Rector UGent Rik Van de Walle: ‘Iedereen zou Bijbel moeten lezen’

Een Facebookpost van de Gentse rector Rik Van de Walle trok de aandacht van Kerknet.be. Als vrijmetselaar las hij de hele Bijbel.

Einde van een bijzondere reis, zo liet Rik Van de Walle weten op Facebook. Van Genesis tot Apocalyps. 2.000 bladzijden. 70 uur lezen. Gelovigen, niet-gelovigen, christenen, niet-christenen: ik kan eenieder zo’n bijbel-odyssee aanbevelen. En ja, het is een vrijmetselaar die het zegt. Vindt u dat vreemd? Ik niet.

Wij (Kerknet.be) vinden dat ook niet vreemd, maar wel bijzonder. Tijd voor een gesprek.

Bent u op bladzijde 1 begonnen?

Rik Van de Walle • Ik ben vooraan begonnen en heb de boeken in de gewone volgorde gelezen. Een eerste deel las ik in stukken en brokken tussen het werk door, het grootste deel tijdens mijn vakantie. Soms las ik uren aan een stuk en dan krijg je echt de ritmiek van de tekst te pakken. Voor een boek als Numeri – met lange opsommingen van namen en getallen – is dat wel belangrijk, anders heb je er weinig aan.

Ook voor de boeken Psalmen en Spreuken vond ik het een verrijking om ze zoveel mogelijk in één trek door te lezen. Ik las soms tot ik in slaap viel en ging er ‘s morgens weer mee door.

Met welke voorkennis begon u eraan?

Tijdens mijn studentenjaren had ik al eens grote delen van de Bijbel gelezen. Ik was toen nog misdienaar, iets wat ik deed van mijn 7de tot mijn 23ste. Ik was ook geëngageerd in mijn parochie, ook nog toen de twijfel al begon te knagen.

Heel wat jonge mensen zoals ik hadden grote verwachtingen van paus Johannes Paulus II. Een jonge paus, die het Vaticaan verliet om te gaan skiën! Was ik die dag in 1985 niet ziek geweest, dan had ik zeker op het oude vliegveld in Sint-Denijs-Westrem gestaan om zijn bezoek aan ons land niet te missen.

Maar na de hoop kwam de ontgoocheling. Een aantal uitspraken, vooral op het ethische vlak, stootten me tegen de borst.

Dogma’s, onfeilbaarheid van de paus, niet mogen twijfelen aan geloofswaarheden, dat ging er bij mij niet meer in.

Ik had daarover veel gesprekken met onze parochiepriester Antoon (Toon) Meire en zijn opvolger destijds, Maurits Baekelandt. Pastoor Baekelandt was zelf tamelijk rebels van aard en versnelde bij mij het kritisch denken over het instituut Kerk. Maar uiteindelijk ging ik verder dan hij door dogmatiek en onfeilbaarheid te verwerpen. Tijdens een verhitte discussie noemde ik hem ooit een collaborateur. Een beladen woord, dat ik waarschijnlijk alleen gebruikte om retorisch indruk te maken. Daar ben ik niet fier op. Ik heb er zelfs spijt van.

Enfin, het was toen wel duidelijk. Korte tijd nadien ben ik gestopt als misdienaar.

Is dat niet wat vaak misloopt in het debat tussen gelovigen en vrijzinnigen: meer woordenstrijd dan inhoud?

Ik ben een overtuigd atheïst en sinds 2010 ingewijd als vrijmetselaar, maar ik koester nog altijd – misschien zelfs meer nog dan voorheen – de oecumenische gedachte, om het zo maar eens te zeggen. Ik stoor me aan mensen die religiositeit of het gelovig zijn belachelijk maken.

Ik vind niet dat mensen er verkeerd aan doen om te geloven en zelf geloof ik nog altijd in de waarde van religieuze verhalen.

Rentmeesterschap, mededogen, vergeving. Dat zijn waarden die op een bijzondere manier tot uitdrukking komen in religieuze verhalen. Ik vind ook het sacrament van de biecht onderbelicht. Je moet niet gelovig zijn om iemand te kunnen vergeven, maar je kunt ook niet ontkennen dat de katholieke Kerk met de biecht een sacrament heeft dat iets ritualiseert wat heel waardevol is.

Bovendien, heel wat rituelen in de vrijmetselarij – bij ons ritualen genoemd – zijn heel gelijkaardig aan de rituelen die in de Kerk een belangrijke rol spelen. Het enige verschil is eigenlijk dat bij ons het vrije denken centraal staat. Vrij in de betekenis van: vrij van dogma’s. Er is geen God of Kerk die wetten dicteert.

Wat betekenen voor u de hervormingen onder paus Franciscus?

Hij toont zich allereerst als mens en niet per se als een onfeilbare man in Rome. Ik denk dat hij daar goed aan doet. Zou ik willen dat hij nog veel verder gaat in de hervormingen? Zeker, maar hij is natuurlijk gebonden door de geschiedenis en de traditie van het instituut dat hij leidt.

Rituelen in de Kerk kunnen mij nog altijd diep ontroeren. Zo was ik heel erg onder de indruk van de speciale Urbi et Orbi-zegen in maart 2020. De paus bad toen in de regen op een totaal verlaten Sint-Pietersplein voor de wereld.

Ik ga ook graag naar begrafenissen in een kerk. Een verzorgde katholieke uitvaart is zo mooi.

In een crematorium heb ik dat nog niet vaak op dezelfde intense manier meegemaakt.

Maar helaas blijft de Kerk heel krampachtig in ethische vraagstukken. De verabsolutering van de eerbied voor het leven is niet vol te houden in met name het euthanasiedebat, waar die overtuiging zou kunnen leiden tot therapeutische hardnekkigheid en op die manier onnodig lijden kan veroorzaken of in stand houden.

Terug naar de Bijbel. Welk inzicht of idee blijft hangen?

Ten eerste de grote teneurwissel tussen het Oude en het Nieuwe Testament. In het eerste wordt vaak over God gesproken met negatief beladen termen zoals jaloersheid, woede, strenge wetten en straf. Het Nieuwe Testament daarentegen roept bij mij één woord op: hoop. Ik weet wel dat je de toenmalige schriftcultuur in rekening moet brengen en bijbelse teksten natuurlijk niet letterlijk mag lezen, maar het verschil valt toch erg op.

Wat me in het Nieuwe Testament treft, is dat Christus er zich vaak positioneert tegenover de strikte regels van de joodse gemeenschap van toen. Ik kan maar niet begrijpen dat uit zo’n figuur dan een Kerk voortkomt die heel erg staat op het naleven van vermeende regels zoals het celibaat.

Voor mij is dat het mysterie van de Kerk: hoe kan een instituut met onwrikbare dogma’s en regels voortkomen uit het verhaal van Christus, dat in wezen mildheid uitdraagt?

Een andere gedachte die blijft hangen, is dat er in de christelijke vorming veel te weinig aandacht is voor de Bijbel. Ik vrees dat nog niet veel katholieken hun Bijbel al eens hebben doorgelezen. Ik kan het hun – en ook niet-katholieken – nochtans zeer aanbevelen.

Waarom raadt u het lezen van de Bijbel ook anderen aan?

Wat kun je van de wereld en de actualiteit begrijpen als je geen minimale notie hebt van religieuze verhalen? Niet veel, daarvan ben ik overtuigd. Heel wat conflicten, grote en minder grote, omvatten immers religieuze aspecten. Ik denk bovendien dat het lezen van de Bijbel aanzet tot mildheid. Of je nu christen, moslim, jood of vrijzinnig bent, je zal zien dat er veel meer gelijkenissen zijn dan verschillen. Dat vaststellen en zelfs ervaren door een boek als de Bijbel te lezen, is waardevol en an sich al een goede reden om het te lezen.

De Bijbel lezen zonder voorkennis, is misschien niet zo eenvoudig. Daarom vind ik het ook belangrijk dat er óver de Bijbel en het geloof gesproken wordt.

Is er aan de UGent plaats voor religie en levensbeschouwing?

We zijn een pluralistische universiteit, geen katholieke noch een vrijzinnige. Dus ja, er is plaats voor religie en levensbeschouwing bij ons. In openbare redes benadruk ik dat stelselmatig en ik zou willen dat het thema meer besproken wordt.

We zouden, bijvoorbeeld, een forum kunnen organiseren waar mensen van verschillende achtergronden vrijuit over hun levensbeschouwing kunnen vertellen.

Niet zozeer in een debatvorm waar je tegenstellingen opzoekt, maar wel informatief. Met als essentiële bedoeling te spreken én te luisteren, en elkaar te verrijken.

Bron: Kerknet.be