maandag in week 30 door het jaar (even jaren)

Uit de brief van Paulus aan de Efeziërs 4, 32 – 5, 8

Als motief om anderen te vergeven, houdt Paulus ons voor te bedenken hoeveel ons door God vergeven is. Zijn Zoon, Christus, was ons voorbeeld. Hij doorgrondde de echte beweegredenen van de mensen en toch vergaf Hij hen telkens.

Broeders en zusters,
wees goed voor elkaar en vol medeleven; vergeef elkaar zoals God u in Christus vergeven heeft. Volg dus het voorbeeld van God, als kinderen die Hij liefheeft, en ga de weg van de liefde, zoals Christus, die ons heeft liefgehad en zich voor ons gegeven heeft als offer, als een geurige gave voor God.
Laat er bij u geen sprake zijn van ontucht of zedeloosheid, of van hebzucht – deze dingen horen niet bij heiligen. Ook dubbelzinnige, oppervlakkige en platvloerse taal is ongepast – spreek liever woorden van dank. Want u moet goed weten dat iemand die in ontucht leeft, zedeloos of hebzuchtig is – dat is allemaal afgoderij – geen deel kan hebben aan het Koninkrijk van Christus en van God.
Laat u door niemand met loze woorden misleiden, want wie God ongehoorzaam is, wordt getroffen door zijn toorn. Gedraag u dus niet zoals zij, want eens was u duisternis maar nu bent u licht, door uw bestaan in de Heer. Ga de weg van de kinderen van het licht.

Psalm 1

Refr.: Gelukkig de mens die vreugde vindt in de wet van de Heer.

Gelukkig de mens die niet meegaat
met wie kwaad doen,
die de weg van zondaars niet betreedt,
bij spotters niet aan tafel zit.

Gelukkig hij die vreugde vindt
in de wet van de Heer
en zich verdiept in zijn wet,
dag en nacht.

Hij zal zijn als een boom,
geplant aan stromend water.
Op tijd draagt hij vrucht,
zijn bladeren verdorren niet.
Alles wat hij doet komt tot bloei.

Zo niet de wettelozen!
Zij zijn als kaf dat verwaait in de wind.
Wettelozen houden niet stand waar recht heerst,
zondaars niet in de kring van de rechtvaardigen.

De Heer beschermt de weg
van de rechtvaardigen,
de weg van de wettelozen loopt dood.

Uit het evangelie volgens Lucas 13, 10-17

Voor goedheid zonder maat staat iedereen perpleks. De genezing van een vrouw die reeds achttien jaar ziek was, is zo een blijk van Jezus goedheid zonder maat. Jezus doorbreekt alle hindernissen van de Wet op de Sabbat. Alleen goedheid telt.

Jezus gaf op sabbat onderricht in een synagoge.
Er was daar ook een vrouw die al achttien jaar bezeten was door een geest die haar ziek maakte. Ze was helemaal krom en kon met geen mogelijkheid rechtop staan. Toen Jezus haar zag, riep Hij haar bij zich en zei tegen haar: ‘U bent verlost van uw ziekte,’ en Hij legde haar de handen op. Meteen ging ze rechtop staan en loofde God.
Maar de leider van de synagoge werd boos omdat Jezus op sabbat genas en zei tegen de menigte: ‘Er zijn zes dagen om te werken. Kom dus op die dagen om u te laten genezen en niet als het sabbat is!’
Maar de Heer zei: ‘Huichelaars! Maakt niet ieder van jullie op sabbat zijn os of ezel los van de voederbak om hem te laten drinken? Mocht deze vrouw, die een dochter is van Abraham en al achttien jaar door Satan geboeid werd gehouden, mocht zij op sabbat niet uit deze boeien worden losgemaakt?’
Toen Hij dat zei, stonden al zijn tegenstanders beschaamd, maar de hele menigte was verheugd over de machtige daden die door Hem werden verricht.

Van Woord naar leven

Bij Paulus lezen we vandaag: ‘Ga de weg van de kinderen van het licht.’

Terwijl de wereld kreunt onder de grillen van het coronavirus, zegt Paulus ons vandaag de weg te gaan als kinderen van het licht. Niet vanzelfsprekend. Het is alsof een soort troosteloosheid onze samenleving in de ban houdt. De mensen zijn het virus grondig beu. De waarschijnlijk noodzakelijke maatregelen maken velen somber en treurig. Lelijk beestje dat virus.

Het voorbije weekend las ik in het Vlaams weekblad Knack een sterk interview met Elke Van Bogaert, klinisch psycholoog in Beveren. In het licht van het coronatijdperk zei zij het volgende: “Draag zorg voor elkaar, en hou contact met elkaar, tover die glimlach op het gelaat van de ander en maak zo haar of zijn dag een beetje minder donker.” Met een beetje eenvoudige moeite kunnen wij – denk ik – inderdaad licht brengen in deze voor vele donkere dagen. Gewoon door kleine goedheid, door zorgend te zijn voor elkaar, contact te nemen met mensen (zoals Elke Van Bogaert aanbeveelt). Bel, e-mail, stuur berichtjes, schrijf een brief. Velen die vandaag door COVID liggen te verdorren hebben daar zo’n nood aan. Moeilijk is dat niet. Kwestie van doen, tijd maken, het belangrijk vinden.

Paulus zegt vandaag: ‘Ga de weg van de kinderen van het licht’. Dat is als christen leven in het Pasen van de Heer, maar ook dit licht doorgeven aan anderen. Elke tijd, maar bijzonder deze corona-tijd, snakt naar licht.

Kom, laten we als christenen Christus’ licht laten schijnen in onze samenleving, door oog en hart te hebben bijzonder voor hen die dreigen te verdorren of te vereenzamen. Je maakt daardoor anderen gelukkig, en je maakt je dag voor jezelf zinvol. Laat ons niet stil zitten. Laten we geen fauteuilchristenen zijn. Maar laten we in beweging komen en blijven, God beminnend en dienend, de liefde bezingend naar allen die ons appelleren het beste van onszelf te geven.

kris

Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer Jezus,
moogt Gij onze binnenkant zijn, ons hart, ons centrum, onze liefde. Moogt Gij ons in beweging zetten, fris en blij, eenvoudig en oprecht, biddend zonder ophouden. Heer Jezus, mogen wij leven in U, één en al liefde.
Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.