn.Tot welzijn van zovelen !krisReageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer, leer ons ja te zeggen tot U; geheel en zuiver. Leer ons nee te zeggen tegen het kwaad; onvoorwaardelijk en totaal. Zo zullen we beschikbaar zijn voor uw leven in ons. Neem ons op, Heer, in U. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.