zaterdag in week 13 door het jaar

Uit het boek Genesis 27, 1-4 + 15-29

Door de bedrieglijke tussenkomst van Rebekka geeft Isaäk de goddelijke beloften door aan zijn zoon Jakob in plaats van aan zijn oudste zoon Esaü. De Schrift wil hierdoor niet het onrecht goedpraten maar wel onderlijnen dat God zijn uitverkiezing geeft aan wie Hij wil.

Toen Isaak oud geworden was en zijn ogen zo zwak waren geworden dat hij niet meer kon zien, riep hij Esau bij zich, zijn oudste zoon.
‘Mijn zoon,’ zei hij.
‘Ja, ik luister,’ antwoordde Esau. 
Toen zei Isaak: ‘Ik ben oud en ik weet niet hoe lang ik nog te leven heb. Neem daarom je jachtgerei, je pijlkoker en je boog, ga het veld in en schiet een stuk wild voor me. Maak dan een smakelijk gerecht klaar zoals ik dat het liefst heb en breng me dat te eten. Dan zal ik je mijn zegen geven voordat ik sterf.’
Toen pakte Rebekka kleren van haar oudste zoon Esau, de kostbaarste die ze kon vinden, en die liet ze haar jongste zoon Jakob aantrekken. En over zijn handen en over zijn gladde hals trok ze het vel van de bokjes. Hierna overhandigde ze haar zoon Jakob het gerecht dat ze had klaargemaakt, met brood erbij. Zo ging hij naar zijn vader.
‘Vader,’ zei hij.
‘Ja, mijn zoon,’ zei Isaak, ‘wie ben je?’ 
Jakob antwoordde zijn vader: ‘Ik ben Esau, uw eerstgeboren zoon. Ik heb gedaan wat u me hebt gevraagd. Kom, ga overeind zitten, eet van mijn wildbraad, en geef me dan uw zegen.’
‘Hoe heb je zo snel iets kunnen vinden, mijn zoon?’ zei Isaak.
En hij antwoordde: ‘Doordat de Heer, uw God, alles zo gunstig voor me liet verlopen.’ 
Toen zei Isaak tegen Jakob: ‘Kom eens wat dichterbij, mijn zoon, zodat ik kan voelen of je inderdaad mijn zoon Esau bent of niet.’ 
Jakob kwam dichter bij zijn vader staan en deze betastte hem. Het is Jakobs stem, dacht hij, maar het zijn Esaus handen. Doordat Jakobs handen even behaard waren als die van zijn broer Esau, herkende Isaak hem niet en dus zegende hij hem. 
‘Ben je echt mijn zoon Esau?’ vroeg hij nog.
‘Ja,’ antwoordde Jakob. 
Toen zei Isaak: ‘Zet het wildbraad dan dichter bij me, mijn zoon, zodat ik ervan kan eten. Dan zal ik je mijn zegen geven.’
Jakob zette het dichter bij hem en Isaak at ervan. Ook bracht hij hem wijn, en hij dronk ervan. 
Toen zei Isaak tegen Jakob: ‘Kom dichterbij, mijn zoon, en kus me.’ 
Hij kwam dicht bij hem staan en kuste hem. Toen Isaak zijn kleren rook, sprak hij deze zegen over hem uit: ‘De geur van mijn zoon is de geur van het veld, het veld dat de Heer heeft gezegend. God geve je dauw uit de hemel en vette, vruchtbare aarde, een overvloed van graan en wijn. Volken zullen je dienen, naties zich voor je buigen. Je zult heer zijn over je broers, je moeders zonen buigen zich voor jou. Vervloekt wie jou vervloekt, gezegend wie jou zegent.’

Psalm 135, 1-6

Refr.: Loof de Heer, want Hij is goed.

Loof de Naam van de Heer,
loof Hem, dienaren van de Heer,
u die staat in het huis van de Heer,
in de voorhoven van het huis van onze God.

Loof de Heer, want Hij is goed,
bezing zijn Naam, zo lieflijk van klank.
De Heer heeft Jakob uitgekozen,
Israël als zijn kostbaar bezit.

Ik weet het: groot is de Heer,
onze Heer overtreft alle goden.
De Heer maakt alles wat Hij wil
in de hemel en op de aarde
en in de diepten van de oceanen.

Vers voor het evangelie (Ps 119, 105)

Alleluia.
Uw woord is een lamp voor mijn voet,
een licht op mijn pad.
Alleluia.

Uit het evangelie volgens Matteüs 9, 14-17

De leerlingen van Johannes de Doper vragen waarom de leerlingen van Jezus de gewone vastenwetten van de Farizeeën niet onderhouden. Het antwoord komt hierop neer dat Jezus’ komst iets totaals nieuws inluidt en daarom breekt met die bepaalde traditionele gewoonte. De mensen moeten veeleer verheugd zijn omdat de Heer nu met hen is. Er zal nog tijd genoeg zijn (en dat geldt dus ook voor ons nu) om te vasten wanneer ze de Heer niet meer zullen zien.

De leerlingen van Johannes bij Jezus en vroegen: ‘Waarom vasten wij en de farizeeën wel regelmatig, en uw leerlingen niet?’ 
Jezus antwoordde: ‘Bruiloftsgasten kunnen toch niet treuren zolang de bruidegom bij hen is? Maar er komt een dag dat de bruidegom bij hen wordt weggehaald, dan zullen ze vasten. Niemand verstelt een oude mantel met een lap die nog niet gekrompen is. Want dan trekt de nieuwe lap de mantel kapot en wordt de scheur nog groter. Evenmin giet men jonge wijn in oude leren zakken. Anders scheuren de zakken, dan wordt de wijn verspild en gaan de zakken verloren. Maar gaat de jonge wijn in nieuwe zakken, dan blijven beide behouden.’

Van Woord naar leven

‘GESTOLEN’ ZEGEN
Gen 27, 1-5.15-29

Als we in de Bijbel lezen, zou je hopen dat er woorden in staan die ons helpen een beter mens te worden, levend zoals God ons bedoeld heeft. Toch komen we heel vaak teksten tegen die vragen bij ons oproepen. Zo ook vandaag het verhaal uit Genesis, het eerste Bijbelboek.

Het kan ons bevreemden wat er hier gebeurt. De geschiedenis is vrij bekend. De oude, blind geworden, Isaak ziet zijn einde naderen en wil zijn zegen doorgeven aan de eerstgeborene, Esau, (de eerste van een tweeling). Dat is een plechtig moment. Het zal een speciale zegen zijn voor het nageslacht volgens Gods belofte. In de voorgeschiedenis heeft Esau het speciale voorrecht verkocht aan zijn broer, Jacob, voor een bord rode-linzensoep. Je kunt maar grote honger hebben en je, op dat moment, niet druk maken over het eerstgeboorterecht. Wat moet ik met mijn eerstgeboorterecht, zegt Eau tegen Jacob. Op verzoek van zijn broer zweert Esau om te bekrachtigen dat hij van het geboorterecht wil afzien.

Bedrog
Bedrog zou niet in de Bijbel thuishoren, maar veel grote figuren uit de Bijbel hebben ook slechte dingen gedaan (Abraham, Mozes, David enzovoort). Het kwade zit in elke mens, zoals het goede. Het heeft met keuzes te maken, en de mens is te zwak om steeds het goede te kiezen. In ons verhaal, spelen moeder Rebecca en broer Jacob samen ‘bedriegertje’. Knap stukje verhaal om het zo in scene te zetten.
Als God iemand zegenen wil, gebeuren er blijkbaar toch zeer menselijke dingen.

Feiten
We kunnen soms niet om de feiten heen. Zo was het met Esau en Jacob die in plaats van als tweelingbroers te leven in sterke verbondenheid, vijanden werden. De geschiedenis gaat verder. Wat mij aan het denken zet is dat in de gebrekkigheid van menselijke relaties, zich altijd weer nieuwe mogelijkheden openen in de voortgang van het leven. ‘Oplossingen’ worden gezocht, tijd wordt gegeven, hermetisch afgesloten wegen gaan weer open.

Pax Christi heeft in de vredesweek van 2003 een poster met iconen uitgegeven rond het thema verzoening. Centraal staat erop afgebeeld de verzoening van Esau met Jacob (zie afbeelding onderaan) Daar omheen allerlei andere kleinere iconen. In het daarbij geschreven boekje van Stan Fritschy staan meditatieve gedachten over alle omringende icoontjes die erop staan met de hoofdgedachte dat Christus de Bron van alle verzoening is.
Op het afgebeelde fragment van de verzoening van Esau en Jacob is te zien dat Esau (degene die ‘het meest gedupeerd was) het initiatief neemt om de verzoening tot stand te brengen (Genesis 33,1-4). Hij legt zijn zwaard onder zijn voeten. Het is overbodig geworden en ook Jacob zet zijn voet erop om het te beamen. Ze omhelzen elkaar hartelijk en worden daarin weer echt liefhebbende broers.

Dat Christus de Bron van de verzoening is geworden speelde toen nog niet, maar zo mogen wij het verstaan. In zijn lijden en dood worden ruzies, bedreigingen, moord en doodslag, of wat dan ook omgevormd tot een vergevingsgezinde houding. Vervolgens bloeit de warmte van de liefde op in het hart van juist degene die het meest te lijden heeft gehad.

Laten we bidden

Goede Vader van alle mensen,
wij danken U dat U ons altijd weer wegen wijst
om na onze fouten ten opzichte van elkaar,
keer op keer opnieuw te mogen beginnen
na ons verzoend te hebben.
Dit laatste gebeurt door Jezus,
die tot Bron geworden is van verzoening,
een Bron waaruit we altijd weer kunnen putten.
Jezus die de grootste was onder ons mensen,
en die tot minste is geworden
om tot onuitputtelijk stromende Bron
van Vrede te worden:
vrede tussen individuele mensen
en tussen alle volkeren.
Stukje bij beetje.
Amen.

Beste mensen, mogen wijzelf ook een levend stromende bron van Verzoening worden voor ieder die ernaar verlangt!

Ricky Rieter

 

 

Reageren of uitwisselen betreffende de overweging kan via de blog Van Woord naar leven.

De Bijbelteksten zijn ontleend aan de NBV21, © Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap.
De korte inleidingen op de lezingen zijn ontleend aan het week- en zondagmissaal, door de benedictijnen van de Sint-Andriesabdij en de norbertijnen van de abdijen Averbode, Postel en Tongerlo, o.l.v. Jos Van Der Veken, uitgegeven bij Brepols-Licap, © Brepols 2007.