zaterdag in week 12 door het jaar

Uit het boek Genesis 18, 1-15

De belofte dat de oude Sara een zoon zal baren wordt herhaald. Jahwe zelf komt Abraham die belofte brengen. In een ietwat mysterieuze vorm beloven drie bezoekers een zoon aan een onvruchtbaar echtpaar. Abrahams gastvrijheid toont aan dat hij ongeduldig wacht op Gods tussenkomst in zijn leven.

De Heer verscheen opnieuw aan Abraham, bij de eiken van Mamre. Op het heetst van de dag zat Abraham in de ingang van zijn tent. Toen hij opkeek, zag hij even verderop plotseling drie mannen staan. Onmiddellijk snelde hij de tent uit, naar hen toe. Hij boog diep en zei: ‘Heer, wees toch zo goed uw dienaar niet voorbij te gaan. Ik zal wat water voor u laten halen zodat u uw voeten kunt wassen. Maak het u hier onder de boom intussen gemakkelijk. Ik zal u ook iets te eten brengen, zodat u weer op krachten kunt komen voordat u verdergaat. Daarvoor bent u immers bij uw dienaar langsgekomen?’
Zij antwoordden: ‘Dat is goed, ga uw gang.’
Abraham haastte zich naar de tent, naar Sara. ‘Vlug,’ zei hij, ‘drie schepel fijn meel! Maak deeg en bak brood.’ 
Daarna snelde hij naar de kudde, zocht een mooi kalf uit dat er mals uitzag, en gaf dat aan een knecht, die het onmiddellijk klaarmaakte. 
Hij haalde boter en melk, nam het gebraden kalf en zette alles aan zijn gasten voor.
Terwijl zij aten, bleef hij bij hen staan onder de boom.
‘Waar is Sara, uw vrouw?’ vroegen zij hem.
‘Daar, in de tent,’ antwoordde hij. 
Toen zei een van hen: ‘Ik kom over precies een jaar bij u terug en dan zal uw vrouw Sara een zoon hebben.’
Sara, die in de ingang van de tent stond, achter de man, hoorde dat. Nu waren Abraham en zij op hoge leeftijd gekomen en de jaren dat een vrouw vruchtbaar is, lagen al ver achter haar. Daarom lachte ze in zichzelf. Zou een zwangerschap voor mij dan nog weggelegd zijn? dacht ze. Ik ben immers verwelkt, en ook mijn man is al oud. 
Toen vroeg de Heer aan Abraham: ‘Waarom lacht Sara, waarom vraagt ze zich af of ze op haar leeftijd nog wel een kind ter wereld kan brengen? Is ook maar iets voor de Heer onmogelijk? Op de vastgestelde tijd, over precies een jaar, kom Ik bij je terug en dan heeft Sara een zoon.’ 
Geschrokken ontkende Sara: ‘Ik heb niet gelachen.’
Maar Hij zei: ‘Ja, je hebt wel gelachen.’

Lc. 1, 46-50 + 53-55

Refr.: Barmhartig is de Heer, van geslacht op geslacht.

Mijn ziel prijst en looft de Heer,
mijn hart juicht om God, mijn redder:
Hij heeft oog gehad voor mij,
zijn minste dienares.

Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen,
ja, grote dingen heeft de Machtige voor mij gedaan,
heilig is zijn Naam.

Barmhartig is Hij, van geslacht op geslacht,
voor al wie Hem vereert.
Wie honger heeft overlaadt Hij met gaven,
maar rijken stuurt Hij weg met lege handen.

Hij trekt zich het lot aan van Israël, zijn dienaar,
zoals Hij aan onze voorouders heeft beloofd:
Hij herinnert zich zijn barmhartigheid
jegens Abraham en zijn nageslacht,
tot in eeuwigheid.’

Vers voor het evangelie (1 Joh 2, 5)

Alleluia.
In ieder die zich aan Gods woord houdt,
is zijn liefde werkelijk tot volmaaktheid gekomen.
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Matteüs 8, 5-17

Niet alleen voor de Joden is Jezus gekomen. Het Rijk Gods is toegankelijk voor iedereen. De genezing van de knecht van de centurio is daarvan een teken. Alle volkeren, die Jezus’ boodschap in geloof aanvaarden, behoren voortaan tot het volk van het nieuwe Verbond.

Toen Hij Kafarnaüm binnenging, kwam er een centurio naar Hem toe die Hem om hulp smeekte. 
‘Heer,’ zei hij, ‘mijn knecht ligt thuis verlamd op bed en lijdt hevige pijn.’ 
Jezus antwoordde hem: ‘Ik zal meegaan en hem genezen.’ 
Daarop zei de centurio: ‘Heer, ik ben het niet waard dat U onder mijn dak komt. Spreek slechts een enkel woord en mijn knecht zal genezen. Ook ik ben iemand die onder andermans gezag staat en zelf weer soldaten onder zich heeft, en als ik tegen een soldaat zeg: “Ga!”, dan gaat hij, en tegen een andere: “Kom!”, dan komt hij, en als ik tegen mijn slaaf zeg: “Doe dit!”, dan doet hij het.’ 
Toen Jezus dit hoorde, verbaasde Hij zich en Hij zei tegen degenen die Hem volgden: ‘Ik verzeker jullie: bij niemand in Israël heb Ik zo’n groot geloof gevonden. Ik zeg jullie dat velen uit het oosten en uit het westen zullen komen en met Abraham, Isaak en Jakob zullen aanliggen bij het feestmaal in het koninkrijk van de hemel, maar de erfgenamen van het koninkrijk zullen worden verbannen naar de uiterste duisternis; daar zullen zij jammeren en knarsetanden.’ 
Tegen de centurio zei Jezus: ‘Ga naar huis. Zoals u het geloofd hebt, zo zal het gebeuren.’ Op hetzelfde moment genas zijn knecht.

Toen Jezus het huis van Petrus was binnengegaan, zag Hij diens schoonmoeder met koorts in bed liggen. Hij raakte haar hand aan en de koorts verliet haar. Ze stond op en begon voor Hem te zorgen.

Bij het vallen van de avond brachten ze vele bezetenen bij Hem. Met een enkel woord dreef Hij de geesten uit, en allen die ziek waren genas Hij. 
Zo moest in vervulling gaan wat gezegd is door de profeet Jesaja: ‘Hij was het die onze ziekten wegnam en onze kwalen op zich heeft genomen.’

Van Woord naar leven

Naast de dinsdag, zal Ricky Rieter vanaf nu ook op zaterdag ‘Van Woord naar leven’ verzorgen.

HOOG BEZOEK
Gen 18,1-15

Heb je persoonlijk weleens hoog bezoek gehad en herinner je je hoe druk je het tevoren had? Dit gebeurt ook op grotere schaal als een gemeenschap, een stad, een dorp, hoog bezoek krijgt, de koning, de koningin, of andere hoogwaardigheidsbekleders. We kennen er allemaal wel voorbeelden van. Er worden vergaderingen gehouden hoe we dat ‘hoge bezoek’ het beste kunnen ontvangen. Comités worden samengesteld, een programma gemaakt, werkgroepen in het leven geroepen.

In onze eerste lezing wordt het verhaal verteld over Abraham die hoog bezoek krijgt, totaal onverwacht. Hij is er niet op voorbereid, zit voor zijn tent en ziet drie mannen aankomen. Gastvrijheid is in het oosten een natuurlijke zaak. De gastvrijheid van Abraham is wel heel bijzonder, want hij weet niet eens wie die drie mannen zijn, hij verwacht geen bezoek, terwijl dit wel heel bijzonder bezoek blijkt te zijn.

Het is een Bijbelverhaal dat veel vragen oproept. Abraham is de perfecte oosterse gastheer die zich uitslooft met dienstbaarheid: voeten wassen van de bezoekers, een enorme maaltijd laten bereiden door knechten en door Sara, met zijn hele hart aanwezig zijn zodat het zijn gasten aan niets zal ontbreken.

Aan ons is het niet zozeer om te begrijpen hoe dit gebeuren kan, maar om te luisteren wat dit verhaal ons te zeggen heeft. Het is vast niet bedoeld als lesje in gastvrijheid, maar als wat dan wel? Er zit een boodschap in verborgen, zoals in de Bijbelverhalen altijd wel een laagje dieper te graven is als we die woorden echt willen verstaan.

Bijzonder in dit verhaal is, dat er nu eens in meervoud en dan weer in enkelvoud gesproken wordt over de drie mannen, die blijkbaar maar één boodschap over willen brengen. De kerkvaders hebben in die drie mannen de Drie-eenheid van God gezien: De Vader, de Zoon en de Geest. Dat is hogere theologie waar we, ook met de uitleg, nog moeilijk hoogte van kunnen krijgen.

Misschien kunnen we nog het beste de icoon van Andé  Roebliev (zie afbeelding hieronder) beschouwen, niet bekijken, maar met een schouwend oog van ons hart toelaten. Hun genegen zijn naar elkaar in volmaakte eenheid. Samen aan de ene tafel, het brood brekend voor ons allemaal. Ja, er is ruimte voor ieder afzonderlijk en voor alle gemeenschappen bij elkaar. Dit wordt uitgedrukt in het perspectief van de tafel. Niet ‘verkeerd’ uitgevoerd, maar zo bedoeld, zoals dat op iconen vaker gedaan wordt. Naar de mensen toe, in plaats van het omgekeerde wat gebruikelijk en ‘juister’ is.

De boodschap van het hele verhaal is eigenlijk niet te bevatten. Twee mensen die hun jeugdjaren al heel lang achter zich hebben liggen, zullen nog een zoon krijgen. Wat onmogelijk is, zal gebeuren. Niet over redeneren, maar geloven dat voor God in je leven dingen kunnen gebeuren die onmogelijk zijn. Je mag erin geloven, ernaar verlangen, erom bidden. Onze God is een God die houdt van verrassingen. De Bijbel staat er vol van. Ook wij blijven vruchtbaar zolang we leven, wat er ook in ons leven aan de hand is en welke nood zich momenteel voordoet.

Laten we bidden

Goede God,
U bent de God van Abraham,
die zeer op de proef werd gesteld
rond de belofte die U hem gedaan had:
een talrijk nageslacht.
U bent trouw aan uw beloften.
Abraham heeft ontvangen wat niet mogelijk was.
Wees ons nabij in onze nood die soms heel hoog is.
U kent wegen die wij niet kennen,
wij willen ons toevertrouwen aan uw liefdevolle leiding.
Ook wij zullen vruchtbaar blijven
zolang we leven;
aan leeftijd is geen grens gesteld
om vruchtbaar te zijn.
Mogen we gastvrij zijn voor de Ene,
voor Hem die zelf onze Gastheer is
door Christus Jezus,
onze Broeder!

Beste mensen, mogen we de moed hebben om onze Gastheer zijn eigen ruimte te geven in alle vormen van ons leven,
Ricky Rieter

 

 

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.