Lezingen van de dag – zaterdag 26 mei 2018

zaterdag in week 7 door het jaar


Uit de brief van Jakobus 5, 13-20

In deze lezing beschrijft ons de apostel Jakobus hoe wij als Kerk zieken moeten benaderen. Ook zij zijn leden van hetzelfde Lichaam, dat de Kerk is. Door onze menselijke attenties, door ons gelovend gebed, en door onze vergevingsgezindheid kunnen wij deze mensen helpen op hun tocht naar de definitieve ontmoeting met de Heer, door lijden en dood heen.

Broeders en zusters,
als een van u het moeilijk heeft, laat hij bidden; is hij vrolijk, laat hij een loflied zingen.
Laat iemand die ziek is de oudsten van de gemeente bij zich roepen; laten ze voor hem bidden en hem met olie zalven in de naam van de Heer. Het gelovige gebed zal de zieke redden, en de Heer zal hem laten opstaan. Wanneer hij gezondigd heeft, zal het hem vergeven worden. Beken elkaar uw zonden en bid voor elkaar, dan zult u genezen. Want het gebed van een rechtvaardige is krachtig en mist zijn uitwerking niet.
Elia was een mens als wij, en nadat hij vurig had gebeden dat het niet zou regenen, is er drieëneenhalf jaar lang geen regen gevallen op het land. Toen bad hij opnieuw, en de hemel gaf regen, en het land bracht zijn vrucht weer voort.
Broeders en zusters, als een van u afdwaalt van de waarheid en een ander laat hem daarheen terugkeren, dan mag hij weten: wie een zondaar van het dwaalspoor terugbrengt, redt hem van de dood en wist tal van zonden uit.

 

Psalm 141, 1 + 2 + 3 + 8

Refr.: Laat mijn gebed voor U zijn als reukwerk.

Heer, U roep ik aan, kom mij te hulp,
luister naar mij nu ik tot U roep.

Laat mijn gebed voor U zijn als reukwerk,
mijn geheven handen als een avondoffer.

Zet een wacht voor mijn mond, Heer,
een post voor de deur van mijn lippen.

Maar Heer, mijn God: naar U zijn mijn ogen gericht,
bij U schuil ik, giet mijn leven niet weg als water.

 

Uit het evangelie volgens Marcus 10, 13-16

In het Rijk der hemelen is er plaats voor al wie er open voor staat. Kinderen zijn er spontaan voor ontvankelijk. Ook volwassenen, die menen alles zelf eerst te moeten verwerken en in volle bewustheid te moeten beslissen, moeten als kinderen open staan.

De mensen probeerden kinderen bij Jezus te brengen om ze door Hem te laten aanraken, maar de leerlingen berispten hen.
Toen Jezus dat zag, wond Hij zich erover op en zei tegen hen: ‘Laat de kinderen bij me komen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van God behoort toe aan wie is zoals zij. Ik verzeker jullie: wie niet als een kind openstaat voor het Koninkrijk van God, zal er zeker niet binnengaan.’
Hij nam de kinderen in zijn armen en zegende hen door hun de handen op te leggen.

Van Woord naar leven

Vandaag lezen we bij Jakobus: ‘Het gebed van een rechtvaardige is krachtig en mist zijn uitwerking niet.’Gisteren had ik een mooie ontmoeting met een bevriend priester. Toen ik huiswaarts keerde beloofden we voor elkaar te zullen bidden. Want, zo zeiden we nog: ‘Het gebed is krachtiger dan wij mensen doorgaan vermoeden’.En dat is inderdaad zo. Bidden voor de medemens is een zeer krachtige vorm van naastenliefde voor elkaar. In het bidden dragen we niet enkel elkaar, maar we leggen degenen waarvoor we bidden in de schoot van de Vader, nederig vragend of Hij hen in Christus wil aanraken.En dit dag na dag, rustig lang volhoudend.Belangrijk is, zo leert Jakobus ons vandaag, dat we dit doen als ‘rechtvaardigen’, als mensen die zelf leven in innige verbondenheid met Christus. Het gebed voor anderen gebeurt dan vanuit de liefdesband die we hebben met de Heer. Wie in deze verbondenheid leeft en bidt, zal gewaar worden dat het de Heer zelf is die in je bidt, die door je bidt, die met je bidt. Het is Christus die onze gebeden opneemt en deze legt in de schoot van de Vader.Geliefde mensen, laat ons bidden voor elkaar, bidden voor de Kerk, bidden voor de gehele mensheid, bidden voor gans de schepping. Opdat Christus’ licht mag stralen, tot welzijn van allen.kris
Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Goede Vader, moge uw Geest ons gebed bezielen, opdat Jezus het hart mag zijn van ons bidden. De hele mensheid willen wij in Hem bij U neerleggen. Wil ons allen aanraken, genezen, optillen, opdat we als één grote gemeenschap beeld en gelijkenis mogen zijn van U. Groeiend in Christus. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.