woensdag in week 28 door het jaar (even jaren)

Uit de brief van Paulus aan de Galaten 5, 18-25

Aan zijn vruchten erkent men een boom. Aan de vruchten van de Geest kan men nagaan of wij onze zelfzucht gekruisigd hebben en leven volgens de Geest, om zo het koninkrijk van God te erven.

Broeders en zusters,
wanneer u door de Geest geleid wordt, bent u niet onderworpen aan de wet. Het is bekend wat onze eigen wil allemaal teweegbrengt: ontucht, zedeloosheid en losbandigheid, afgoderij en toverij, vijandschap, tweespalt, jaloezie en woede, gekonkel, geruzie en rivaliteit, afgunst, bras– en slemppartijen, en nog meer van dat soort dingen. Ik herhaal de waarschuwing die ik u al eerder gaf: wie zich aan deze dingen overgeven, zullen geen deel hebben aan het koninkrijk van God.
Maar de vrucht van de Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Er is geen wet die daar iets tegen heeft.
Wie Christus Jezus toebehoort, heeft zijn eigen natuur met alle hartstocht en begeerte aan het kruis geslagen.
Wanneer de Geest ons leven leidt, laten we dan ook de richting volgen die de Geest ons wijst.

Psalm 1, 1 + 2 + 3 + 4 + 6

Refr.: Wie U volgt, Heer, zal het levenslicht zien.

Gelukkig de mens die niet meegaat met wie kwaad doen,
die de weg van zondaars niet betreedt,
bij spotters niet aan tafel zit,
maar vreugde vindt in de wet van de Heer
en zich verdiept in zijn wet, dag en nacht.

Hij zal zijn als een boom,
geplant aan stromend water.
Op tijd draagt hij vrucht,
zijn bladeren verdorren niet.
Alles wat hij doet komt tot bloei.

Zo niet de wettelozen !
Zij zijn als kaf dat verwaait in de wind.
De Heer beschermt de weg van de rechtvaardigen,
de weg van de wettelozen loopt dood.

Uit het evangelie volgens Lucas 11, 42-46

Aan andere mensen vragen wat men zelf niet doet, dat ontneemt ons niet alleen elk recht van spreken, maar maakt ons huichelachtig. Als wij ons dan nog laten eren en dienen, stijgt de huichelachtigheid ten top. Jezus is hier duidelijk over.

Jezus sprak:
‘Wee jullie Farizeeën, want jullie geven tienden van munt, wijnruit en andere kruiden, maar gaan voorbij aan de gerechtigheid en de liefde tot God; je zou het een moeten doen zonder het andere te laten. Wee jullie Farizeeën, want jullie zitten graag op een ereplaats in de synagoge en worden graag begroet op het marktplein. Wee jullie, want jullie zijn als ongemarkeerde graven waar de mensen overheen lopen zonder het te weten.’
Daarop zei een wetgeleerde tegen Hem: ‘Meester, door die dingen te zeggen beledigt U ook ons.’
Maar Jezus zei: ‘Wee ook jullie, wetgeleerden! Want jullie leggen de mensen ondraaglijke lasten op, maar raken die zelf met geen vinger aan.’

Van Woord naar leven

Vandaag harde taal van Jezus aan het adres van hen die schijnbaar weten hoe het moet, dit ook aan anderen laten weten, maar zelf voorbij gaan aan de gerechtigheid en de liefde tot God.

Voor alle duidelijkheid: Er mag onderwezen worden, er mag en moet aangespoord worden, maar men moet het ook en vooral zelf doen. We moeten consequent zijn in wat we zeggen. Liefde preken veronderstelt liefde zijn.

En niemand heeft het hier over dat je daarvoor onberispelijk moet zijn, dat je nooit in de fout mag gaan, dat je dus een soort heilige moet zijn alvorens je mond open te doen. Fouten maken is des mensen. Daar gaat dit stukje evangelie ook niet over. Het gaat erover dat we consequent moeten zijn in wat we geloven en zeggen. Zo goed als het kan. We moeten oprecht zijn, en diepmenselijk voor anderen.

We zouden zo moeten leven en spreken, dat anderen die ons ontmoeten Gods liefde gewaar worden, en daardoor als ware geraakt worden door God zelf.
Dit vraagt van ons een zeer nederige houding ten aanzien van God. Het is bereid zijn Hem God te laten zijn in je leven, Hem te laten spreken, Hem te doen handelen. Jij bent zijn instrument dat Hij bespeelt, zijn penseel waarmee Hij schildert.
Het vraagt ook nederigheid tegenover de medemens. Als een dienaar zul je immers ieder ontvangen: als mens, als broer of zus. Bij wijze van spreken zul je voor ieder ander neerknielen en hem de voeten wassen. In je nederigheid zal je God tonen en schenken.

Je begrijpt dat dit een fundamenteel andere houding is dan deze van die Farizeeën en die wetgeleerden waartoe Jezus vandaag in het evangelie spreekt. Deze mensen zijn uit op ereplaatsen, willen begroet worden, leggen de mensen ondraaglijke lasten op en het ergste: ze gaan zelf voorbij aan de liefde Gods.

Moge Jezus ons groot voorbeeld zijn. Hij vertelde ons het verhaal van de verloren zoon, sprak over het herder-zijn die het zieke schaap gaat opzoeken, wilde te gast zijn bij de zondige Zacheüs en dit zonder enig oordeel, waste de voeten van zijn leerlingen, preekte vergeving en barmhartigheid, en bad om ontferming over zijn beulen en moordenaars vanop het kruis.
Jezus was de nederigheid zelf, zowel ten opzichte van zijn Vader als ten opzichte van de mens. Hij was dienaar in alle opzichten, tot de uiterste consequentie.

Moge Jezus het hart zijn van ons bestaan.

kris

Reageren, je eigen woordje plaatsen, of uitwisselen over de overweging, kan via de blog Van Woord naar leven.

Laten wij bidden

Heer Jezus,
wees ons genadig. Mogen wij ons niet-kunnen leggen in uw er-zijn. Opdat wij, groeiend in U, meer en meer consequent mogen zijn aan de Blijde Boodschap die Gij in ons hart hebt gelegd, waarmee Gij onze gemeenschap aanspreekt, waartoe Gij de Kerk oproept. Mogen wij alzo stille getuigen zijn van Gods liefde voor de mensheid.
In uw naam. Amen.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.