maandag in week 26 door het jaar

Uit de profeet Zacharia 8, 1-8

God zorgt voor zijn volk. De profeet Zacharia roept het beeld op van Gods onuitwisbare trouw voor zijn volk door te spreken over Jeruzalem en Sion in hun beste dagen. Hij herhaalt het vertrouwde refrein: ‘Zij zullen mijn volk zijn en Ik hun God, in onwankelbare trouw.’

Nu luidt het woord van de Heer van de hemelse machten:
‘Dit zegt de Heer van de hemelse machten: Ik brand van liefde voor Sion; met vurige liefde neem Ik het op voor Jeruzalem.
Dit zegt de Heer: Ik keer terug naar de Sion en kom in Jeruzalem wonen. “Stad van trouw” zal Jeruzalem heten, en de berg van de Heer van de hemelse machten “Heilige berg”.
Dit zegt de Heer van de hemelse machten: Opnieuw zullen er op de pleinen van Jeruzalem oude mensen zitten, steunend op hun stok vanwege hun hoge leeftijd, en de straten zullen krioelen van de spelende kinderen.
Dit zegt de Heer van de hemelse machten: Ook al lijkt het jullie, die van dit volk nog over zijn, nu onmogelijk, waarom zou het voor mij onmogelijk zijn? – spreekt de Heer van de hemelse machten.
Dit zegt de Heer van de hemelse machten: Ik zal mijn volk bevrijden uit het land waar de zon opkomt en het land waar de zon ondergaat en hen naar Jeruzalem brengen. Daar zullen ze wonen. Zij zullen mijn volk zijn en Ik hun God, in onwankelbare trouw.’

Psalm 102, 16-23 + 29

Refr.: De Heer herbouwt de muren van Sion.

Alle volken zullen de naam van de Heer vrezen,
alle koningen van de aarde zijn majesteit eren
als de Heer Sion heeft opgebouwd
en Hij in majesteit is verschenen,
als Hij zich neigt tot het gebed van de ontheemden
en zich van hun bidden niet afkeert.

Laat dit voor het nageslacht worden opgeschreven,
dan zal een herboren volk de Heer loven
als de Heer heeft neergezien van zijn heilige hoogte,
zich vanuit de hemel naar de aarde heeft neergebogen
om het zuchten van gevangenen te horen,
om vrij te laten wie de dood nabij zijn.

Dan wordt in Sion de naam van de Heer geprezen,
zijn lof gezongen in Jeruzalem
als volken en koninkrijken bijeenkomen
om de Heer te aanbidden.
De kinderen van uw dienaren zullen veilig wonen,
ook op hun nageslacht rust uw oog.

Uit het evangelie volgens Lucas 9, 46-50

De leerlingen lijken te denken dat zij de krachten van het koninkrijk in pacht hebben. Zij dingen naar de eerste plaats en eisen het recht om duivels uit te drijven ‘in zijn naam…’. Jezus wijst hen terecht. Niet wie zegt gezonden te zijn , maar wie handelt in zijn naam zal het koninkrijk dienen.

De leerlingen begonnen onderling te redetwisten over wie van hen de belangrijkste was.
Jezus merkte wat hen bezighield en Hij nam een kind bij zich, dat Hij naast zich neerzette. Hij zei tegen hen: ‘Wie dit kind in mijn naam bij zich opneemt, neemt mij op; en wie mij opneemt, neemt Hem op die mij gezonden heeft. Want wie de kleinste onder jullie allen is, die is werkelijk groot.’
Daarop zei Johannes: ‘Meester, we hebben iemand gezien die in uw naam demonen uitdreef en we hebben geprobeerd hem dat te beletten, omdat hij U niet samen met ons volgt.’
Jezus zei tegen hem: ‘Verhinder het niet! Want wie niet tegen jullie is, is voor jullie.’

Van Woord naar leven

Johannes sprak tot Jezus: ‘Meester, we hebben iemand gezien die in uw naam demonen uitdreef en we hebben geprobeerd hem dat te beletten, omdat hij U niet samen met ons volgt.’ Jezus zei tegen hem: ‘Verhinder het niet! Want wie niet tegen jullie is, is voor jullie.’

Je zou kunnen denken dat het heel mooi zou zijn dat iedereen op deze wereldbol bewust in Jezus’ naam zou leven, keuzes zou maken, werken van liefdadigheid zou doen,… Maar dat is niet zo. Heel wat mensen leven een mooi en zinvol leven zonder zich bewust aan Christus te schenken. Ik denk dan aan anders-gelovigen, maar ook aan niet-gelovigen. Belet hen niet het goede te doen, waarschuwt Jezus ons vandaag.

Integendeel. Het goede moeten we ondersteunen, bevorderen en beschermen, uit welke hoek het ook komt. Het ‘goede’ is immers universeel. Ieder mens draagt het goede en heeft dus het potentieel in zich een goed mens te zijn. Wat de buitenkant betreft verschilt in dat opzicht een christen met geen ander mens.

De buitenkant… want de binnenkant verschilt wel. Een christen leeft vanuit het bewustzijn dat God hem in Christus bewoont, en dat hij geroepen is zich aan Hem te geven zodat Hij door hem heen kan leven, werken, bidden. Het is een mystiek gebeuren dat zich diep vanbinnen in de christen afspeelt, verbonden met allen die Christus tot gemeenschap maakt; de Kerk. Maar uiterlijk verschilt hij niet veel de boeddhist, de moslim, de atheïst, de jood;… die door en door goede mensen kunnen zijn. Het goede verenigt de mensheid in zijn roeping een volk te zijn getekend door een grenzeloze liefde voor elkaar.

Lieve mensen, hou van Jezus, geef je aan Hem, doe dit zeer bewust, biddend en blij. Het is je roeping. Maar wees ook blij en dankbaar wanneer anderen met een totaal ander lied de liefde bezingen. Moge het één goddelijke symfonie zijn.

kris

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer Jezus,
leer ons blij en dankbaar zijn om het goede dat gebeurt, uit welke hoek het ook komt. Veranker ons in U, opdat wij ieder mogen beminnen.
Amen.

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.