Lezingen van de dag – zaterdag 29 febr 2020

 

zaterdag na aswoensdag


Uit de profeet Jesaja 58, 9b-14

De profeet Jesaja verbindt de waarde van de Dag van de Heer met de naastenliefde als waarachtige boetvaardigheid. Als wij zo leven, zal de Heer ons blijven geleiden en zullen wij vreugde vinden bij Hem.

Zo spreekt God de Heer:
‘Wanneer je het juk van de onderdrukking uitbant, de beschuldigende vinger en de kwaadsprekerij, wanneer je de hongerige schenkt wat je zelf nodig hebt en de verdrukte gul onthaalt, dan zal je licht in het donker schijnen, je duisternis wordt als het licht van het middaguur.
De Heer zal je voortdurend leiden, Hij zal je verkwikken in dorre streken, Hij maakt je botten sterk en krachtig.
Je zult zijn als een goed bevloeide tuin, als een bron waarvan het water nooit opdroogt.
Je eigen mensen zullen weer opbouwen wat al eeuwenlang verwoest ligt; fundamenten, door vroegere generaties gelegd, zullen weer worden hersteld.
Dan zal men je noemen ‘Hersteller van muren’, ‘Herbouwer van straten’.
Wanneer je je voeten rust gunt op sabbat en geen handel drijft op mijn heilige dag, wanneer je de sabbat als een dag van vreugde ziet, de dag van de Heer als een heilige dag, wanneer je hem in ere houdt door niet je gang te gaan, geen handel te drijven of zaken te bespreken, dan vind je vreugde in de Heer.
Ik zal je laten rijden over de hoogten van de aarde en je laten genieten van het land dat Ik je voorvader Jakob in bezit heb gegeven.’
De Heer heeft gesproken!

 

Psalm 86, 1-6

Refr.: Leer mij uw weg, Heer, om die trouw te volgen.

Hoor mij, Heer, en antwoord mij,
ik ben verzwakt en arm.

Behoed mij, want ik ben U toegewijd,
red uw dienaar die op U vertrouwt,
U bent mijn God.

Wees mij genadig, Heer,
heel de dag roep ik tot U.

Verblijd het hart van uw dienaar,
naar U verlang ik, Heer.

U, Heer, bent goed en tot vergeving bereid,
uw trouw is groot voor ieder die U aanroept.

Hoor mijn gebed, Heer,
luister naar mijn smeken.

 

Uit het evangelie volgens Lucas 5, 27-32

Jezus roept iedereen, zelfs tollenaars of andere publieke zondaars. Tijdens de maaltijd bij Levi verduidelijkt Hij zijn zending. Levi zal dat in praktijk brengen en alles achter laten om Jezus te volgen.

Jezus zag hij bij het tolhuis een tollenaar zitten die Levi heette. Hij zei tegen hem: ‘Volg mij!’
Levi stond op, liet alles achter en volgde Hem.
Hij richtte in zijn huis een groot feestmaal voor Hem aan, waarop een groot aantal tollenaars en anderen samen met Jezus aanwezig waren.
De Farizeeën en hun schriftgeleerden zeiden morrend tegen zijn leerlingen: ‘Waarom eet en drinkt u met tollenaars en zondaars?’
Maar Jezus antwoordde: ‘Gezonde mensen hebben geen dokter nodig, maar wie ziek is wel; Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar om zondaars aan te sporen een nieuw leven te beginnen.’

Van Woord naar leven

Vandaag lezen we bij de profeet Jesaja als woorden van de Heer: 'Wanneer je het juk van de onderdrukking uitbant, de beschuldigende vinger en de kwaadsprekerij, wanneer je de hongerige schenkt wat je zelf nodig hebt en de verdrukte gul onthaalt, dan zal je licht in het donker schijnen, je duisternis wordt als het licht van het middaguur.'Vele mensen (ik vraag me zelfs af ‘wie niet?’) dragen duisternis in zich, een donkerte waar men ten diepste onder lijdt. Dit kan gaan over steeds terugkomende neigingen tot zonde, onvolkomenheden in jezelf, of kwetsuren die je zijn aangedaan of die je hebt opgelopen. We zijn allemaal complexe wezens die zijn wat ze zijn. Ik denk dat niemand echt wit is, zoals ook niemand echt zwart zal zijn. We leven in een soort grijze zone, met méér dan vijftig tinten. Complexe wezens dus.Jesaja nodigt uit niet bij de pakken te blijven zitten, maar ons radicaal toe te vertrouwen aan het werk van God. En het gaat over een niet mis te verstane opdracht: het juk van de onderdrukking uitbannen, de verdrukte gul onthalen, het oordeel en het kwaadspreken stoppen, de hongerige voeden,… Als gevolg daarvan – en dat is toch wel sterk - komt die innerlijke duisternis in onszelf in beweging. En wel door God zelf. ‘Het licht zal door je duisternis doorbreken’, zo lezen we. Je ‘duisternis zal worden als het licht van het middaguur’.Dus, laten we stoppen ons te wikkelen in doeken van duisternis; doeken die ons verlammen en die leiden tot niets doen. Laten we ons geven aan het werk van de Heer; van harte en blij. Deze wijze van doen werkt genezend. Deze wijze van zijn doet het licht doorbreken in onszelf én de ander.Natuurlijk is het heilzaam af en toe eens diep in de spiegel te kijken en op de borst te kloppen. Ook dat is vasten. Maar het mag hier absoluut niet bij blijven. Het op de borst kloppen zou ons moeten stuwen ons te geven aan het werk van God. Dat is bekering. Dat is groei. Dat is het werkelijke vasten zoals we gisteren hoorden: “Is dit niet het vasten dat Ik verkies: het brood delen met de hongerige, onderdak bieden aan armen zonder huis, iemand kleden die naakt rondloopt, je bekommeren om je medemensen?"Dus, geliefde mensen, laten we onze duisternis positief aanpakken. Laten we opstaan, handen en hart geopend, om van God te ontvangen, om vanuit Hem te geven. De grote wereld, maar ook onze directe omgeving waarin we ons dagdagelijks bewegen, wacht op onze liefde.Als we in het evangelie van vandaag lezen dat Jezus niet gekomen is om rechtvaardigen te roepen maar om zondaars aan te sporen een nieuw leven te beginnen, dan gaat dat dus over een oproep tot bekering, tot een (nieuw) leven leiden dat God aangenaam is. Concreet betekent dat afstand nemen van je duisternis en je geven aan de liefde, door deze te dragen en te zijn.En ja, dan zal de zon schijnen; in jezelf, in de ander, in de Kerk, in de wereld.Voor wie het lichamelijk aankan: bid en werk. Wie bedlegerig is, of niet meer de straat op kan: bid veel. Laat beide diensten complementair zijn aan elkaar. Het ene heeft het andere broodnodig.krisReageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Goede God, breek met het licht van uw genade alle duisternis in onszelf open, opdat wij, de liefde dienend, uw beeld en gelijkenis mogen worden. In naam van Jezus, uw Zoon en onze Heer. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.