Lourdes naar de mensen brengen

Honderd jaar geleden kwamen diocesane Lourdesbedevaarten op gang

Precies 150 jaar geleden, in 1871, arriveerde de eerste groep Belgische bedevaarders in het Franse Lourdes. Vijftig jaar later, in 1921, werd in Gent de eerste diocesane bedevaartorganisatie opgericht, waarna zich in Vlaanderen een heus netwerk ontwikkelde van bedevaarten naar het bekende Mariaoord. Vreemd genoeg bestaat er geen overkoepelende geschiedschrijving van de Lourdesbedevaarten vanuit ons land, terwijl toch honderdduizenden meegingen en de bedevaart voor vele Vlamingen vaak de eerste, en soms zelfs de enige, keer was dat ze vertoefden in het buitenland.

Vanaf 1871 werden er jaarlijks vanuit België bedevaarten met de trein georganiseerd, waaraan toen ook heel wat zieken deelnamen. De populariteit van Lourdes nam snel toe in het hele land. De Antwerpse Lourdesbedevaarten startten in 1883 met meer dan vierhonderd deelnemers, maar werden pas veel later, in de aanloop naar de heroprichting van het bisdom, een diocesaan werk. Brancardiersgroepen zijn zelfs ouder dan de diocesane werken.

De aanwezigheid van zieken zowel als helpende jongeren kenmerkt de Lourdesbedevaarten.

„In 1898 ontstond in het bisdom Brugge de organisatie Vlaanderens Bedevaarten met priester Camiel Bruloot”, zegt Joris Colla van het KADOC, Documentatie- en Onderzoekscentrum voor Religie, Cultuur en Samenleving. „De eerste bedevaart, per trein, vond plaats in september 1898 en telde 285 deelnemers. Tot 1914 volgden tien bedevaarten die deelnemers uit alle Vlaamse provincies aantrokken. Na de wereldoorlog ging Vlaanderens Bedevaarten ook bedevaarten organiseren op vraag van organisaties zoals de Boerinnenbond en de christelijke arbeidersbeweging. Alle bisdommen hadden na verloop van tijd hun eigen bedevaart. Ook in de schoot van de middenveldorganisaties groeiden initiatieven. Samana, Pasar en de Landelijke Beweging trekken nog steeds naar Lourdes. Bovendien waren er dwarsverbindingen. De Limburgse Diocesane Bedevaarten huisde in het regiokantoor van beweging. net. In 1970 werd Vlaanderens Bedevaarten, dat al in 1934 erkend werd als diocesaan initiatief, geïntegreerd in het bisdom Brugge.”

„Lourdes zelf verzocht de bedevaarten een diocesaan karakter te geven en de bisschop te betrekken”, zegt Jonathan Beyaert, directeur van Bedevaarten Bisdom Gent. „Een diocesane bedevaart trekt een eigen publiek en is als het ware een bedevaartfamilie. De bisschop gaat mee en dat doet veel. Steeds proberen we zieken, ouderen en eenzamen mee te nemen en via de Welzijnsschakels nu ook mensen in armoede.”

„De bisdommen Gent en Brugge waren sterker dan het aartsbisdom in de organisatie van Lourdesbedevaarten en ze telden er meer”, vertelt Benoît Goubau, pastoor in Kraainem en directeur van Diocesane Bedevaarten in Mechelen-Brussel. „De Lourdesbedevaart van het aartsbisdom groeide uit de devotie aan de Mariagrot in Jette na de Eerste Wereldoorlog. Oorspronkelijk was het een initiatief dat het aartsbisdom goedkeurde, maar niet echt diocesaan was gestructureerd. De voorbije jaren is het diocesane karakter nog toegenomen. De bisschop heeft een direct contact met de deelnemers en in Lourdes voel je dat de Kerk dicht bij de mensen staat.”

In 2020 waren geen bedevaarten mogelijk en ook dit jaar wordt ongebruikelijk.

„Het is al beslist dat we in 2021 niet gaan”, zegt Goubau. „Het is geen moment om te reizen met zieken en dus plannen we een digitale bedevaart zoals in 2020, met een aanbod voor elke dag. Mensen kunnen de mis aan de grot online volgen.”

Het bisdom Gent organiseert al evenmin een grote bedevaart, maar hoopt dat kleine groepjes pelgrims tijdens de zomer wel op weg kunnen gaan. Jonathan Beyaert: „Tijdens een digitale meeting vroeg de rector van het Franse bedevaartsoord de directeurs van de bedevaarten in de Benelux meer in te zetten om Lourdes bij de mensen te brengen. Streamen en digitaliseren dus, maar ook vanaf mei ontmoetingsplaatsen maken van de vele Lourdesgrotten.”

Bron: Kerk & Leven

Diocesane Lourdesbedevaarten zijn familiaal. © Diocesane bedevaarten Mechelen-Brussel