maandag in week 34 door het jaar

Uit het boek Apocalyps 14, 1-3 + 4b-5

Op de berg Sion zullen allen worden verzameld rond het Lam, omdat zij Christus onvoorwaardelijk hebben gevolgd waarheen Hij ook gaat. Nu delen zij in de heerlijkheid van dat Lam omdat ze door lijden en dood heen zich samen met Hem hebben gegeven tot het uiterste.

Ik, Johannes, zag dit: het Lam stond op de Sion, en bij het Lam waren honderdvierenveertigduizend mensen die zijn Naam en die van zijn Vader op hun voorhoofd hadden. Ik hoorde uit de hemel een geluid komen dat klonk als het geluid van geweldige watermassa’s, van zware donderslagen; het klonk als het geluid dat muzikanten maken die op de lier spelen. Er werd voor de troon en voor de vier wezens en de oudsten iets gezongen dat leek op een nieuw lied. Niemand kon het lied begrijpen, behalve de honderdvierenveertigduizend mensen die van de aarde zijn vrijgekocht. Zij volgen het Lam waarheen het maar gaat. Ze zijn uit de mensheid vrijgekocht om als de eerste opbrengst te worden aangeboden aan God en aan het Lam. Geen leugen komt over hun lippen, er valt niets op hen aan te merken.


Psalm 24, 1-6

Refr.: Dit is het geslacht dat zich richt tot de Heer.

Van de Heer is de aarde en alles wat daar leeft,
de wereld en wie haar bewonen,
Hij heeft haar op de zeeën gegrondvest,
op de stromen heeft Hij haar verankerd.

Wie mag de berg van de Heer bestijgen,
wie mag staan op zijn heilige plaats?
Wie reine handen heeft en een zuiver hart,
zich niet inlaat met leugens
en niet bedrieglijk zweert.

Zegen zal hij ontvangen van de Heer
en recht verkrijgen van God, zijn redder.
Dat valt hun ten deel die U zoeken,
die zich tot U wenden – het volk van Jakob. 


Vers voor het evangelie

Alleluia.
Wees waakzaam
want de Mensenzoon komt op het uur
waarop Gij het niet verwacht.
Alleluia.


Uit het evangelie volgens Lucas 21, 1-4

Christenen mogen hun zekerheid niet zoeken in rijkdom, macht of prestige. De arme weduwe geeft hiervan een prachtig voorbeeld. Zij geeft ‘alles’, en daarmee zichzelf.

Toen Jezus opkeek, zag Hij hoe rijken hun giften in de offerkist kwamen werpen. Hij zag ook dat een arme weduwe er twee muntjes in gooide, en Hij zei: ‘Ik verzeker jullie: deze arme weduwe heeft meer gegeven dan alle anderen. Want de anderen hebben iets van hun overvloed geofferd, maar zij heeft van haar armoede alles gegeven wat ze nodig had voor haar levensonderhoud.’

Van Woord naar leven

Jezus prijst de arme weduwe omdat ze alles gaf wat ze nodig had voor haar levensonderhoud, terwijl de rijken iets gaven van hun overvloed. Het mag duidelijk zijn dat Jezus de weduwe prijst in haar persoon, maar zijn prijzen gaat veel verder. Hij prijst namelijk een houding die Hem erg dierbaar is: àlles geven.

Vraag is wie hier de eigenlijke rijke is. In het licht van Christus is dat ongetwijfeld de weduwe. Ze is rijk omdat ze geeft, veel geeft, alles geeft. Ze geeft zichzelf, en wel helemaal. Christus zal zich enige tijd later ook totaal geven, en wel voor ieder van ons. Met Pasen tot gevolg.

En dát is nu precies wat Hij ook van ons vraagt: dat we geven, veel geven, alles geven; dat we onszelf geven, ook met Pasen tot gevolg.

Wie het klaarspeelt zichzelf totaal aan Christus te schenken, zal een ongehoorde vrijheid ervaren diep in hemzelf. Hij zal niet enkel zijn ware identiteit ontdekken, maar hij zal zich opgenomen weten in Gods Drie-ene Liefde, om deze te schenken aan Kerk en wereld. Ja, hij zal leven in het Pasen van Christus, en deze vrede ook doorgeven naar allen die hij ontmoet en waarvoor hij bidt.

Een gezegende maandag,

kris

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Goede Jezus,
kom met uw heilige Geest in ons. Schenk ons de liefde en de nederigheid ons aan U te schenken. Zo kunt Gij met ons al weldoende rondtrekken en genadevol werkzaam zijn deze wereld. Trek ons in de brand van uw liefde, en maak ons innig één met U.
Alle dagen van ons leven.
Amen.

 

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.