Missionarissen van hoop onder alle volkeren

Naar aanleiding van de jaarlijkse Algemene Vergadering van de Pauselijke Missiewerken sprak paus Leo XIV afgelopen donderdag tot medewerkers uit meer dan 120 landen. In zijn toespraak benadrukte hij de nood aan hernieuwde missionaire ijver in de Kerk, gedragen door onderlinge gemeenschap en een universeel perspectief. De paus riep op om als “missionarissen van hoop” getuigen te zijn van het evangelie in een wereld die verlangt naar vrede en verzoening.

Eminentie, Excellenties,
Secretarissen-generaal,
nationale directeuren en medewerkers van de Pauselijke Missiewerken,
beste broeders en zusters,

Met vreugde heet ik u allen welkom. U bent uit meer dan honderdtwintig landen samengekomen voor de jaarlijkse Algemene Vergadering van de Pauselijke Missiewerken. Graag begin ik met u te danken – u en al uw medewerkers – voor de toewijding waarmee u zich inzet voor de missie van de Kerk. Die inzet is van onschatbare waarde, dat weet ik ook uit eigen ervaring, toen ik als pastor werkzaam was in Peru.

De Pauselijke Missiewerken zijn het voornaamste middel om missionair bewustzijn te wekken bij alle gedoopten en om kerkgemeenschappen te ondersteunen in gebieden waar de Kerk nog jong is (vgl. Ad Gentes, 38). Dat zien we bijvoorbeeld in de Societas Propagationis Fidei, die pastorale en catechetische programma’s ondersteunt, helpt bij de bouw van nieuwe kerken, en bijdraagt aan gezondheidszorg en onderwijs in missiegebieden. Ook de Pontificium Opus a Sancta Infantia draagt daaraan bij, door kinderen te helpen groeien in het geloof én hen te beschermen en te ondersteunen in hun basisbehoeften. De Pontificium Opus a Sancto Petro Apostolo bevordert roepingen tot het priester- en religieuze leven, en de Pontificia Unio Missionaria zet zich in voor de vorming van priesters, religieuzen en heel het Volk van God met het oog op de missie.

Het wakker houden van apostolische ijver onder de gelovigen blijft een kernpunt van de vernieuwing waartoe het Tweede Vaticaans Concilie de Kerk heeft opgeroepen. In onze tijd is dat nog urgenter geworden. De wereld, gewond door oorlogen, geweld en onrecht, verlangt naar de Blijde Boodschap van Gods liefde en naar de verzoenende kracht van Christus’ genade. In die zin is de Kerk, met al haar leden, geroepen om steeds meer een missionaire Kerk te zijn: een Kerk die haar armen opent voor de wereld, het evangelie verkondigt en een bron van harmonie wordt voor de mensheid (Homilie bij de mis voor het begin van het pontificaat, 18 mei 2025). Aan alle volkeren – ja, aan alle schepselen – mogen we de blijvende belofte van ware vrede verkondigen, die mogelijk is omdat, zoals paus Franciscus zegt, “de Heer de wereld en haar voortdurende conflicten overwonnen heeft door vrede te stichten met het bloed van zijn kruis” (Evangelii Gaudium, 229).

Het is daarom belangrijk dat elke gedoopte zich geroepen weet tot een leven als missionaire leerling, en het besef groeit dat de verkondiging van Christus dringend is. In dat verband wil ik u bedanken voor uw jaarlijkse inzet voor de Wereldmissiezondag, op de voorlaatste zondag van oktober. Die dag is van grote waarde voor mij in mijn zorg voor de Kerken die toevertrouwd zijn aan het Dicasterie voor Evangelisatie.

Zoals in de dagen na Pinksteren blijft de Kerk, geleid door de Heilige Geest, haar weg door de geschiedenis vervolgen: met vertrouwen, vreugde en moed verkondigt ze de naam van Jezus en het heil dat voortkomt uit het geloof in de waarheid van het Evangelie. De Pauselijke Missiewerken spelen hierin een onmisbare rol. Als verantwoordelijken voor de missionaire vorming en bezieling op lokaal vlak, nodig ik de nationale directeuren uit om parochies, bisdommen en gemeenschappen te bezoeken. Op die manier helpt u de gelovigen beter inzien hoe wezenlijk het is dat de missies gesteund worden, en dat we solidair zijn met onze broeders en zusters in regio’s waar de Kerk nog groeit.

Voor ik afsluit, wil ik samen met u stilstaan bij twee wezenlijke aspecten van de identiteit van de Pauselijke Missiewerken: gemeenschap en universaliteit. Als werken die delen in de missionaire zending van de paus en de bisschoppen, bent u geroepen om onder uw leden een levendige ervaring te bevorderen van de Kerk als gemeenschap van gelovigen. Die gemeenschap is bezield door de Heilige Geest, die ons binnenleidt in de volmaakte eenheid en harmonie van de Drie-eenheid. In God zelf vindt alles zijn samenhang. Dit ligt mij zeer na aan het hart. Het komt ook tot uiting in de woorden van de heilige Augustinus die ik gekozen heb als wapenspreuk voor mijn bisschopsambt en nu voor mijn pauselijke dienst: In Illo uno unum – In Hem, de Ene, zijn wij één. Christus is onze Redder, en in Hem zijn wij een familie van God, voorbij alle verschillen in taal, cultuur en levenservaring.
Als we die onderlinge verbondenheid in Christus werkelijk beleven, opent dat vanzelf onze blik naar de wereld. De universele zending van de Kerk vraagt van ons dat we de grenzen van parochie, bisdom of land overstijgen, en de rijkdom van het geloof in Jezus Christus delen met ieder volk en iedere natie (vgl. Fil. 3,8).

Een hernieuwde aandacht voor die eenheid en universaliteit is ook helemaal in de geest van het charisma van de Pauselijke Missiewerken. Laat dat dan ook het proces inspireren dat u begonnen bent om de statuten te herzien. Ik vertrouw erop dat deze herziening de roeping van de leden wereldwijd zal bevestigen om bezielers van missionaire ijver te zijn binnen het Volk van God.

Beste vrienden, de viering van dit Heilig Jaar roept ons allen op om “pelgrims van hoop” te zijn. Met de woorden die paus Franciscus koos als thema van de Wereldmissiedag van dit jaar, wil ik u tot besluit aanmoedigen om werkelijk “missionarissen van hoop onder alle volkeren” te blijven. Ik beveel u, uw weldoeners en allen die betrokken zijn bij uw werk toe aan de liefdevolle voorspraak van Maria, Moeder van de Kerk. Van harte verleen ik u mijn apostolische zegen, als onderpand van blijvende vreugde en vrede in de Heer.

Bron: Vatican-news