Lezingen van de dag – zaterdag 20 juni 2020

 

Onbevlekt Hart van Maria

gedachtenis   –   eigen lezingen


Uit de profeet Jesaja 61, 9-11

Ik wil juichen en jubelen in de Heer.

Hun kinderen zullen vermaard zijn bij alle volken, heel de aarde kent hun nageslacht. Dan zullen allen die hen zien erkennen: ‘Dat zijn de kinderen die de Heer heeft gezegend.’
Ik vind grote vreugde in de Heer, mijn hele wezen jubelt om mijn God. Hij deed mij het kleed van de bevrijding aan, hulde mij in de mantel van de gerechtigheid, zoals een bruidegom een kroon opzet, zoals een bruid zich tooit met haar sieraden.
Want zoals de aarde haar gewassen voortbrengt, zoals een tuin het gezaaide laat ontkiemen, zo laat God, de Heer, gerechtigheid ontkiemen en glorie voor het oog van alle volken.

 

1 Sam. 2, 1 + 4 + 5ab + 6 + 7 + 8abcd

Refr.: De Heer doet mijn hart van vreugde slaan.

Nu juicht mijn hart dankzij de Heer,
fier heft mijn hoofd zich op, dankzij de Heer,
mijn mond spreekt vrijmoedig tegen mijn vijanden,
want dankzij uw hulp beleef ik vreugde.

De boog van de helden is gebroken,
en wie wankelen weten zich gesterkt.
Die genoeg hadden, verkopen zich voor brood,
en wie hongerden zijn verzadigd.

De Heer doet sterven en doet leven,
zendt naar het dodenrijk en leidt eruit omhoog.
De Heer maakt arm en hij maakt rijk,
vernedert diep en heft hoog op.

De zwakke en de arme helpt Hij overeind,
Hij haalt hen uit het stof en uit het slijk.
Tussen de edelen zet Hij hen neer,
Hij houdt een ereplaats voor hen vrij.

 

Uit het evangelie volgens Lucas 2, 41-51

Wist u dan niet dat Ik in het huis van mijn Vader moest zijn ?

De ouders van Jezus gingen jaarlijks voor het pesachfeest naar Jeruzalem.
Toen Hij twaalf jaar was, maakten ze weer hun gebruikelijke pelgrimstocht. Na afloop van het feest vertrokken ze naar huis, maar Jezus bleef in Jeruzalem achter zonder dat zijn ouders het wisten. In de veronderstelling dat Hij zich bij het reisgezelschap bevond, reisden ze een hele dag voordat ze Hem overal onder hun verwanten en bekenden begonnen te zoeken.
Toen ze Hem niet vonden, keerden ze terug naar Jeruzalem om Hem daar te zoeken.
Na drie dagen vonden ze Hem in de tempel, waar Hij tussen de leraren zat, terwijl Hij naar hen luisterde en hun vragen stelde. Allen die hem hoorden stonden versteld van zijn inzicht en zijn antwoorden.
Toen zijn ouders hem zagen, waren ze ontzet, en zijn moeder zei tegen hem: ‘Kind, wat heb je ons aangedaan? Je vader en ik hebben met angst in het hart naar je gezocht.’
Maar Hij zei tegen hen: ‘Waarom hebt u naar me gezocht? Wist u niet dat Ik in het huis van mijn Vader moest zijn?’
Maar ze begrepen niet wat Hij tegen hen zei.
Hij reisde met hen terug naar Nazaret en was hun voortaan gehoorzaam. Zijn moeder sloot alles wat er met Hem gebeurd was in haar hart.

Van Woord naar leven

Maria sloot alles wat er met Jezus gebeurd was in haar hart… zo lezen we vandaag.Als we kijken naar God in ons leven, naar de weg die Hij met ons wilt gaan, naar zijn uitnodiging aan ons adres, dan vermoed ik dat het voor ons niet altijd zo duidelijk is. Soms is Gods spreken klaar als pompwater, maar dikwijls hanteert Hij een soort van spreken dat absoluut niet zo helder overkomt, integendeel. Zo zijn we bijvoorbeeld niet altijd zeker of we Hem horen of iets anders. Ja, we horen soms meer onszelf, ons eigen denken, ons verlangen, wat niet altijd overeenkomt met Gods spreken. En als we Hem dan al horen, of denken te horen, geschiedt dat dikwijls in een waas van mysterie, in de zin van: onbevattelijk, te groots voor ons kopke en hart. Ja, God maakt het ons niet altijd makkelijk.Vandaag horen we over Maria zeggen dat zij veel van wat zij zag in haar hart sloot. Ik vermoed dat zij geen vrouw was van grote woorden, maar eerder een vrouw van het overwegende type. In de zin van dat zij de tijd nam dat wat God gaf tot rijping kon komen. En waar kan Gods spreken het beste groeien in de stilte van ons hart. Dat impliceert een levenshouding, een gebedshouding. Het betekent een oeverloos respect voor wat van God komt in al zijn zuiverheid laten zoals het ons gegeven wordt. Gods spreken laten voor wat het is, er niet aan prutsen, het niet te snel invullen, niet te snel conclusies trekken. Het woord laten gedijen, tot rijping laten komen in jezelf.Dit vraagt een stil maken van en in jezelf. Het is luisteren, ook al hoor je niet. Het is arm worden, leeg, beschikbaar. Het is je laten opnemen, je als het ware laten opzuigen. Het is zeggen met of zonder woorden: ‘Gij Heer, enkel Gij’.Ach, alweer arme woorden. Vergeet wat ik schrijf. Laat ons bidden.krisReageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Maria, goede Moeder, neem ons als uw kinderen bij de hand en leer ons wat het betekent beschikbaar te zijn voor Gods wil in ons leven. Leer ons stil te worden, leer ons zwijgen in het gebed, leer ons luisteren naar Gods aanwezigheid, leer ons het waaien van de Geest aanvoelen. Maria, goede Moeder, bid met en voor ons. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.